Alfa en bèta denken, psychologisch
Inleiding
Hoewel aanvankelijk stammend
uit de academische wereld, is het verschil tussen alfa- en bèta-mensen en -denken inmiddels ook doorgedrongen tot de
wijdere maatschappelijke wereld, zij het dat de bèta's daar andere namen
hebben, zoals "nerds", "geeks", enzovoort - hen gegeven door
de alfa's. In welke namen al
werelden van verschil en misverstanden zitten.
Dit artikel gaat over
die werelden en de misverstanden. Met als eerst mogelijke misverstand dat
waar hier geconcentreerd wordt op de verschillen, er natuurlijk, zoals op de
meeste plekken waar het mensen betreft, sprake is van absolute maar van sterkere of zwakkere graduele verschillen:
alfa's zijn voor, zeg, 80 procent alfa en 20 procent bèta, en andersom.
Maar het blijkt dat er achter de intuïtieve en dagelijks ervaren
verschillen wel degelijk objectiveerbare zitten, en wel mede in de neurologie.
Dit artikel werkt dat uit.
Maar je kan het ook in een paar
observaties samenvatten. In de rechter hersenhelft van de illustratie wordt
ook geredeneerd, maar met wat bekend staat als "emoties" - redeneren is daar "emotioneren".
Het verschil bestaat er is in hoeverre je bijvoorbeeld iets de basis van de
algebra, logica en het abstracte redeneren: de regel 1 = 1
letterlijk neemt. De appel is de appel. Gevolgd door: 1 appel plus 1 appel
is 2 appels. Enzovoort. De alfa neemt dat niet letterlijk: "een appel is
ongeveer een appel", tot en met verwerpt het: "ieder mens is uniek".
Ander voorbeeld: het rationele 1 + 2 = 2 + 1. In de wereld der emoties is 2
bij 1 veel waardevoller dan 1 bij 2. Tweede
observatie: alfa- en bèta-geneigdheid verhoudt zich ongeveer als rechts- en
linkshandigheid: rechtshandigheid is de standaard want het hebben van een
standaard is belangrijk, maar de natuur handhaaft het alternatief omdat
variatie, verscheidenheid, een nog belangrijker aspect is voor het
soortgewijs overleven. Maar de verhouding alfa versus
bèta ligt aanzienlijk schever dan die tussen rechts- en linkshandigheid.
Derde observatie: een nogal overgroot deel van de westerse vorm van
beschaving, wetenschap en techniek, draait om het gebruik van rationaliteit.
En dat is bèta-geneigdheid. Voor de bèta-versie van
dit verhaal, zie hier
. In een
enkel beeld ziet, zie hier:
In te vullen met atoombom, kernenergie
, algoritmes
, enzovoort. Voor een
literair voorbeeld van de evolutionaire waardering van het verschil, zie
hier
,
met de evolutionair volkomen voor de hand liggende conclusie: het emotie-gerichte
alfa-denken is een primitievere evolutionaire fase.
Ervaringen
Op deze site wordt een aanzienlijk belang gehecht aan het verschil tussen alfa's
en bèta's, een tegenstelling die normaliter wordt geassocieerd met de
academische wereld
. Maar dit is slechts een uiting van een dieperliggend verschil, namelijk een
verschil in denken, en in sommige opzichten een verschil in algemene
geestesstructuur - of zelfs: een verschil in neurologische processen
. Gamma's worden wel geacht hier een tussenpositie in in te
nemen, maar ten opzichte van de bèta's is het verschil met de alfa's zo klein,
dat ze hier normaliter als één enkele groep worden genomen.
Dat verschil wordt door beide partijen ook duidelijk gevoeld. Bèta's worden door
alfa's gezien als betweterig, arrogant, saai, en licht tot ernstig autistisch -
alfa's door bèta's als navelstaarderig
, dom of irrationeel, geneigd tot liegen en verwante vormen van slechtheid
, en licht tot ernstig neurotisch
.
