Beschaving, neurologisch
Inleiding
De inspiratie voor het bouwen van deze website is verbijstering. Deze website is inmiddels
redelijk omvangrijk, tellende meer dan 4000 pagina's, gevende een idee van de mate van verbijstering.
Die verbijstering is natuurlijk niet in één keer ontstaan, maar het
product van door genenschikking meegekregen eigenschappen en neigingen,
wat talenten en tekortkomingen op diverse gebieden, en, voornamelijk, de
verbijstering van heel veel andere mensen.
Mensen uiten hun verbijstering op oneindig veel manieren, en de leukste zijn degene die
het uiten met relativering of humor. Veel inspiratie is gekomen uit de sciencefiction,
een literaire subcategorie die bij uitstek geschikt is voor het uiten van verbijstering over
de menselijke zwakheden van de huidige tijd. Want die menselijke zwakheden plaatsen in de
huidige tijd is een soort van exercitie die weinig vrienden maakt, en je dus niet helpt
in het onderhouden van je bestaan. Maar gelukkig zijn er nog wel een paar idealisten te vinden
die dit op zich hebben genomen, en het is mede hun werk dat hier gepoogd wordt voort te zetten
De twee velden waar je veel verbijstering zou verwachten zijn de filosofie en de wetenschap,
in oude tijden zelfs één vak. Door de afsplitsing van de wetenschap is de filosofie berooft
van zijn redelijke denkvermogen en verworden tot iets tussen literatuur en priesterschap
, en
de wetenschap zelf heeft het zo druk gekregen dat ze niet voldoende tijd-plus-zin heeft om zich
serieus met
de gevolgen van haar inbreng in de beschaving bezig te houden.
In de aanloop naar deze website bleken een paar velden vruchtbaarder: de al genoemde sciencefiction,
(van de betere soort, natuurlijk, zie hier
), biologen, en taalkundigen.
Biologen komen er natuurlijk ook in alle maten en soorten, maar degenen die over hun vak schrijven
bleken een vruchtbare bron, waarvan Julian Huxley en vooral J.B.S. Haldane zijn blijven hangen.
Van de laatste: wat is de medische uitvinding die het meeste verlenging van levensduur heeft gebracht?
Antwoord: het gesloten riool, want dat decimeerde de kans op besmetting met alle besmettelijke
ziektes die daarvoor vrijuit rondwaarden.
Wat Haldane hier combineert is intellectueel doordenken, tezamen met een scherp zicht op de reëel
bestaande wereld, iets gewoonlijk aangeduid met "gezond verstand".
De inbreng van sciencefiction is dat laatste toegepast op de uitkomsten van wetenschap en techniek,
al dan niet in combinatie met uitvergroting van huidige menselijke tekortkomingen.
En via één van die laatste producten kwam de taalkunde in beeld, middels het in die kring beroemde
en beruchte De wereld van Nul-A
van A.E. van Vogt, dat op ongeremde wijze doorgaat op het werk
van taalkundige en filosoof Alfred Korzybski
, bedenker van het vakgebied "algemene semantiek"
,
dat de relatie tussen taal en werkelijkheid als onderwerp heeft, beginnende
met de observatie "The map is not the territory"
("De kaart is niet de wereld zelf"), uitgebeeld rechts. Ook probeerde hij relaties te leggen met de psychologie en neurologie.
Korzybski is een in slechts beperkte kring bekende naam, maar zijn werk is opgepikt en op deelgebieden
uitgewerkt door mensen die meer invloed kregen, zoals Albert Ellis van de
rationeel-emotieve therapie en John Grinder en Richard Bandler
van het neurolinguïstisch programmeren.
En van de Japanse Amerikaan S.I. Hayakawa
, die Korzybski's ideeën wat vereenvoudigde en gebruikte om
de standaard menselijke omgangstaal te analyseren. Zijn boek Language in Thought and Action
, is veelgebruikt over de hele wereld als
introductie van hoe taal praktisch werkt.
Wat hier aan al deze elementen wordt toegevoegd is de sinds de tijd van al die werken sterk toegenomen
kennis van de werking van zenuwstelsel en brein. Dat is ook al iets dat begonnen is door Korzybski, die het
uitvoerig heeft over de neuronen, de basiscellen van het zenuwstelsel, maar door de gebrekkige kennis
van die tijd niet verder komt dan ze te behandelen als min of meer individuele schakelaars, terwijl hun
voor hogere functies relevante werking zit in die van groepen van neuronen.
De toename van de hoeveelheid neurologische kennis is zo snel gegaan dat een voor buitenstaander
toegankelijke en bruikbare inleiding nog gemaakt moest worden, te vinden hier
of in wat meer detail hier
. Ze is niet noodzakelijk voor
het volgen van de rest van dit verhaal (de relevante punten worden herhaald), maar sowieso
is het iets dat
je zou moeten willen weten: het is de handleiding bij de werking van je eigen brein. Waarin
het zich onderscheidt van standaard inleidingen is dat het uitgaat van de informatiestromen, en dus
begint bij waarnemingsorganen en hersenstam, in plaats van het grote menselijke brein erboven.
De nadruk op informatiestromen heeft er dan weer toe geleid om
hier niet met de neurologie te beginnen, maar met datgene
dat de mensen directer raakt: de taal. En hoe dat gebruikt wordt als middel voor communicatie
van ideeën. En wel op het punt dat heet de abstractieladder.
De abstractieladder
Het oorspronkelijke idee van de abstractieladder komt weer van Korzybski,
als onderdeel van zijn hoofdwerk Science and samity (1933). De "structural differential"
is een mechanisch model van de relaties tussen woorden, onder links in een originele
versie en rechts schematisch:
In dit model is de bovenste parabool een symbool voor de werkelijkheid en
haar oneindigheid, en de cirkels er direct onder de eerste concepten die
direct daarvan afgeleid worden, wat genoemd wordt het 'object level'. Wat
gevolgd wordt door meerdere lagen van abstractere concepten die daarvan
afgeleid kunnen worden.
Met behulp van deze concepten kan dan een
innerlijk eigen beeld van de werkelijkheid worden opgebouwd, wat, zie in de
eerste illustratie, per definitie niet hetzelfde is als de werkelijkheid
maar een sterk gecondenseerd aftreksel ervan. Bij de meeste mensen hogelijk
beperkt, waarvan de allereerste en grootste beperking is dat men niet weet
dat het zo werkt.
De eerste stap
voor het ontwikkelen van meer bewustzijn is dus het realiseren van het bestaan van het
proces van het maken van "de kaart", het model van de wereld in het hoofd
van het individu. Die capaciteit tot abstraheren is niet specifiek menselijk, zoals alom
gedacht, maar al
aanwezig in vele diersoorten, zeker vanaf het niveau dat ze elkaar kunnen
waarschuwen voor gevaar als roofdieren, wat zeker ook al aanwezig is bij
vogels.
Bij de mens is dat het hoogst ontwikkeld, in de vorm bekend
als "taal". "Taal" is het communiceren van symbolen door middel van
klankuitstoten, later aangevuld met een notatiesysteem hiervoor, genaamd
"schrift". De algemene semantiek van Korzybski is een manier om dat te
beschrijven en zijn stuctural differential was zelf een poging tot
het abstraheren daarvan, als poging tot het maken van een model.
De
volgende stap in dat proces van abstraheren en beschrijven kwam van
Hayakawa, die de structural differential omvormde tot dit:
Met als voornaamste toevoeging het expliciet en concreet maken van het
abstractieproces - een aanzienlijke verbetering, natuurlijk. Ten behoeve van
het leggen van een verbinding met de neurologie wordt dat proces hier
voortgezet.
De abstractieladder is ontwikkeld als de
systematische uitwerking van relaties tussen groepen van allerlei soorten,
waaronder dus degene bekend als "abstracties", begrippen zonder directe band
met de werkelijkheid - de hokjes van de linkerkant. De algemene semantiek
doet dat direct vanuit
het uitgangspunt van taal, en de betekenis van woorden, maar zoals al
geconstateerd: diersoorten doen dat ook al zodra ze de dieren in hun
omgeving kunnen onderscheiden in soorten. Dus een nadere blik op de details ervan
is gerechtvaardigd.
Beginnende met een
indeling van de verschillende soorten van woorden.
De
allereerste soort woorden en een goede kandidaat om de oorsprong te zijn van
de ontwikkeling van taal zijn de aanwijswoorden. Ze zijn noodzakelijk om een
verbinding te leggen tussen een klankuitstoot en een object. Ook "moderne"
kinderen leren taal op die manier. Hier in het voorbeeld rechts: Mama: "Daar is
Bessie!"
De
tweede soort woorden is die van de eerste en natuurlijk ontstaande abstracties: alle
beesten die op "Bessie" lijken - "Klara", "Johanna" enzovoort, waarbij "Klara" en "Johanna"
de
aanwijswoorden zijn voor twee bepaalde andere koeien op de boerderij. Het woord
"koeien" heeft de gezamenlijke eigenschappen van alle koeien op de boerderij, maar
een groot aantal individuele eigenschappen van Bessie enzovoort gaan daarbij
verloren; samengevat als: het verzamelwoord "koeien" is abstracter dan het
aanwijswoord "Bessie".
De
boerderij van Klaas heeft naast koeien ook paarden en varkens. Koeien en paarden
en varkens zijn heel verschillend, maar voor boer Klaas toch ook weer gelijk in een aantal
zaken: zo hebben zowel koeien als paarden voer nodig, produceren ze mest,
enzovoort. Die gemeenschappelijke eigenschappen worden samengevat in het woord
"vee", in het Engels livestock oftewel: "levende have"
- wat ook gezien kan worden als een verzameling van verzamelingen. Merk op dat er voor "vee" geen afbeelding is te maken. Kennelijk is het zo
dat hoewel beide termen abstracties zijn, "vee" een andere relatie tot de
werkelijkheid heeft dan "koe". Hiervoor is dus de term "hogere abstracties".