Illustratief is in dit verband de volgende bèta-grap: "Wie in vijf zinnen zegt wat
in een enkele zin gezegd kan worden, is ook tot andere misdaden in staat" -
de alfa-versie zou luiden: "Wie cijfers gebruikt daar waar het ook in
woorden kan, is ook tot andere misdaden in
staat"
.
Ook pakkend illustratief is deze afbeelding, op meerdere plaatsen
voorkomend op het internet:
Ook illustratief bij dit alles zijn de al in de inleiding genoemde
aanduidingen van bèta's: "nerds", "geeks" enzovoort. Zwakheden van bèta's. Gek
genoeg zijn er niet zulke algemeen gedeelde aanduidingen voor alfa's.
Terwijl er met geen wil van de wereld valt te verdedigen dat alfa's geen
zwakheden hebben. Iets dat op dezelfde manier geïllustreerd kan worden als
die van de bèta's:
Wat meteen hun meest essentiële zwakte illustreert: hun zwakke contact met de
werkelijkheid, omdat ze hun eigen ideeën en fantasieën omtrent die werkelijkheid
belangrijker achten dan de werkelijkheid zelf, en wel meer naarmate die
fantasieën algemener en abstracter zijn, zogenaamde ideologieën
. Welke ideologieën leiden tot een slechts door
bèta-geneigden herkenbare geestesziekte genaamd cognitieve dementie
: het steeds verder afraken van de werkelijkheid. Met als aloude voorbeelden
de diverse religies, en als nieuwere die van politieke-correctheid en
wokisme. Met als eerste les, al besloten in de term
'politieke-correctheid': de alfa's hebben het voor het zeggen
in de wereld. Dat wil zeggen: de wereld van maatschappelijke
"sfeerbepaling", oftewel het maatschappelijke debat, dus de communicatie
oftewel de media
. En dus ook in de maatschappelijke macht, want dat volgt
uit het voorgaande. Of van de andere kant benaderd:
de maatschappelijke macht ligt bij de politiek, de eerste beroepsvereiste
van de politiek is kunnen liegen
(dat ze geen eigenbelang hebben bij
wat ze beweren) , dus de alfa's hebben de macht in de
politiek. En een groot deel van de rest van de maatschappij.
Een
andere en meer objectiveerbare andere factor daarbij is dat er van de alfa's
meer zijn. Een gematigde schatting, met gebruik van een beetje een standaard
voor dit soort verdelingen, is 80 procent versus 20. Maar naarmate je de
eisen wat betreft waarheidgetrouwheid en consistentie van opvattingen
strenger stelt, verschuift die verhouding naar in de buurt van 95 versus 5 en
misschien zelfs verder.
Dit soort verdelingen zijn ook bekend van
links- en rechtshandigheid en dergelijke, en het lijkt erop dat de natuur er een
evolutionaire voorkeur voor heeft - onder het motto: de meerderheid is voor
de geldende omstandigheden, maar een afwijkende minderheid is nodig voor het geval dat
die omstandigheden ineens snel wijzigen.
Er lijken dus onderliggende
factoren een rol te spelen, en wat betreft het gebeuren van de werking van de geest, is de onderliggende factor de neurologie. Dus eerst wat daarover.
Neurologie
Voor de leesbaarheid eerst een een basaal overzicht. Het zenuwstelsel bestaat
uit drie hoofddelen
, ooit eens door toenmalig media-psycholoog Piet Vroon
aangeduid met "Krokodil, paard en mens"
, hier in drie kleuren:
Het "krokodil" slaande op het reptielendeel van ruggemerg en hersenstam
inclusief cerebellem (bruin), oftewel de reflexen, "paard" op het zoogdieren-deel oftewel het
zorg- en groepsgebeuren (geel), en "mens" op het rationele en het analytische van de
grote cortex bovenin (groen). Het zorg- en groepsgebeuren weet
men in de neurologie eigenlijk niet zo goed weg mee maar omdat het ruwweg in het
midden zit en omdat er ook de structuren zitten die de emoties regelen (en omdat
het zorg- en groepsgebeuren niets anders dan emoties (blijkt) zijn), is het
alhier de "emotie-organen" genoemd. Mooi, zou je
denken, daar heb je de alfa-bèta tweedeling.