Als deel van "vee" verliest koe "Klara" weer een groot deel van haar
eigenschappen: het melk geven (althans: als producent), en bijvoorbeeld ook haar
kleur. Koeien zijn zwart-wit, paarden bruin en varkens roze, dus je kan niet
spreken van de "kleur" van "vee".
Dit wel doen is een vorm van "categorieverwarring", een zeer veel
voorkomende redenatie- en taalfout
.
Het
is duidelijk dat hiermee het hek min of meer van de dam is. Zo kunnen we de
"levende have" van boer Klaas samenvoegen met zijn "dode have", dat laatste
zijn tractor, ploeg, maaimachine enzovoort, tot "inboedel". En "inboedel"
kan weer worden samengenomen met landerijen en huis tot "bezit", "waarbij
het laatste weer vertaalbaar is in "geld" of "rijkdom", zie Hayakawa's
illustratie boven.
Maar ook andere indelingen zijn mogelijk: het bezit van boer Klaas maakt deel
uit van het "agrarische sector" van het dorp, het dorp maakt deel uit van de
streek, de streek van het land enzovoort. Het hek is dus niet alleen van de dam
wat betreft de hoogte van de abstracties die men kan maken, maar ook wat betreft
de breedte.
In
principe houdt het kunnen maken van verzamelingen nergens op - het heelal is
groot genoeg. Maar het is redelijk duidelijk dat de nuttigheidswaarde van
verzamelingen wel redelijk snel afneemt - abstracter dan "geld" lijkt weinig
nuttig, en ook qua breedte zijn er beperkingen: koeien samen nemen met
schilmesjes kán, maar lijkt weinig zinvol.
Dit is het model zoals ontwikkeld binnen de algemene semantiek, als
beschrijving van wat er binnen het verschijnsel "taal" gebeurt. Het gaat nu
uitgebreid worden. Eerst wordt Hayakawa's versie van de abstractieladder
gegeneraliseerd door de relaties te laten staan maar de specifieke termen
weg te laten. Dat geeft de figuur rechts. De werkelijkheid, wat was koeien,
paarden, tractoren enzovoort, staat hier aan de onderkant, en het meest
abstracte, wat was "geld" of "rijkdom", aan de top. Maar deze
oriëntatie is tegengesteld aan die in de eerste figuur bovenaan de pagina, waarin de
werkelijkheid, de wereld, bovenaan staat, en de beelden daarvan, de
abstracties, in het mensenhoofd eronder.
Die laatste oriëntatie lijkt het meest intuïtief, dus
laten we het schema omkeren, leidende tot een nieuwe versie, zie rechts. Deze versie
past ook beter bij een andere intuïtieve notie van het abstractieproces,
namelijk dat het fungeert als een
soort van filter of zeef. Als eerste herkent men "Bessie!" onmiddellijk aan haar
uiterlijk, direct gevolgd door haar zijn van een koe. En wat later (misschien)
dat ze ook deel uitmaakt van de boerderij. En nog verderop mogelijk
ook nog dat ze welvaart vertegenwoordigt voor boer Klaas. Maar dat
filteren gebeurt ook de andere kant op, bij het ontstaan van het
verzamelwoord "koeien", bijvoorbeeld. In "koeien" wordt er geen onderscheid
gemaakt naar kleur, maar alleen de meest karakteristieke gebruikt: zwart-wit.
Ook al dan niet hoorns verdwijnt. Enzovoort. In "koeien" tref je alleen de
meest algemene kenmerken en de rest wordt uitgefilterd. Dat is dus
precies wat er ook al gebeurt bij meer primitieve soorten, zoals vissen die
roofvissen kunnen onderscheiden van meer vreedzame. En dat is beslist
geen taalkundig proces. Dat is dus een neurologisch proces.
Even terug gaande naar de eerste illustratie: het is datgene dat in het schema gebeurt
aldaar vertegenwoordigd door het paar (gestileerde) ogen in het midden:
Waarmee tevens de eerste stap richting neurologie is gezet, want in het oog
worden inderdaad de eerste abstracties gemaakt. Wat het oog ontvangt als een
patroon van lichtpunten wordt eerst omgezet in contouren, vlakken,enzovoort.
Dit wordt gedaan in het netvlies, wat in feite een neuraal netwerk is: lagen
neuronen afgewisseld met lagen van verbindingen tussen de neuronen, zie
rechts. Het netvlies is daarbij een relatief simpel netwerk, met drie neuronlagen.
De uitkomsten van het netvlies worden via de oogzenuw verzonden naar het bovenste deel van de hersenstam, waar eerst andere informatie als de
stand van het hoofd erin wordt verwerkt. Dan gaan de signalen verder het
brein in, waar uiteindelijk het beeld van de werkelijkheid wordt
heropgebouwd. Maar hierin zitten dus al allerlei vormen van interpretatie,
zoals het feit dat signalen van beweging sneller worden doorgegeven en
verwerkt dan stationaire.
De
neurologie weet ook precies waar het maken van de abstracties zoals
"roofvis" en "koe" plaats vindt. Dat is in een onderdeel genaamd de
hippocampus, globaal geplaatst in het brein zoals hiernaast. Dat men dat zo
precies en al lang weet is de danken aan het
beroemde geval van "patiënt H.M."
,
iemand bij wie in verband met zware epilepsie beide hippocampi werden verwijderd.
Hij verloor de capaciteit om nieuw abstract
(zogenaamd "declaratief") geheugen te vormen, maar behield de capaciteiten
om de normale dagelijkse dingen te doen, en zelfs bij te leren. Oftewel: er zijn
twee systemen voor verwerking van waarnemingen en ervaringen, en het
abstracte deel verloopt via de hippocampus.
Hoe de hippocampus dat
doet is in detail onbekend, maar uit de anatomie zijn wel dingen af te
lezen. Onder links is een schematische doorsnede "loodrecht op het papier"
van de vorige, van hippocampus (boven) en omgeving, en rechts een blik op de
interne structuur:
Onderzoek gepubliceerd in 2013
(een vervolg op het bekende Jennifer Aniston-neuron-onderzoek
)
laat zien dat dit letterlijk zo werkt: in de hippocampus worden zowel beelden als taal
herkend aan de hand van abstracte concepten in de waarneming en in het
geheugen. In de hoger liggende cortex werd er met die concepten "gedacht" en
"geredeneerd". Zoals de figuur links beter laat zien, geleidt de hippocampus de informatiestroom, komende
van de hersenstam en gaande naar het midden van het brein, verder naar de
windingen van de grote cortex aan de buitenkant, al analyserende
en opbouwende. En, leert het geval van patiënt H.M.: uiteindelijk opslaand
in het (declaratieve) geheugen.
De vraag is dus: hoe komen die concepten tot stand? Zelfs met de meest
simpele dingen om mee te beginnen is het de vraag hoe je ze gaat indelen,
zoals onderstaand voorbeeld laat zien: deel je ze in naar kleur, of naar
aantal hoeken? Of iets anders? (klik erop voor een interactieve versie):
Uit diverse onderzoeken en af te lezen uit dagelijkse ervaringen is dat
die concepten er niet van begin af aan, bij geboorte, zitten. Ze worden
geleerd. Kinderen wordt als eerste geleerd om in te delen naar kleur,
vermoedelijk omdat in vroeger tijden kleur een belangrijke indicator was
voor voedingswaarde (en de voedingsindustrie maakt er nog steeds dankbaar
gebruik van). Meer over dit cruciale proces van
ordenen hier
.
Van het proces van leren is veel bekend in de neurologie, al af te
leiden uit de anatomie. Leren komt bovenop standaard-besturen, beide worden
uitgevoerd door neuronen en binnen de neuronen gebeurt dat door zogenaamde
neurotransmitters, redelijk eenvoudige chemische stoffen gemaakt door
specialistische neuronen op specifieke plekken in de hersenstam. Er zijn
vier modulerende of lerende neurotransmitters die deels redelijk bekend
zijn: noradrenaline, de opjager bekend van zijn hormoonvorm adrenaline,
serotonine, vaan de tegenwoordig bekende rustgevende medicijnen, dopamine,
bekend van zijn werking bij stimulering en verslaving, en acetylcholine,
onbekender maar met de logische taak om het tegenovergestelde op te wekken:
afkeer en walging.
Al deze processen zijn in feite ook
leerprocessen: dopamine leert je aan om dingen te herhalen ("eet rood
fruit"), en acetylcholine leert je aan om dingen te vermijden ("eet geen
insecten").
Het leren bestaat eruit dingen te ervaren, bemerken dat ze
al dan niet gunstig zijn, ze tezamen met de kenmerken ervan op te slaan, en
bij de volgende herkenning de erbij opgeslagen reactie uit te voeren.
Voor wat de hippocampus doet betekent dat de bij de ervaring gemaakte
concepten associëren met het resultaat van de ervaring, gunstig of
ongunstig, en bij de volgende herkenning met behulp van die abstractie dat
combineren met gunstig of ongunstig.
Oftewel: de hippocampus maakt
abstracties uit waarnemingen en gebruikt die abstracties voor beoordeling en
daarna filtering van volgende waarnemingen. Toegepast op de simpele situatie
hierboven: de categorisering en herkenning op kleur blijkt minder op te
leveren dan de categorisering en herkenning op vorm, dus de laatste komt
prominenter op de beoordelingslijst dan de eerste.
En dat doet het
brein door bij de gunstige concepten meer dopamine af te geven, en als het
oordeel helemaal aan de andere kant ligt, door de afgifte van meer of minder
acetylcholine, met dit als bijbehorend schema van de meest hierbij betrokken
structuren:
Waarbij de rode lijnen directe aan/uit sturing is van neuronen, en de
cyaan en magenta die van de dopamine en acetylcholine-verbindingen komende
uit de hersenstam. Amy is de amygdala, het waarschuwingscentrum voor de
hogere delen van het brein, en NAcc is de nucleus accumbens, het
genotscentrum.
Het proces als geheel is heel goed waar te nemen bij
baby's, die beginnen met redelijk willekeurige bewegingen met hun ledematen,
en daarbij zorgvuldig letten op of het al dan niet resultaat heeft: lukt het
me om dat snoepje vast te grijpen?. Brengen mijn bewegingen me een stukje
verder op de vloer?
Daarbij steeds meer geholpen door de
aanmoedigingen van de ouders, want het emotionele deel van het brein,
liggende lager en zijnde kleiner, ontwikkelt zich een stuk sneller dan het
cognitieve - het vorige aangaande baby's ligt natuurlijk nog lager,
gaande over besturingsstructuren in de hersenstam.
Maar die
aanmoedigingen, of ontmoedigingen, van de ouders is natuurlijk niets anders
dan het overbrengen van emoties, en dat overbrengen van emoties is niets
anders dan woorden, of kreten in het begin, die ook in het kind de
bijpassende neurotransmitters losmaken: dopamine en acetylcholine.
Waargenomen: peuter kan net overeind blijven op een heel klein fietsje maar
het fietsje is verder nog duidelijk de baas, en de bocht in de stoep te veel
voor de intens beoefende stuurmanskunsten, en het fietsje raakt van de
stoep. "Wat doe je nou?", vraagt de vader niet eens op een onvriendelijke
maar licht waarschuwende toon. Gevolgd door een onmiddellijke huilbui.
Tja, dat dat fietsje van de stoep afraakte kan het kind zelf ook wel zien,
ze deed intense pogingen het te voorkomen, dus daarvoor hoeft ze niet
gewaarschuwd te worden. De waarschuwing wordt dus geïnterpreteerd als
afkeuring. En de acetylcholine heeft meteen zijn werk gedaan (voor de wat je
dan wel moet doen vragers: lachen of iets anders positiefs en
geruststellends, gewoon constateren dat het nog niet gelukt is, opnieuw
proberen en zelf met de hand bijsturen zodat het wel goed gaat en net doen
alsof ze het helemaal zelf heeft gedaan - overigens: bonuspunten voor het
überhaupt op deze leeftijd met het kind op pad gaan ver van huis want het
was op de brug naar het park).
Oftewel: we moeten het nu dringend
over de emoties gaan hebben, want door de emoties gaat er het één en ander
mis met het boven geschetste proces.
Dat de mens op ongeveer gelijke
voet "last" heeft van beide soorten processen: de cognitieve van de
abstracties en die van de emoties, is algemene kennis, en ooit eens heel
aardig uitgebeeld zo (al
decennia oud, vrij algemeen op het internet, en auteur onbekend):
Maar de verhalen over "left brain versus right brain" zijn in
het algemeen vrij populair.
Het linkerbrein is boven behandeld, maar
hoe werkt dat rechterbrein?
Globaal gezien heeft het zenuwstelsel
vier hoofdonderdelen: ruggemerg, hersenstam, emotie-organen en cortex -
hoewel de eerste twee vaak samen worden genomen makend het een driedeling.
Het ruggemerg zit in de wervelkolom om de reden dat een verschuiving van de
wervelkolom een dwarslaesie oplevert: roofdieren konden een onbeschermd
ruggemerg aangrijpen om de tegenstander in één greep uit te schakelen.
De hersenstam bestaat uit de eerste grote besturingsonderdelen die niet in de
wervelkolom passen, en samen met ruggemerg vormt ze reflexensysteem. En
tevens zorgt het voor de huishouding van het lichaam en is daarin essentieel. Scherpschutters mikken op de hersenstam omdat een treffer daar het
zekerst iemand direct uitschakelt. Het reflexensysteem
levert reacties op de omgeving van het aan/uit model - bekend is de opdeling
van reacties in "vechten of vluchten", wat in werkelijkheid ook "niets
doen" en "erop af gaan" is. De emotie-organen vullen
dat aan met een veel genuanceerder oordeel en een veel wijder spectrum van
reacties.
De emotie-organen of liever het emotieve systeem is die globale structuur waarvan de
werking het minst bekend is. Van ruggemerg en hersenstam is van vrijwel elk
onderdeel de functie in ieder geval ruwweg bekend. Van de twaalf
hoofdzenuwen weet men precies wat ze doen. De cortex, de fysieke uitvoering
van het cognitieve systeem, is één groot vel
waarvan er zo veel nodig is dat het in zeer vele kronkels is gevouwen, maar
de structuur ervan is overal ruwweg hetzelfde en de functie van de
verschillende delen ruwweg bekend. Bij de emotie-organen is zulks niet het
geval.
De indeling
van het emotieve systeem die op deze website gebruikt wordt, is niet die van enige
voorgaande theorie. Die
indeling volgt het van beneden naar boven en van binnen naar buiten patroon,
omdat dat overeenkomt met van primitiever naar ontwikkelder en het pad is van
de initiële informatiestromen in het zenuwstelsel. En de eerste onderdelen
behorende tot dit middendeel van het brein zijn wat men noemt de "basale
ganglia", groen rechts.
Om die basale ganglia liggen enkele tientallen
andere kernen en gebieden, en dat tezamen wordt hier gezien als het emotieve
systeem. Met daarin als centrum wat heet de caudate nucleus of kern met
staart, als zodanig zichtbaar als het buitenste groene gebied. Daarvoor zijn
goede argumenten, waarvan eentje is dat de caudate nucleus net als de
hippocampus nauw omgeven is met de grootste hersenholtes gevuld met
hersenvloeistof, die voor voeding zorgt maar vermoedelijk ook voor koeling,
net als de centrale en grafische processor in een computer.
Bij de basale ganglia past qua aansturing eenzelfde soort schema als bij de hippocampus:
En wat die basale ganglia doen is weer geïllustreerd door het geval van
patiënt H.M.. Wiens verbale herinneringen verdwenen tezamen met de
hippocampus, maar die qua gewone dagelijkse dingen gewoon kon doorleven.
Die basale ganglia regelen dus hoogstvermoedelijk al die dagelijkse
dingen. De routines waar het gewone leven om draait.
Die moeten ook
geleerd worden, maar dat gebeurt dus in een ander deel van het brein dan de
hippocampus, en vermoedelijk spelen de basale ganglia daarin de centrale
rol.
En de omliggende echte emotie-organen zijn dan
hoogstvermoedelijk die onderdelen die dat gedrag bijsturen, op een manier
die werkt met een beetje van dit en wat meer van dat, oftewel wat heet een
analoge computer.
"Emoties" is de naam die het cognitieve deel van
het brein geeft aan die drijvingen en neigingen. Neem de vier aan/uit
neigingen van het reflexensysteem, en varieer ieder daarvan van nul tot
oneindig, en je krijgt eenzelfde spectrum als het mengen van de drie
basiskleuren levert, maar dan met vier dus nog ingewikkelder.
Kleurrijk, maar met ruimte voor verbetering als het gaat om efficiëntie en
schaalbaarheid.
Waar de natuur dan ook voor gezorgd heeft, bij de
mens.
En het zo belangrijk vindt dat het reeds bij de geboorte een
dusdanige omvang heeft dat de vrouw er oneindig veel pijn voor moet lijden.
Waarna je, bij het nemen van de geringst mogelijke afstand tot het
geheel, je tot je verbijstering moet constateren dat het overgrote deel der
mensheid er niet alleen geen gebruik van lijkt te maken, maar een
substantieel deel daarvan doodgewoon bewust lijkt te weigeren er gebruik van
te maken.
Waarmee we dus aangekomen zijn bij het begin van dit
verhaal.
De verbijstering waarmee dit verhaal is begonnen is voor een
groot deel, zo niet alles, de verbijstering over het feit dat de natuur de
mens een verstand heeft gegeven, en er zo hardnekkig tegenin wenst te gaan.
Hoe kan dat, en hoe werkt dat?
Want het lijkt aan weinig twijfel
onderhevig dat voor verdere vooruitgang van de beschaving dat probleem
gesignaleerd en opgelost moet worden, of nauwkeuriger: begonnen moet worden
aan een oplossing.
Het signaleren van het probleem is al een
probleem, zoals ook onderweg bij het maken van deze analyse ondervonden.
Herinnert u zich nog dat leuke plaatje van de tweedeling in linker- en
rechter hersenhelft nog? Hier nog maar eens een keertje:
Het is al heel lang bekend op deze website, en pas recent vielen de
volgende zaken echt op: - dat de linkerkant nogal eenzijdig
gekleurd is; - dat de linkerkant nogal uniform is; -
dat de mensen aan de linkerkant hun blik van de wereld afgericht hebben; -
dat de rechterkant bontgekleurd is; - dat de rechterkant
alleen maar plezier heeft en vrolijk is. Dat plaatje
is duidelijk gemaakt door iemand met kunstzinnige vaardigheden, en mensen
met kunstzinnige vaardigheden schaart men gewoon in de rechterwereld.
Oftewel: dit plaatje is een uiting van de oordelen die mensen aan de rechterkant
hebben over mensen aan de linkerkant. Voor een groot
deel vooroordelen, natuurlijk. Al was het maar omdat
als je de indeling laat samenvallen met die van emoties en verstand, er aan
de rechterkant iets van de helft is weggevallen, namelijk de helft van de
negatieve emoties. Geen afgunst, jaloezie, haat, geweld en dergelijke
aldaar. De werkelijkheid is natuurlijk iets dat eruit
ziet als dit:
Deze verdeling in verstand en emoties is eerder beschreven op
deze website in termen van alfa en bèta
, zijnde de aanduidingen ervoor in de intellectuele wereld, bijvoorbeeld aan
universiteiten. Bovenstaande vooroordelen kan je er naadloos in terug
vinden. Ook dat is ooit eens aardig uitgebeeld door iemand:
En dat is nauwelijks overdreven. Openlijke uitingen ervan zijn zeldzaam
omdat men weet dat men het dan ook over de wetenschap en techniek
heeft, maar het sentiment is alom aanwezig in gremia als media, kunst en
dergelijke. Het is de verklaring van de afkeer van kernenergie, en in tijden
van noteren zijnde 2023, de afkeer van algoritmes, die men "kunstmatige
intelligentie" noemt, en waarin geen grammetje intelligentie aanwezig is
maar "ze snappen het niet" dus geven ze het enge beestje maar een voor hen
begrijpelijke naam
.