Het punt is: dit klopt
niet helemaal. Het blijkt, zie
Emotie-organen
, dat in het gebied genaamd emotie-organen twee ondersystemen zitten, eentje
geheten de "basale ganglia" en eentje rond de"hippocampus", die laatste tegenwoordig
steeds bekender gerakend als "iets met het geheugen". Het blijkt dat in de
basale ganglia de dagelijkse routines als geheel worden afgehandeld, de
automatismen, en dat in de hippocampus de waarnemingen eerst worden
geanalyseerd in concepten, en daarna pas verwerkt voor herkenning en
dergelijke. Dat laatste is bekend geworden als het "Jennifer
Aniston"-neuron: een neuron, hersencel, die vuurde als de proefpersoon een
afbeelding van actrice Jennifer Aniston zag
(geen link in het Nederlands!). Maar naar later bleek slechts
eentje uit een hele reeks vurende neuronen bleek te zijn, horende bij
concepten van algemeen naar detail: vrouw, jong, blond, enzovoort. (Nee,
geen seksisme ... Heeft vermoedelijk iets met "reproductie" te maken ...) Dus dat is al
volledig analytisch. En als zodanig gaat het,
geanalyseerd in concepten, het analytische geheugen in. En voor de dingen van het dagelijkse
leven blijkt er een apart en eigen geheugen te zijn., En dat was eigenlijk allang
bekend van een geval genaamd patiënt H.M.
, bij wie de hippocampi werden
verwijderd in verband met ernstige epilepsie, en die geen nieuw analyserend
geheugen meer kon maken (desgevraagd herinnerde hij zich niets van gesprekken
twee minuten eerder), maar nog wel gewone dagelijkse dingen kon doen en
bijleren.
Kortom: er is een tweedeling in "dagelijkse dingen", gezond
verstand,
intuïtie, "holistisch" enzovoort, versus analytisch, rationeel enzovoort, maar
die tweedeling zit dieper. Al in het directe verwerken van
waarnemingservaringen en omgaan met het leven, dus.
Dus die
illustratie van de tweedeling is in principe hartstikke correct, alleen had hij niet
toegepast moeten worden op de cortex, maar op de structuren eronder.
Wat doet de cortex dan extra? Afgekort, want het is niet het onderwerp:
die "bekijkt" het allemaal nog eens een keertje achteraf. Wat in de
omgangstaal heet "nadenken". Met de nadruk op "na"!
En als onderbouw
van de rest, heeft dit neurologische gebeuren op veel punten een directe
weerslag op het psychologische. Waarmee verder.
Psychologie
Het psychologische verschil in houding tussen alfa's en bèta's speelt op (bijna) alle niveaus van het
denken. Eén van de meest fundamentele is de houding ten opzichte van het
begrip "werkelijkheid": bèta's geloven in het bestaan van een objectieve werkelijkheid - alfa's
niet
- alfa's zien het bestaan van een "werkelijkheid" als een bedreiging voor het
kunnen uitleven van hun fantasie- en gedachtenwereld. Je kan de
spiegelbeeldigheid uitdrukken in twee termen: bèta's zijn emotie-autisten,
en alfa's zijn ratio-autisten
.
Een tweede
hoog-abstract veld waarop dit speelt, is de houding ten opzichte van
generalisaties. Een "generalisatie" is het onder één noemer plaatsen van een
groep zaken of personen. Het houdingsverschil gaat over de toepassing op
personen: alfa's vinden basaal (en afgekort) dat je generalisaties niet mag
toepassen op personen - als denkfouten af te korten tot "individualitisme"
of "groepsontkenning"
. Dit komt tot uiting in uitdrukkingen als "Iedereen is uniek", "Niemand
is gemiddeld"
of "Het zijn toch allemaal mensen ..."
Het probleem is dat ze door de werkelijkheid voortdurend gedwongen
worden om generalisaties te gebruiken, omdat bijvoorbeeld het afroepen van
de namen van alle 17 miljoen Nederlanders te omslachtig is, en ze dus
gedwongen zijn de term "Nederlanders" te gebruiken. De afkeer van
generalisaties betekent dat ze zich desondanks niet willen verdiepen in het
gebruik ervan, en daardoor enorme fouten maken in dat gebruik. Zo zijn de
termen "iedereen" en "niemand" ook generalisaties, maar van de soort "zonder
betekenis in de werkelijkheid": de eerste is in wiskundige vorm hetzelfde
als "oneindig", en de tweede hetzelfde als "nul", beide begrippen die slechts
in de wiskunde bestaan.
Zo gaat bijvoorbeeld bijna alles in het
kader van de integratiediscussie fout in dit opzicht - zoals in: "Nederlanders
zijn racisten omdat ze de term 'allochtoon' gebruiken". Het redeneren en
discussiëren met alfa's over dit soort en vele andere maatschappelijke zaken
is vrijwel onmogelijk, door het volkomen inconsistente en foutieve gebruik van generalisaties
.
Onder deze meer fundamentele verschillen zit een hele verzameling
meer specifieke: alfa's volgen meer de begrippen
subjectiviteit
, relativisme, fantasie
, vorm
, idealisme, woorden, emotie, macht, chaos dat wil zeggen tegen regels in het
algemeen
en ook in opvoeding
, inspiratie, enzovoort, en bèta's volgen meer de begrippen objectiviteit
, inhoud, realisme
, cijfers en logica
, ratio
, gezag
, orde, vakmanschap
, enzovoort. Vanzelfsprekend zijn deze verdelingen niet zwart-wit
- voor een wat uitgebreider overzicht in meer bèta-achtige vorm, zie hier
.
Maar het meest basale verschil in geestesstructuur is simpel te benoemen. Algemeen
wordt aanvaard dat een van de belangrijke verschillen tussen alfa's en bèta's
hun verschillende affiniteit met betrekking tot emoties en redenaties is. Met de
alfa, de taalmens, wordt een grotere verwantschap met en voorkeur voor emoties
geassocieerd, tot in het zwelgen aan toe
, en een onverschilligheid en afkeer van logische redenaties en alles wat
daarbij hoort
. Met de bèta, de rekenaar, een grotere voorkeur voor
beredeneerbare en meetbare zaken, en een ondergeschiktere rol van tot een
weerzin tegen emoties.
Deze verbale uitdrukkingen van het verschil zijn ook een fysiologische plaats te
geven. Eén van de oudere bekende feiten over de structuur van de hersenen is dat
rationeel denken en emoties op verschillende plaatsen in die hersenen zitten.
Emoties horen thuis in onderste deel van de hersenen (thalamus, amygdala,
enzovoort)
, die zich dichter bij de hersenstam en de ruggegraat bevinden, die op zich weer
geassocieerd zijn met de reflexen
. Het rationele denken bevindt zich in de meer naar boven en voren liggende
grote hersenen, de cortex, achter het hoge voorhoofd van de moderne mens, homo
sapiens. De enig bekende theorie die uitgaat van een fundamenteel verschil
tussen rationeel en emotioneel denken, de algemene semantiek van Alfred
Korzybski
(Wikipedia), heeft daarom die tweedeling ook wel geassocieerd met de termen
cortex en thalamus
.
Eén van de aspecten van die neurologische
verschillen is het verschil van tijdspanne waarin verschillende denkprocessen
verlopen. Primaire lichamelijke handelingen, ademen en dergelijke, worden als
reflexen bestuurd vanuit het ruggemerg en gaan heel snel, in tienden van
seconden. Emotionele processen, bestuurd vanuit de kleine hersenen, verlopen in
enkele seconden, zoals modern onderzoek laat zien
. En van rationele denkprocessen wijst de praktijk uit dat deze op zijn minst
seconden duren, en tot uren en dagen uit kunnen lopen.