Zet nu de televisie aan, en lees een
paar kranten, en beantwoordt de vraag: wie zijn degenen die de baas zijn in
de wereld?
En daar heeft u uw antwoord op de vraag waarom het zo is
dat mensen van de natuur een verstand hebben gekregen en lijken te weigeren
dat te gebruiken: omdat de alfa's de baas zijn in de wereld.
Waarna
de vervolgvragen helder zijn: moeten, willen en kunnen we er wat aan doen?
Het 'moeten' is nooit definitief te beantwoorden, maar er zijn zelfs bij
deze alfa-dominantie genoeg geluiden die stellen dat er iets serieus aan de
hand is
, en dan is iedere analyse welkom.
Voor het 'willen' geldt
hetzelfde als aangaande de geluiden, en die analyse is dan voorlopig alleen voor
hen.
En voor 'kunnen' geldt dat mooie Engelse gezegde "The proof
of the pudding is in the eating", of de wat slappere versie "Niet
geschoten is altijd mis".
Dus verder met de vraag: "Hoe kan het dat
de alfa's de baas zijn in de wereld, terwijl die wereld in steeds grotere
mate geschapen en bepaald wordt door wetenschap en techniek oftewel: de
bèta's?"
En daarvoor moeten we weer terug naar de neurologie en de
taalkunde, redelijk willekeurig beginnende met het tweede.
Waar
Hayakawa's abstractieladder in detail en illustratief vermogen een
verbetering is ten opzichte van de structural differential, is er één
opzichtige achteruitgang:
In Hayakawa's versie ontbreekt de terugkoppeling.
De
neurologische schema's van de werking van zowel het abstraheren als het
leren laten een overvloed aan terugkoppeling zien.
Het belang van
terugkoppeling kan niet overschat worden. Terugkoppeling is de methode om
een min of meer stabiel evenwicht te bewaren, onder handhaving van een
zekere mate van flexibiliteit.
Wat je ook zou kunnen gebruiken als
een definitie van de evolutie.
In de neurologie is dat het
meest opzichtig terug te zien - in bijna alle neurologische systemen is er
sprake van terugkoppeling. Het bewegen van de ledematen gaat niet volgens
het schakelaar-aan-been-beweegt model, zoals in de illustratie rechts.
vergelijk het maar met de bewegingen van een robot. Er gaat gaat wel een
enkele "Beweeg!"-impuls naar het ruggemerg en van daar is er een verbinding met de
spieren, maar er is ook een terugmelding van de positie van spieren en
ledemaat en over hoe ver de ledemaat al gevorderd is, en het verzoek om
te bewegen wordt aangepast aan de huidige stand en beweging, als geheel
resulterende in een soepele beweging. Het is een teruggekoppeld systeem, welke
terugkoppeling ontbreekt bij robots (tot nu toe, in ieder geval).
De
besturing van het lichaam vanuit de bewuste delen van het brein, de cortex,
werkt op precies dezelfde manier, verdeeld in meerdere niveaus. De ziekte
van Parkinson, waarbij de ledematen gaan trillen, wordt veroorzaakt door
verminderde aanmaak van dopamine, dat ook gebruikt wordt in het
terugkoppelproces van "Beweeg!" in de cortex naar de uitvoering door het
ruggemerg. Het trillen is een bekende bijwerking van het verstoren van een
evenwicht.
Maar het maken van een evenwicht is niet de enige manier
waarop terugkoppeling kan werken. Er is ook een tweede, die even nuttig kan
zijn, maar ook schadelijk. Want wat leidt tot evenwicht heeft de vorm van
tegenkoppeling: de verstoring van het evenwicht wordt tegengewerkt,
maar er is ook de mogelijkheid van meekoppeling: de verstoring van
het evenwicht wordt versterkt
.
Alle vormen van meekoppeling
leiden tot vormen van explosie. Of lawinewerking. of iets dergelijks. In de
natuurkunde wordt het meekoppelproces gebruikt om van microscopische
verschijnselen iets macroscopisch oftewel iets groots en meetbaars en
door ons waarneembaars te maken. Een enkel radioactief en geladen deeltje
komt in een buis waar het meer geladen deeltjes aanmaakt, die ieder op zich
weer nieuwe geladen deeltjes aanmaken, resulterende in een lawine van lading
die je kan meten met een stroommeter. En de groei
gaat ook steeds sneller: 1 - 2 - 4 - 8 - 16 - 32 - ... enzovoort.
De enige manier om het te stoppen is een even explosief tegenproces, of het
opraken van het bronmateriaal
. En dit geldt voor alle
mates van meekoppeling, ook als het slechts enkele procenten is. Dit is
bekend van de financiële wereld, met bijvoorbeeld het verschijnsel van
samengestelde interest. Ook al is de groei in het begin klein, die wordt op
den duur steeds sneller. Een bekende manier om
het fundamentele verschil tussen tegenkoppeling en meekoppeling uit te
beelden is dit:
Bij meekoppeling links spiraliseert het proces steeds sneller naar
binnen, en bij tegenkoppeling rechts wordt het ronddraaien steeds langzamer
om te eindigen in een rustige rechtlijnige beweging.
De meest
voorkomende vorm van meekoppeling is zo bekend dat niemand het nog als
zodanig ziet: verslaving. Elders op deze website al gesteld: zeer veel en
mogelijk alle verslavingen zijn in feite verslavingen aan dopamine. En dat
kan met zeer goede reden worden omgekeerd: ieder proces dat de opwekking van
dopamine inhoudt, is vatbaar voor verslaving: voorbeelden: winkelen,
consumeren, gokken, roken, drank, enzovoort. De lijst lijkt eindeloos.
Het werkt allemaal voor hetzelfde stramien: men heeft een probleem. Dat
kweekt behoefte naar oplossing oftewel een beloning met dopamine (let op:
die twee zijn synoniem). Men kiest voor een handelswijze die wel dopamine
opwekt maar het probleem niet oplost. Het probleem wordt als groter ervaren.
Etcetera.
De vraag is: kan je dit ook toepassen op de maatschappij?
Dat is de vraag naar in hoeverre individuele eigenschappen ook een
rol spelen op groepsniveau, wat weer deel uitmaakt van de wijdere
categorisering van de mensverwante wetenschappen. Die is al eerder
beschreven
en het nu relevante deel is neurologie → psychologie → sociologie
, waarbij de overgang van psychologie naar sociologie die is
van de eigenschappen van individuen naar die van groepen van individuen,
oftewel een
één-veel overgang, waarbij sommige aspecten overgenomen worden, andere niet, en
nieuwe verschijnen. Wat de natuurkundigen noemen een "faseovergang".
Ook natuurkundigen hebben moeite met het wiskundig of modelmatig beschrijven
van een faseovergang, dus moeten we teruggrijpen op
het gezonde verstand. Wat goed gewerkt heeft voor het geval van de
neurologie is om te kijken naar de informatiestromen. De vraag is dan hoe het zit
de
informatiestromen tussen de groepen in de maatschappij, of met informatiestromen op dat niveau
in het algemeen.
De geschiedenis van de menselijke communicatie is bekend
genoeg
. Na de ontwikkeling van gesproken taal, mogelijk ergens tussen 200 en
100 duizend jaar geleden, is ergens tussen de 10 en 20 duizend jaar terug het
eerste schrift ontstaan, maar dat was altijd voor beperkte doelen en groepen.
Massa-communicatie was beperkt tot wat men binnen gehoorsafstand aan mensen
kon verzamelen. Dat duurde allemaal tot de uitvinding
van de boekdrukkunst, wat de eerste massa-communicatie mogelijk maakte.
Maar voor de onderhavige analyse gaat het natuurlijk om de
massacommunicatie zoals nu bekend: krant, radio en televisie, wat tegenwoordig
wordt afgekort tot
"de media".
Hoe in het algemeen de informatiestromen lopen in die
huidige "de media" is ook bekend genoeg: in een
land ver weg gebeuren vele dingen. De lokale media pikken daaruit wat ze
belangrijk vinden. De vertegenwoordigers van de verzamelaars van
internationaal nieuws, de persbureaus, pikken daaruit wat ze belangrijk
vinden. En de media in het eigen land pikken van de internationale
persbureaus wat ze belangrijk vinden. Binnenlands
werkt het ietwat korter, met lokale "provinciale" kranten/correspondenten en
een enkel nationaal persbureau (dat ook internationaal kan opereren).
Het hoeft hopelijk niet benadrukt te worden hoe belangrijk dit proces
van selectie is voor het soort informatie dat een persoon opdoet van de
wereld om hem heen.
En dan is er nog geen melding gemaakt van de eindeloos vele manieren
waarop deze berichten kunnen afwijken van de echte werkelijkheid, door al
dan niet bewuste manipulatie.
De filteringen en vervormingen ten
gevolge van dit proces zijn vermoedelijk niet kleiner dan wat er in het
brein van een individu gebeurt, wiens neutrale werking ernstig verstoord
wordt door het vrijkomen van dopamine en acetylcholine. Dat individu dat zo
gevoelig blijkt voor de verslavingen ten gevolge daarvan.
Die
filteringen en vervormingen door de media zijn uit te beelden als dit:
Uit de maatschappij komt een veelheid van berichten en signalen, en de
media, het mannetje in het midden, kiest daaruit wat het van belang vindt.
Volgens zeer oude en basale psychologische regels
("Quisque sibi proximus") en alle gezonde verstand: het kiest daaruit wat
het voor zichzelf van belang vindt.