Een belangrijke praktische uiting van dit verschil is hoe alfa's en bèta's
problemen aanpakken. Stel het probleem voor als een punt en de mogelijke
oplossing of oplossingen als een ander punt of gebiedje. Alfa's gaan vanuit het
probleempunt meteen in zoveel mogelijke richtingen zoeken, en vanuit waar ze dan
komen weer in zo veel mogelijk richtingen. Bèta's volgen een ander patroon: zij
proberen zich eerst zo goed mogelijk voor te stellen waar de oplossing ruwweg
zou kunnen liggen, en doen dan een stap in die richting. Vervolgens wordt
bekeken of vanuit dat nieuwe punt de oplossing dichterbij of verder weg lijkt te
zijn gekomen. Is dat laatste het geval, wordt een nieuw stap genomen, ongeveer
in dezelfde richting, enzovoort. Maar de echt talentvollen hebben nog een extra
wapen, namelijk dat ze tegelijkertijd een pad zoeken van oplossing terug naar
probleem, zoals een tunnel gegraven door aan beide uiteinden tegelijk te
beginnen.
Het is duidelijk dat verschillende soorten problemen zich tot beter deze
verschillende soorten methoden verhouden. Natuurlijk geldt daar weer dezelfde
tweedeling: problemen gerelateerd aan emotionele zaken laten zich beter oplossen
via de alfa methode, die gerelateerd aan rationele zaken via de bèta methode
. Veel problemen hebben zowel een emotionele als rationele kant, maar meestal is
toch wel een duidelijk zwaartepunt aan te wijzen. Voor de meeste problemen uit
de materiële wereld geldt dat ze een zwaartepunt aan de rationele kant hebben.
In de praktijk kiezen de meeste mensen voor de emotionele kant
.
Die keuze voor de emotionele aanpak heeft een achtergrond in een essentieel
verschil met de rationele: de rationele aanpak staat geen tegenspraak toe - de
emotionele aanpak wel. Een tegenspraak in een rationeel systeem leidt altijd tot
onduidelijke of absurde uitkomsten. Het standaard voorbeeld is de uitspraak van
de Kretenzer die zegt dat alle Kretenzers liegen. Hij spreek daarmee zichzelf
tegen, en je eindigt met een oneindig doorlopende cirkel van ontkenningen en
bevestigingen. In het Engels is daar het spreekwoord voor: You can't have
your cake, and eat it - je kan niet tegelijkertijd je cake bewaren én hem
opeten. Het punt is dat de meeste mensen dat wel willen - ze willen
tegelijkertijd lage belastingen én goede maatschappelijk voorzieningen. Bèta's
passen hun rationele verstand toe, en maken een keuze - alfa's proberen beide
tegengestelde dingen te doen
-
vaak tot meestal met contraproductieve uitkomsten in beide opzichten.
Direct verwant aan de scheiding tussen de emotionele en de rationele aanpak van
problemen en te nemen beslissingen is er nog een grote tweedeling, namelijk die
met betrekking tot het bestaan van een objectieve werkelijkheid. De alfa's
hebben een lichte tot grote moeite met het begrip objectieve werkelijkheid,
lopende tot aan een regelrechte ontkenning ervan door hele filosofische en
sociologische stromingen. De literaire tak van de alfa's bestaat van het
ontkennen en manipuleren van de objectieve werkelijkheid - en waar je je bestaan
aan ontleent, ligt natuurlijk nauw aan het hart
. Bèta's daarentegen beschouwen de objectieve werkelijkheid als een sine qua
non, een niet te vermijden basisvoorwaarde voor het denken. Het verschil
tussen de twee houdingen is in extremum de tweedeling tussen fantasie en
variatie, en betrouwbaarheid en saaiheid - het rijtje verschillen uit de tweede
alinea. De keuze van de alfa's voor hun eigen extremum gaat zelfs zo ver dat ze
gesteld voor de keuze tussen fantasie en variatie en slechtheid, of
betrouwbaarheid en saaiheid en goedheid, ze voor de slechte kant kiezen
.