En ook dit is een proces
met meekoppeling, want
bovenstaande afbeelding is natuurlijk statisch. De werkelijkheid is dat door
de blauwe uitstraling de poppetjes onder meer blauw zullen worden. Waarna de
poppetjes onder in de volgende fase de poppetjes boven worden en dus
gemiddeld blauwer. Waarna de media dit al blauwer geworden signaal weer
verder zullen verblauwen:
Enzovoort. Daar is de cirkel weer.
In de werkelijkheid is het nog
wat gedetailleerder, in dat het mediamannetje in het midden natuurlijk ook
deel uitmaakt van de groep die de berichten ontvangt, en het kan dus
beginnen met een lichtblauw mannetje, dat steeds blauwer wordt, en daarmee
steeds meer mensen steeds blauwer maakt, enzovoort.
Er is in de
beschrijving geen rem te vinden op dit proces.
Oftewel: we hebben
hier op het sociologische vlak eenzelfde soort proces als in het brein
gebeurt, als cirkelproces.
De vraag is dan: maar is er ook zoiets dat
werkt als dopamine dat in het brein doet.
En dat is, of beter, die
zijn, er. Nummer één is al genoemd en begint te werken zodra er een
groep is: te willen behoren tot de groep. En nummer twee waarmee het proces
kan starten maar dat hoeft niet: aandacht
.
De media zijn bijna de
ultieme vorm van het krijgen van aandacht, want aandacht in de media
leidt tot de aandacht van het hoogste aantal mensen, want de media, zijnde
massa-media, sturen de aandacht van massa's in de richting van de persoon
in de media.
En naast de al genoemde psychologische factoren is er
weinig dopamine-opwekkender dan aandacht.
En ook dit is allemaal
redelijk bekend, bijvoorbeeld in de vorm van het gezegde "Er bestaat niet
zoiets als slechte publiciteit".
Dan is er nog het derde element voor een
onbeperkte verslaving, namelijk dat wat men doet als verslaafde het probleem van de
verslaafde niet oplost: het is algemeen bekend dat winkelen, gokken, roken
enzovoort op
geen enkele manier de psychologische of sociologische problemen van het
individu oplossen, en meestal zelfs erger maken. Zelfs over rijk-worden wil
men het wel eens erkennen.
En ook dit is hier het
geval. Met het eerder gebruikte "Wilders is een fascist"-voorbeeld. Wilders gaat er
niet door weg, en Wilders gaat er zijn mond niet door houden. Want, en daar
draait het bij het demoniseren van Wilders natuurlijk om: de aanhang van Wilders gaat niet weg.
Je kan die
aanhang wel zijn mond laten houden door ze uit de media te weren en dat
gebeurt dan ook fanatiek, maar ze gaan niet weg. En wel omdat de reden dat
de Wilders-aanhangers Wilders aanhangen niet weggaat. Die reden zijnde dat
Wilders stelt dat moslims cultureel niet
in deze samenleving passen
, en omdat iedereen kan zien dat moslims niet in
deze samenleving passen, en omdat ze daardoor op alle
mogelijke niveaus voor overlast zorgen en zich misdragen (dat wil zeggen:
meer dan het blanke basis- en vergelijkingsmateriaal). Van buurtoverlast via
fraude en criminaliteit tot aanslagen
. En al die negatieve dingen tezamen is zo
omvangrijk dat het met geen mogelijkheid volledig uit de media te houden is
- een bericht over misstanden in Iran slaat direct neer op de moslims hier.
Dat niet uit de media kunnen houden van de negatieve kanten van islam
dus moslims zorgt voor een blijvend gevoel van onbehagen bij de
politieke-correctheid, die dus nog harder gaan beuken op Wilders, enzovoort,
want dat beuken op Wilders doet degenen die niet ook politiek-correct
verslaafd zijn weer onmiddellijk aan de islam denken. Enzovoort. Of
met een veel-besproken andere niet-werkende aanpak: "We moeten minder aandacht aan Wilders
geven". Alleen al dat ge-heen-en-weer tussen de
uitersten van stilzwijgen en demoniseren is een teken van verslaafdheid en
gestoordheid.
Hier is een voorbeeld (de Volkskrant, 09-06-2023, column door Peter Middendorp):
De man
heeft de gave zich volledig in zijn afkeer voor een persoon of
zaak te verliezen, en heeft daardoor al meerdere keren problemen gekregen, heeft
een keer zijn excuses moeten aanbieden, heeft een tijdje met columns over
maatschappelijke onderwerpen moeten stoppen, en weet dat:
Let goed op wat hier staat, hè .. Niet gewijd aan "de meningen van Duk", maar
aan "Duk". Waarop anderen ...
..... hem van repliek dienden, en desondanks doet hij het weer.
Merk ook op hoe hier feiten (kritische reacties) vermengd worden met sterke
emoties van de meest primitieve soort.
En merk op: die 'Duk' is "Wierd Duk", iemand die gewoon journalist is dus niet iemand die door meningen
in de media komt, en (qua media) alleen te vinden bij De Telegraaf, en die je
moet dus echt gaan
zoeken om zijn eventuele meningen te vernemen.
En hoogst kenmerkend voor dit soort gevallen:
... : als een ware spookrijder worden oorzaak en gevolg en dader en
slachtoffer precies omgekeerd. Gedrag als van deze
Middendorp heet in de psychologie "obsessief". En het ziektebeeld dat
overeenkomt met zo'n sterke vervorming van de werkelijkheid heet "psychose".
En het niet zien dat "de ander" ernstige schade wordt berokkent of
dat althans de bedoeling van de acties is om "de ander" ernstige schade te
berokkenen, heet psychopathie. De ene soort psychopaat vermoordt
vrouwen voor het plezier, de ander politieke tegenstanders.
Het
verschil tussen dit en "Wilders is een fascist" is slechts gradueel, en dat
slechts licht gradueel.
Het "Wilders is een fascist" is zo diep
doorgedrongen dat het zelfs in academische kringen wordt gehanteerd
.
En van dit
en soortgelijk materiaal zijn er vrijwel
onbeperkte voorraden verzameld onder de noemer PC-club
, met bij de honderden politiek-correcte
meningsvormers ieder zijn eigen toontje, maar allemaal hetzelfde psychopate
gedrag volgende uit het langdurig vermijden en omkeren van de werkelijkheid.
De ervaring leert dat eenmaal een klein stapje op dit pad begaan, vrijwel
universeel het afglijden in de diepe afgrond van de inwaardse spiraal volgt.
De eerste keer
dat deze laatste ontdekking gedaan werd, is deze wat wetenschappelijker uitgedrukt als "cognitieve dementie", zie hier
, mede naar aanleiding van de berichtgeving rond het presidentschap van
Donald Trump. Het 'dementie'-gedeelte slaande op het verdwijnen van
verstandelijke vermogens, en het 'cognititeve' dat het voornamelijk slaat op
het redelijke en bewuste deel van het brein. Voor het geval van Amerikaans
president DonaldTrump werd er de naam "Trump Derangement Syndrome"
aan gegeven.
Deze connectie tussen
emotioneel en cognitief functioneren is ook een een neurologische eigenschap
van het brein. Als eerste hebben we het leerschema van het cognitieve brein
gezien en later het emotieve. Hier zijn ze nogmaals, naast elkaar:
En rechts hoe het emotieve systeem dat doet. Beide circuits gebruiken dezelfde neurotransmitters. Oftewel: als je met het ene proces bezig bent, beïnvloedt je ook het
ander! Als je beloond wordt voor je gescheld op Geert Wilders, krijgt ook de
cognitieve concepten die tegelijkertijd in je hoofd rondgaan een versterking.
Je gaat in je eigen gescheld en de bijbehorende negatieve oordelen
geloven.
Ook al zijn ze hartstikke fout.
Met als een soort
ultimum dat je dingen gaat beweren die volstrekt tegenovergesteld zijn aan
de werkelijkheid, zoals boven Middendorp, maar wat ook zit in veel van de soortgelijke
zelfportretten uitgebeeld hier
.
En wat je dus ziet in de toon van het geschrijf van de meeste van hun meest
vocale stemmen, bijvoorbeeld M. van Roosmalen, S.
Schimmelpennick, S. Sitalsing, B. Wagendorp wat betreft de Volkskrant
en direct aanverwante. Het niveau van schelden is onbeperkt, en wordt
voortdurende erger in de loop van de carrière.
Een begeleidende noot:
één van de eerste wetenschappelijke bevindingen die leidden tot
het volgen van dit spoor was het vernemen (vermoedelijk via Wikipedia) van
het bestaan van een experiment waarin een elektrode werd ingebracht in het
brein van een rat, in de buurt van het genotscentrum, de nucleus accumbens.
De rat kon dat centrum stimuleren (met een elektrisch pulsje) door op een
pedaaltje te trappen. Al snel stond hij de hele dag op dat pedaaltje te
trappen, met voorbijgaan van voedsel. Wie nu,
schrijvende 2023, de media (in Nederland) volgt in heikele zaken als de
oorlog in Oekraïne of de asielzoekerscrisis, ziet volstrekt hetzelfde
gedrag: de hele dag door staan ze op het pedaaltje van het kunnen
verspreiden van hun eigen mening te trappen. En in
talloze andere zaken is alleen de frequentie van trappen wat minder
opvallend, maar dat het op dezelfde manier gedreven is, is overduidelijk
voor wie eenmaal op het bestaan van het proces gewezen is.
Het is allemaal pure verslaving aan dopamine. Tussen
twee haakjes: in de mediahoofdstad van Nederland, Amsterdam, is die
verslaving ook fysiek zo ernstig dat die stad wel wordt aangeduid als
Cokedorp aan de Amstel. De auteur van de geciteerde
column is vanuit het oosten van het land naar Amsterdam verhuist, zoals het
gros van zijn media-soortgenoten.
Conclusie nummer één: de problemen die
aanleiding geven tot de verbijstering die volgt op het constateren van het
slechte tot afwezige gebruik van de cognitieve mogelijkheden van het brein
zijn het gevolg van verslaving. Verslaving aan dopamine, net als de
verslavingen aan winkelen, gokken, roken enzovoort dat zijn. Roken is het
inhaleren van nicotine, nicotine blokkeert de heropname van dopamine, dus
roken zorgt voor extra dopamine.