Alfa's ervaren met hun veel sterkere neiging tot het onderhouden van
tegenstrijdige ideeën ook veel vaker het probleem dat de realiteit ze op één of
andere manier dwingt te kiezen. Voor dat probleem heeft de alfa-geest een
oplossing, en die oplossing is het al genoemde "liegen"
. Nu is liegen iets dat iedereen doet op enig tijdstip, alleen verschilt de
hoeveelheid per persoonlijkheid en per soort persoonlijkheid. Alfa's moeten veel
meer liegen, en doen dat ook. Dat is in veel opzichten niet zozeer een kwestie
van bewuste keuze: de tweedeling alfa-bèta valt grotendeels samen met de
tweedeling emotie-ratio. Moderne onderzoeken laten zien dat deze twee zaken in
iedereen zitten, schuilende in twee verschillende delen van de hersenen, waarbij
de evolutionair moderne rationele delen dichter betrokken zijn bijna de externe
objectieve werkelijkheid, en de waarheid, en de oudere emotionele delen meer bij
het interne zelfbehoud en de wenswereld - en het liegen, dus
. Daar waar bij alfa de relatieve sterkte van de connectie met de emotionele
hersenen groter is dan bij de bèta
, is zijn de neiging tot (meer) liegen dus min of meer ingebouwd.
Nu is liegen, hoe algemeen ook voorkomend, toch ook iets dat meestal negatief of
sterk negatief beoordeeld wordt, afhankelijk van de omstandigheden, en het te
veelvuldig liegen zou de alfa-zaak geen goed doen. Hierin wordt hij geholpen
door al die andere creatieve capaciteiten: hij verhult of maskeert zijn liegen.
Wat kan omdat het in de meeste gevallen om woorden gaat, en te weinig mensen de
moeite nemen om die woorden te controleren . De enige plaats waar dat wel
systematisch gebeurt, de wetenschap, is dan ook een plaats waar de alfa's, en
gamma's, eigenlijk ook niet veel van moeten hebben. De gamma's zeggen wel dat ze
er aan doen, maar ook dat is meestal weer een leugen - omdat ze gesteld voor de
keuze tussen ideologie en werkelijkheid, meestal voor ideologie kiezen, zoals in
de menswetenschappen
.
Waarmee de cirkel dus rond lijkt: de neiging van alfa's om af te wijken van de
werkelijkheid is tevens de capaciteit die ze in staat stelt met die neiging te
leven, zodat alles als geheel voor henzelf en maatschappelijke gezien in de
omgang met anderen weer oké lijkt.
Maar dat is niet helemaal waar. Zoals het al genoemde voorbeeld van de liegende
Kretenzer laat zien, veroorzaakt de combinatie van liegen en een cirkelproces
een voortdurende stroom tegenstrijdigheden. In het voorbeeld is er een
cirkelproces ontstaan omdat de Kretenzer over alle Kretenzer sprak, dus
ook over zichzelf - dat laatste heet zelfreferentie
, zoals bekend van het Droste blikje
.
Nu is het verschijnsel van zelfreferentie niet te voorkomen, want het hele
menselijke bewustzijn is één groot proces van zelfreferenties
. Dus wie liegt, kweekt automatisch en onontkoombaar cirkels van
tegenstrijdigheden.
Nu hebben de hersenen een speciaal deel voor de signalering van
tegenstrijdigheden: de anterieure cingulate cortex
. Alleen al het bestaan van zo'n special deel wijst op het belang van het
proces. En je mag veilig aannemen dat het signaleren van een tegenstrijdigheid
een vorm van alarmsignaal is. Bij een continue stroom tegenstrijdigheden zoals
veroorzaakt door de combinatie van liegen en een cirkelproces staat dat
alarmsignaal voortdurende te rinkelen. Naar men ook mag aannemen, geen positieve
ervaring voor de hersenen - dus de mens. Er zijn dan ook steeds meer onderzoeken
die wijzen op de mogelijke schadelijkheid van liegen
- een duidelijk zichtbaar gevolg is dat het eenmaal beginnen met liegen vaak
steeds meer nieuwe leugens opwekt. Een ander zichtbaar gevolg is het
neuroticisme waartoe de alfa-geest een neiging heeft
.
De tegenmaatregel tegen de interne irritatie of "pijn" veroorzaakt door liegen
kan twee dingen zijn: stoppen met liegen, of het cirkelproces doorbreken. En
hier komen de alfa- en bèta-geneigdheden weer om de hoek kijken: de bèta (de
wetenschapper) zal eerder stoppen met liegen - de alfa (de kunstenaar) stopt
eerder het cirkelproces. Dat laatste noemen we hier compartimentalisatie
: er wordt een scheiding aangebracht, in dit geval tussen de twee delen van de
hersenen die de zaken bevatten die elkaar tegenspreken.
De alfa-geneigde die gebruik maakt van compartimentalisatie heeft dus twee
werkelijkheden in zich. En blijkt daar zelfs tussen te kunnen wisselen - in de
ene werkelijkheid heeft hij "dit" gezegd, en in de andere wekelijkheid "dat",
waarbij "dat" een tegenspraak is van "dit". Ondervraagd hierover, zegt hij dan
dat het "zijn visie (of interpretatie of ervaring) van de werkelijkheid" is
.
Dat voor zover de beschrijving van de twee houdingen. De vraag is dan: is het
noodzakelijk een keuze te maken, en welke is dan die keuze?
Het eerste hangt af van je doeleinden: zijn kunstzinnige of gericht op vermaak,
dan is de keuze duidelijk: dan kies je de alfa-houding. Zijn die doeleinden
materieel of maatschappelijk, dan is de keuze ook duidelijk: dan kies je de
bèta-houding. Want wat de maatschappij betreft: het praten erover en het
besturen ervan is in feite sociologie, en in weerwil van hoe sociologen zich
gedragen is sociologie een wetenschap, en dus kan het hier niet anders dan
rationeel dus op de bèta-wijze worden aangepakt
- deze keuze is verwoord in de laatste van de drie basis-aannames van deze site
. Het is de basisaanname die de praktische uitvoering van de morele keuzes van
de eerste twee regelt. Het is ook het punt waar de hier voorgestelde aanpak
fundamenteel afwijkt van alle nu bekende maatschappelijke denksystemen. De
laatste gaan vaak ook uit van fraaie morele doelstellingen, maar falen in hun
uitvoeringspraktijk, door het ontkennen van een objectieve, door rationele
aanpak bestuurbare werkelijkheid, en vervallen daarmee in een aanpak waarbij
bewust of onbewust de voorkeur wordt gegeven aan de emotionele aanpak van de
meeste problemen, inclusief de meest grote als hoe behouden we onze planeet voor
de toekomst. Dat leidt er meestal toe dat die problemen niet worden opgelost
.
Gezien de toenemende ernst van die maatschappelijke problemen is het dus zaak
van degenen die er nu voor staan, de politici en andere machthebbers op alle
niveaus, om de bèta-manier van denken aan te leren, inclusief het onderdrukken
van de neiging tot onjuiste voorlichting en andere vormen van bedrog, af te
leren, of hun posities op te geven aan hen die de bèta methode van nature
beheersen: de bèta's. Of woorden van economen Arnold Heertje parafraserend:
"Alfa's zemelen nu al drieduizend jaar over moraal - misschien kunnen we nu eens
met op rede gebaseerde structuren proberen". De reactie van de alfa laat zich
raden: 'Dat vonden de nazi's ook'
.
Voor een reeks pregnante voorbeelden, zie hier
.Voor de strijd tussen alfa's en bèta's in de academische wereld, zie hier
, en de gevolgen voor de wetenschappelijke effectiviteit ervan hier
. Over de sociologische aspecten gaat het verder hier
.
Voor een literair voorbeeld van de evolutionaire waardering van het verschil, zie hier
.
Naar Algemene semantiek, toepassingen
, of site home
·.
|
Rijnlandmodel - 16 mei.2005; 13 nov.2008; 28 feb.2010; 7 dec.2021 |
|