Conclusie nummer twee: dit proces
heeft een sterk remmende werking op wat ooit de oorspronkelijke taak was van de
media: de verzorging van de communicatie tussen de mensen.
En die
communicatie tussen de mensen is, zoals gezien, cruciaal voor de verbetering
van het wereldbeeld dat die mensen hebben.
En het verbeteren van de
individuele wereldbeelden is zo'n beetje de definitie van menselijke
ontwikkeling en beschaving.
Oftewel: de voorgaand werkende processen
verslechteren de menselijke ontwikkeling en beschaving.
Of om bot te
zijn: de huidige processen rond de media en de politieke-correctheid zijn
bezig, communicatie, menselijke ontwikkeling en beschaving te vergiftigen.
Gepaard gaande met openlijke oproepen tot censuur door prominente
mediafiguren waaronder hoofdredacteuren, alleen maar omdat sommige meningen
hen niet aanstaan.
Het is het historische niveau van Codex en
Inquisitie. In modern jargon: "taaltips"
en "cancellen".
Remedies
Het is het makkelijkst om de politieke-correctheid in haar verslavingen en
stoornissen haar gang te laten gaan omdat het toch op één
of andere manier aan zijn einde komt
. De natuur maakt een einde aan alle groeiprocessen die geen rem hebben, met
als laatste "oplossing" die van
extinctie: het basismateriaal van de groei raakt op en de hele structuur
stort in elkaar. Dat is al talloze malen gebeurd, bijvoorbeeld bij de
overgang van de zwavel- op de zuurstof-verwerkende levensvormen. Of op wat
kleinere schaal met het
"dode slootje" waarin het leven alle zuurstof heeft opgebruikt.
Voor
wie dat geen geschikte oplossing vindt voor het media- en beschavingsprobleem, hier een
paar oplossingen, eerst opgesomd: - verplichte
open reactiemogelijkheid - diplomastelsel -
discussieregels - discussieverboden -
beroepsverboden
De gevallen worden één voor één uitgewerkt en daarna
de meest praktisch geachte gekozen.
De verplichte open reactiemogelijkheid In de
oudere communicatiemodellen boodt de krant de mogelijkheid tot reageren
middels schriftelijke correspondentie aan de redactie. Dat werkt niet als
effectieve reactiemogelijkheid omdat de redactie de keuze bepaalt van de te
plaatsen reacties, en reacties die wijzen op fouten van de krant
stelselmatig geweigerd worden. Er is een "volkswijsheid" die zegt dat de
beroepsgroep die het slechtst kan tegen kritiek de journalistiek is.
Daarin kwam verandering met de opkomst van het internet. Programmeurs en overige "computer
nerds" gingen dat gebruiken voor de uitwisseling van problemen en oplossingen
in "bulletin boards", en dergelijke, en vanuit de neiging om mee te
gaan met de tijden kwamen de kranten en later de overige media ook met
"online" versies, waar je ook kon reageren. De Volkskrant
kwam met een eigen weblog in de hoop "burgerjournalistiek" te ontwikkelen.
In de loop van de jaren is dat inmiddels weer bijna helemaal afgeschaft - de
laatste (2023) was Elsevier, met de zwakzinnige smoes van "klachten
van lezers". De werkelijkheid is dat het in alle gevallen ging om een te
veel aan reacties die de politieke-correctheden van de betreffende media aan
de kaak stelden.
De laatste afgelopen twee jaar is die reactie
omgeslagen in een steeds sterkere campagne om ook het internet te gaan
censureren. Wat een indicatie is van de mogelijkheden van deze oplossing,
maar ook van de moeilijkheidsgraad van het invoeren ervan.
Diplomastelsel
Een ingenieur moet eerst een opleiding volgen en
diploma's halen voordat hij bruggen of vliegtuigen mag ontwerpen.
Een
arts moet eerst een opleiding volgen en diploma's halen voordat hij mensen
mag gaan genezen.
Iemand die in de media wil publiceren hoeft geen
enkele opleiding te volgen en geen enkel diploma te halen voordat hij aan de
slag kan als communicatiemedewerker.
Het behoeft na het voorgaande
weinig betoog dat "communicatiemedewerker" een even essentieel beroep is
voor de beschaving als ingenieur of arts.
Het huidige beroep staat
helemaal open, en het resultaat is dat charlatans die het handigst zijn in
het misbruik van woorden de media domineren.
Er is een voortdurende
overloop tussen de beroepen van journalist en schrijver, waarbij de
schrijver als voornaamste vaardigheid heeft het kunnen fantaseren. De
columnisten die bij honderden de media vullen met hun meningen maken stromen
dingen mee in hun dagelijkse leven die geen ander soort mens overkomt,
bijvoorbeeld op terrasjes, en waarvan het vermoeden dus bestaat dat het voor
99 procent allemaal verzonnen is. Voor "het mooie verhaal". Deze mensen
gebruiken hun positie in de de media tevens, of vermoedelijk voornamelijk
als het om maatschappelijke zaken gaat,
om hun particuliere meningen over te brengen. Van de soort "Geert Wilders is
een fascist".
De al genoemde Middendorp begon als journalist en
politiek-correct chroniqueur van toestanden op het Binnenhof en werd
schrijver, schrijver Tommy Wieringa is recent (2023) columnist geworden bij
het NRC, met als voornaamste aanbeveling het lachen over een bomaanslag op
het hoofdkantoor van De Telegraaf, samen met NPO-sterpresentator
Twan Huys en een zaal vol burgemeesters.
Oftewel: de selectie op
het mogen functioneren in de media is nu die van het passen binnen de
politieke-correctheid.
De cultuur van China als min of meer één enkele staat loopt
van 2000 BC tot ongeveer 1900 AD. Hoe zijn de Chinezen in staat geweest tot
deze mate van continuïteit, waar alle andere bekende grote culturen, na
aanvankelijke periodes van grote bloei, altijd in bijna nog dieper verval
geraakten.
De gemeenschappelijke verklaring van dat laatste is niet
moeilijk te vinden: bestuurlijke corruptie. Romeinse Rijk: het bestuur in
onbeperkte weelde in geïsoleerde villa's aan de kust. In Nederland: een
Gouden Eeuw gevolgd door de Pruikentijd. Enzovoort, enzovoort, enzovoort.
In China wisselden wel de keizers en de dynastieën aan de absolute top,
maar de bestuurslaag eronder, de mandarijnen, kwamen gedurende al die eeuwen
op voornamelijk één manier aan hun baan: door het afleggen van examens.
En hier kwam een een gelukkig toeval de Chinezen helpen: ze hadden een
geheid neutrale vorm van examineren: het beheersen van de Chinese taal. Een
sterk intellect-belastende klus met haar overvloed aan karakters.
Er is geen één-op-één verband tussen taalbeheersing en algemene
intelligentie, maar er is wel een stevig verband.
Maar, misschien zelfs belangrijker: het systeem is toegankelijk voor
iedereen, onafhankelijk van eerdere sociale klasse.
Dus waarom zou je
een systeem dat zo uitstekend werkt in het bestendigen van een beschaving en
zo uitstekend werkt om een al enigszins werkende beschaving op een hoger
plan te tillen, niet proberen toe te passen als je in je eigen beschaving
een nijpend probleem detecteert, veroorzaakt door bemensing: introduceer een
examen voor het kunnen bezetten van media-functies.
Discussieregels Het bestaan van discussieregels is bijna net zo oud
als de bestuurscultuur van China. De oude Grieken hadden voor afwijkingen van
die regels al mooie namen, bekend meestal in hun Latijnse variant, met als
bekendste en nog steeds meest gebruikte het Ad hominem. Het op de man spelen
.
Datgene wat het boven gegeven voorbeeld hanteert.
Dat is geen
toeval, want een overgroot deel van wat er uit de politiek-correcte hoek
dat
wil zeggen de hoek van "de media" komt in datgene dat lijkt op "discussie"
is Ad hominem.
"Wilders is een fascist".
"Baudet is een
antisemiet".
"Duk/Niemöller/Brendel/... zijn wappies". Of "... zijn
complotdenkers".
Schrap dit uit wat doorgaat voor de huidige
maatschappelijke discussies, en je houdt nauwelijks iets over.
En het
overgrote deel van de rest valt ten offer aan de overige door de oude
Grieken reeds genoteerde retorische trucs.
Ad verecundiam (=
eerbiedwaardigheid): "Deskundigen zeggen ... ".
Ad populum:
"Nederlanders ...", "Wij ..."
Ad baculum (= slaan met de stok):
"... moeten ... ", "Er is geen alternatief".
Hoe dit allemaal gebruikt
wordt, is ook bekend genoeg - hier is een populaire versie, die dat probeert
te bestrijden, maar dus ook een signalering is van het probleem:
Download het diagram voor een wat grotere en beter leesbare versie (of
klik erop). Het probleem is hier geformuleerd voor het christelijke geloof,
maar geldt natuurlijk voor iedere ideologie.
Een ideoloog kan niet
discussiëren over zijn ideologie, omdat ideologie een niet-bediscussieerbare
boven de werkelijkheid staande waarheid is. Voor de ideoloog.
De belangrijkste stellingname of dus
doodgewoon mening van de politieke-correctheid is "De Gelijkheid der Culturen",
en dat is iets waarover de politiek-correcten niet willen discussiëren. Een
ideologie, dus. Met ter ondersteuning van het zijn
van ideologie dat het ook doodgewoon niet waar is, want de hele natuur is
gebouwd op evolutie, en evolutie is onmogelijk zonder ongelijkheid.
Maar dit zijn dus eigenlijk allemaal voorwaarden vooraf. In het vakje met de getallen staan de regels die de auteur formuleert, en
die dus regels van discussie zijn.
Waarvan de regels van de oude Grieken dus deel uit maken, in te vullen op
plaats 3.
Mocht het ooit zo ver komen dat de politiek-correcten
willen discussiëren, dan is het invoeren van regels zoals in het diagram dus
een mogelijkheid. Op deze website zijn ook al een aantal
andere mogelijkheden geformuleerd, zie hier
.
Zlef dragen ze, vermoedelijk onbewust, steeds vaker, schrijvende 2023, zelf
ook mogelijkheden aan, waarover meer in de volgende rubriek
Discussieverboden en beroepsverboden
Discussieverboden en beroepsverboden zijn hier samen genomen omdat voor beide geldt
dat ze uitbreidingen zijn van diploma's en
regels, en het duidelijk is dat het kunnen invoeren van de eerste al tot de
bijna-onmogelijkheden behoort. Dat ze toch vermeld zijn, is omdat de
politieke-correctheid zelf wel discussie- en beroepsverboden mogelijk acht
in de zin dat ze ze voorstellen en er over discussiëren. Een recent (2023)
voorbeeld (de Volkskrant, 19-06-2023, column door Sander Schimmelpenninck):
En daarvan is een eindeloze stroom andere voorbeelden
, bijvoorbeeld in
de pogingen de niet-politiek-correcte omroep Ongehoord Nederland uit het
publieke, dat wil zeggen: door iedereen betaalde, omroepstelsel te weren.
Dat heeft twee consequenties. Consequentie 1: de politieke-correctheid
meent dat er regels voor het al dan niet toelaatbaar van meningen zijn.
En consequentie 2: in een neutraal systeem kan het niet-toelaatbaar zijn van
meningen ook slaan op de meningen van de politieke-correctheid zelf,
oftewel: men acht het mogelijk om de politieke-correctheid te verbieden.
En iets
dergelijks voor beroepsverboden, natuurlijk. Er zijn ook genoeg gevallen
daarvan te vinden. Toen Arthur van Amerongen, met vaste toegang tot de
media, een boek publiceerde over de ongewenste invloed van de islam in de
Brusselse wijk Molenbeek (waar hij woonde), werd hem de toegang tot de media
ontnomen. Iets dat hij weer grotendeels terug kreeg (met ook een column in de Volkskrant)), toen Molenbeek de uitvalsbasis bleek van de grote
moslim-terreuracties in Parijs met onder andere de Bataclan als doelwit.
De oproepen tot het verbieden van omroep Ongehoord Nederland en de
politieke partij Forum voor Democratie worden gewoonlijk slechts onderbouwd
met de stellige bewwringen dat deze intituties "de democratie ondermijnen",
of termen van gelijke strekking.
Deze onderbouwing is ook weer van de
oud-Griekse soort, genaamd Petitio principii
, betekende: het te bewijzen zit
reeds in de aanname. Men beweert die instituties uit de democratie te
willen weren omdat ze er niet in zitten.
Alle soortgelijke uitspraken
moeten dus geschrapt worden en gezocht naar geciteerde uitspraken van die
instituties, en die onderzoeken op elementen die anti-democratisch zouden
kunnen zijn, op basis van regels wat al dan niet democratie is.
Dat onderzoek is gedaan elders op deze website, wat veel detailwerk is, dus
hier een samenvatting in beeld:
Dit is een overduidelijke politieke satire, met in beeld een
politiek-correcte politicus bezig met de promotie van milieubeleid van de
Europese Unie, wat vergeleken wordt "met de Tweede Wereldoorlog", ook wel
bekend van deze vorm:
Dit te vergelijken met een soortgelijke politieke satire uit de hoek van
de politieke-correctheid (Joop.nl, 11-02-2011, cartoon door Adriaan Soeterbroek):
Ook eentje uit een hele stroom van deze vorm (de Volkskrant,
feb. 2027):
Waarover de politieke-correctheid oordeelt met (de Volkskrant,
25-02-2017, rubriek De week van de (plv.) hoofdredacteur, door Pieter Klok):
Datgene dat voorheen in dit verhaal afgekort werd tot "Wilders is een
fascist", waarmee men eigenlijk bedoelt, zoals hier dus uitgebeeld: "Wilders
is een nazi". Hoe de politieke-correctheid reageerde
op de qua soort volkomen identieke eerste satire is te controleren door te
klikken hier
, samen te vatten met: "Grote ophef".
Wat uiteindelijk leidde tot dit (nos.nl, 06-04-2023,
):
Een gerechtelijk dwaling van de hoogste soort. Vanwege het belang van de zaak een tweede geval. Eerst het
vergelijkingsmateriaal, en in verband met het belang van de zaak, namelijk
de staat van de rechtsstaat, veel vergelijkingsmateriaal.
Nuumer 1, een politicus van Joodse afkomst: (vn.nl, 15-12-2010,
):
Nummer 2, een universiteitsdocent en prominent twitteraar (meerdere
malen overgenomen door GeenStijl) van Joodse afkomst (Joop.nl, 21-09-2016):
Nummer 3: een internetpublicatie van de NPO, bestuurd door een mevrouw
van Joodse afkomst (Joop.nl,
30-12-2019):
Nunmmer 4, een hoogleraar van Joodse afkomst (trouw.nl, 07-09-2020, door Maaike van Houten,
):
Nummer 5: een zeer prominent schrijver van Joodse afkomst:
Dan het te vergelijken geval waar het om gaat, dat van een prominent
niet-politiek-correcte politicus:
Met als reactie (cidi.nl, 07-12-2021,
):
En hier is de uitspraak (nos.nl, 23-05-2023,
):
Waarmee de rechtsstaat definitief ten onder is gegaan.
Of in de termen van het literaire meesterwerk
hierover: "Alle mensen zijn gelijk, maar Joden zijn iets
gelijker dan de andere mensen".
Er zijn meer soortgelijke gevallen
, en wel dusdanig veel dat in de mond van de
mensen die niet door de politieke-correctheid gecorrumpeerd zijn, de
rechterlijke macht bekend staat als "die D66-rechters"
.
Samengevat: de politieke-correctheid vindt dat het mogelijk moet zijn
openbare uitingen te verbieden, oftewel: vindt dat openbare uitingen aan
regels gebonden moeten zijn, en hanteert daarbij als enige regel of die openbare
uitingen al dan niet voldoen aan de meningen van de politieke-correctheid.
En de invloed van de politieke-correctheid, in eerste instantie gevoed
door de media, gaat zo ver dat het justitiële apparaat en de rechterlijke
macht meegaat in deze definities.
Politieke invulling
Het voorgaande ging over hoe de werking van de neurologie via de psychologie
en de sociologie zijn weerslag heeft op de werking van de media. Daarbij is
voortdurend gebruik gemaakt van de term "politieke-correctheid".
De term politieke-correctheid is in principe een politiek-neutrale term staande
voor "Wat de algemene opinie in de maatschappelijke discussie is" en dat kan dus
van alles zijn. In Duitsland voor de Tweede Wereldoorlog was het nazisme de
"politieke-correctheid". In het Amerika van na de Tweede Wereldoorlog was
virulent anticommunisme de politieke-correctheid.
De tijdens de
beschrijving van de werking van de media gegeven voorbeelden zijn van een
meer politiek-gekleurde soort, omdat de meest heldere discussies van de
politiek-gekleurde soort zijn. En de meest heldere maatschappelijke
discussies worden automatisch de meest heldere politieke verschillen.
Zoals gezien is één van de meestgebruikte strijdmethodes van de media
in deze maatschappelijke tweestrijd het vermijden van het uitspreken van de
inhoudelijke maatschappelijke verschillen, en ze te maskeren met
persoonlijke aanvallen gebruik makende van emoties. Zoals dus in het
meestgebruikte voorbeeld boven: "Wilders is een fascist", wat dus gaat om
het vermijden dat het gaat over de wenselijkheid van de islam.
In bovenstaande is vermeden om de term politieke-correctheid in te vullen om
de begrijpelijkheid van de neutrale analyse niet te vertroebelden met de
maatschappelijke en politieke oordelen van de lezer, maar bij de gebruikte
voorbeelden gebeurde dat dus automatisch, en voor verdere toepassing moet
dat dus automatisch toch gebeuren. In feite is dat de volgende stap in de
reeks neurologie → psychologie → sociologie → media →
politiek
.
Die invulling van "politieke-correctheid" wordt dus door de huidige
politieke-correctheid ook naarstig vermeden, zo ver gaande als het ontkennen
van het bestaan van een politieke-correctheid. Hier een andere veelgebruikte
methode uit een eerder geciteerde bron (de Volkskrant, 19-06-2023, column door Sander Schimmelpenninck):
Wat hier staat is, afgekort: "Alles wat niet tot de politieke-correctheid
behoort, is extreemrechts". Of als men "genuanceerd" wil zijn: "domrechts".
Bij redelijk hoge uitzondering stond in deze bron, tussen neus en lippen
door, ook wat het verschil is tussen politieke-correctheid en extreemrechts:
Waar dus staat wat het verschil is: extreem-rechts is gelijk aan
anti-globalisme, en dus is politieke-correctheid gelijk aan globalisme.
Maar "globalisme" is zelf ook weer een afkorting, en eentje die op
meerdere manieren ingevuld kan worden, maar de volgende zijn algemeen
erkende elementen: vrij verkeer van mensen en goederen, open oftewel geen
grenzen, weinig of geen sociale voorzieningen oftewel weinig of geen sociale
samenhang, bestuur door elites, geen beperking aan winstvorming en
uitbuiting, vrije financiële markten, weinig of geen belastingheffing,
enzovoort. Andere afkortingen hiervan of synoniemen
van globalisme zijn kapitalisme, neoliberalisme, de wetten van de woestijn, en dergelijke.
En het achterliggende meest fundamentele sociologische verschil tussen
globalisme en antiglobalisme oftewel een systeem waarin er wel grenzen en
dergelijke zijn, is die van rondtrekker of nomade en thuisblijver of
resident.
Met het essentiële sociologisch-economische verschil dat de
thuisblijver gewas kan verbouwen en producten produceren, en de rondtrekker
of nomade niet. Iets dat deels ook bekend is in de indeling in economische
sectoren
.
Deze tegenstelling dook niet lang geleden plotseling op tijdens de
lock-downs van de coronacrisis, en het verschil tussen "essentiële" en
"niet-essentiële" beroepen geformuleerd moest worden. De niet-essentiële
beroepen, dat wil zeggen; de beroepen waarvan het functioneren van de
maatschappij niet afhangt, dat wil zeggen: de franje-beroepen, dat wil
zeggen: de parasitaire beroepen, werden gemakshalve beschreven als alle
beroepen die je vanuit huis achter je computer kan beoefenen oftewel de
beroepen die de rondtrekker kan beoefenen.
En het is volkomen
duidelijk: daartoe behoren ook de media.
Dus de media zijn
globalistisch. Of neoliberaal. Of parasitair.
En de
"extreemrechtsen" zijn de antiglobalisten, dus de mensen in de essentiële
beroepen: boeren, arbeiders, verpleegsters, vuilnismannen, enzovoort. En
voor sommigen verrassenderwijs: ook onderwijzers, want geen onderwijzer =
kinderen thuis = ouders niet naar werk.
En dat is dus de
achterliggende reden waarom de politiek-correctheid het bestaan van een
politieke-correctheid ontkent, niet over de opvattingen van die
politieke-correctheid wil praten, en het in plaats daarvan heeft over
"extreemrechts" en dergelijke.
En het is dus ook de reden achter het
"Wilders is een fascist". Want bij globalisme hoort dus integraal "open
grenzen" en vrije (im)migratie. En een tegenkracht tegen vrije immigratie is
de mogelijkheid dat immigratie negatieve kanten heeft. Bij globalisme hoort
de bestrijding van het idee dat immigratie negatieve kanten heeft.
Bij globalisme hoort dus nog sterker de bestrijding van een eventuele
werkelijkheid dat immigratie negatieve kanten heeft.
En de
tekenen uit de werkelijkheid dat vrije immigratie negatieve kanten heeft
zijn overweldigend, in de mate als overweldigend maar kan zijn. Wie wil het
nog overweldigender dan achterstands- en criminaliteitswijken in bijna alle
Noordwest-Europese steden, en reeksen bomaanslagen met tot in de honderden
doden.
Dus moet de campagne tegen het bewust worden en in het
openbaar uiten van het bewust zijn van deze overweldigende nadelen van vrije
immigratie een overweldigende sterkte hebben.
En dat is de campagne
hier aangeduid met "De Gelijkheid der Culturen". De campagne voor de
stelling dat vrije immigratie geen nadelen heeft.
Een campagne
gevoerd dus op het niveau van een intens beleden ideologie.
De
campagne die de media voert is die voor het globalisme en "De Gelijkheid der
Culturen", omdat de media, als sociologische groep, behoort tot de groepen
die profiteren van de ideologie van het globalisme en "De Gelijkheid der
Culturen", en omdat ze parasiteert op degenen die nadelen ondervinden van
globalisme en "De Gelijkheid der Culturen". In deze zin is de strijd van de
media één van zeer ordinair eigenbelang, de bas/nale psychologie
, en omdat het ten koste gaat van anderen, van kwaadaardigheid.
Wat
je dus terug ziet in het beledigende en agressieve taalgebruik van veel van
haar meest vocale steunpilaren in de media, zoals
J. "Christenhonden" Blokker
, B. "Madurodamgoebbels" Wagendorp
, S. "Drek, drek, drek" Sitalsing
en S. "Fascistenfluisteraar" Schimmelpenninck
.
Ook hier is er een neurotransmitter aan het werk, maar dit keer die van de
acetylcholine: ze hebben afkeer van hen die hen hun makkelijke leventje
willen ontzeggen. En degenen op wie je parasiteert moet je sowieso gaan
haten. Zie bijvoorbeeld de universele afkeer bij
media en elite van de boerenprotesten, met name de meest vreedzame daarvan:
... : de omgekeerde vlaggen. Voorheen hadden
de media-mensen als zijnde globalisten een uitgesproken hekel aan de
Nederlandse vlag, als zijnde een symbool van een staat dus een symbool van
grenzen. Maar die omgekeerde vlag lokte bij hen dit soort reacties uit:
En het is duidelijk waarom: die vreedzame boerenprotesten doet hen
herinneren aan het parasitaire karakter van hun leven. "Zonder boeren geen
eten", was er op menig boerenspandoek te lezen, en dat beseffen ook media en
elite maar
al te goed. De globalisten. Die
omgekeerde vlaggen betekenen: "Wij willen jullie geparasiteer niet meer", en
dat werd onmiddellijk begrepen.
Al deze dingen, globalisme,
vrije(im)migratie, neoliberalisme en parasitisme dient men dus
in te vullen in het bovenstaande, daar waar er "politieke-correctheid"
staat.
Praktische mogelijkheden
Uit de voorgaand voorgestelde mogelijkheden om iets het media-proces te doen, is het moeilijk kiezen wat de meest praktische is.
Als het tot deze beperkt moet blijven, lijkt die van het diploma het meest
haalbaar en praktisch. Het werkt tenslotte voor talloze beroepen waarin het
gevaarlijk wordt geacht als zulk systeem er niet is. En dat de huidige
toestand in de maatschappelijke discussie naar het gevaarlijke neigt, is iets
dat, onafhankelijk van de oorzaak, qua spectrum vrij brede aanhang heeft
.
Probleem
is wel wat er dan tijdens zo'n opleiding onderwezen moet worden, oftewel wat
voor diploma-eisen moeten worden gesteld.
Omdat de maatschappelijke
discussie in de eerste plaats discussie is, is het beginnen met de regels
voor discussie een logische keuze.
Laten we die voorgesteld worden in
het diagram eens bekijken en noteren. De eerste twee opties zijn:
Alletwee de allerminste voorwaarden voor een discussie of dialoog. De
reden dat ze er staan is dat met name religieuzen er zich slechts met zeer
grote uitzondering aan wensen te houden. We zullen de politikek-correcten
geven dat hun geval niet die mate van ernst heeft.
Hier kan ingebracht worden dat de 'basic principles of reason' niet een
vaststaand iets is, maar er staan voorbeelden ter illustratie:
Dat is heel erg algemeen en als hierover gediscussieerd moet worden, is
een zinvolle vervolgdiscussie nauwelijks voorstelbaar. Je komt dan op het
terrein van "Wat is een bewijs?", oftewel 'Chasing each other in verbal
circles'. Waarop bij een positief antwoord oftewel een
start van de discussie zelf de voorgestelde regels volgen:
De eerste twee zijn op deze website al benoemd als
retorische trucs - de eerste is "waterval"
, meerdere argumenten achter
elkaar, en de tweede is "switch"
. Beide genoteerd, zoals het merendeel
van de rest, na er zelf mee geconfronteerd te zijn. Overigens kan
regel 2 met enige soepelheid gehanteerd worden, aangezien het aanvoeren van
meerdere argumenten niet onjuist is. Dit hangt dus weer af van hoe het
gebeurt, oftewel het gezonde verstand. Regel 4 staat hier vermoedelijk in verband met de originele christelijke
context. Er is een tegenargument mogelijk, ooit geformuleerd door Goethe: "Je
hoeft niet in China geweest te zijn om te weten dat de lucht daar ook blauw
is". Dit is een factor die erg lastig in te passen is
in dit soort discussies over discussies: het gezonde verstand
.
Wat leidt tot 'Chasing each other in verbal circles' is in feite het
ontbreken van gezond verstand.
En één zo'n gezond
verstand regel is "Wie beweert, bewijst". Wat dus is
regel 3. En ook regel 3 komt terug in de algemene
semantiek, en wel in deze vorm bij Hayakawa (hoofdstuk 4: Extensional and
Intensional Meaning):
Samenvattend: eigenlijk hangt (bijna) alles om regel 3.
En regel 3 is
bekend genoeg. Dat is wat is de wetenschap. Al datgene dat sinds haar
opkomst in de westerse wereld zich onderscheid van religies.
Ook dat
is natuurlijk al genoteerd op deze website, in diagram-vorm, met vele
variaties, hier
- met voor op deze plaats geselecteerd deze:
Dit vanwege de nadruk op het tweede essentiële aspect van de
wetenschappelijke methode: het is ook een cirkelproces.
En al die
tijd dat dit cirkelproces van de wetenschap draait, zeg sinds 1500, is het
in een strijd verwikkeld met de andere, oude, manier van denken, die de
eerste, zeg, vijfhonderd jaar was die van de religie, en nu, in Europa, die
van de ideologie.
Welke strijd is dus de strijd tussen twee
cirkelprocessen - deze:
... en deze:
Regel 3 in het schema van hoe een discussie te voeren is gewoon het
gebruik maken van de wetenschappelijke benadering van de dingen.
En dit
dus voor wat men zou denken wat de logische keuze zou zijn: het leren
redeneren oftewel het leren logisch denken.
Dat komt ook van pas in de
wetenschap, maar is niet de kern. De kern is de test aan de werkelijkheid.
Logisch denken en redeneren is een zeer belangrijk hulpmiddel.
In wat inmiddels voelt als een oertijd, was dat ook in de journalistiek
bekend, en is ook nog eens aan de auteur van deze website voorgehouden: de
eerste zaken waar een journalist zich op moet richten bij het starten van
berichten over een voorval is "De vijf W's": Wie, Wat, Wanneer, Waar en
Waarom. Kennis evenzeer verdwenen als het potlood en notitieboekje. Het is
allemaal vervangen door "Hoe kan ik mijn door ideologie gedreven mening het
beste een air van plausibiliteit geven".
En als de werkelijkheid de belangrijkste factor is, is meteen bekend wat de
belangrijkste vijand is: dat is de leugen.
Oftewel: een vermeende
representatie van de werkelijkheid die niet de werkelijkheid is.
Het
gevaar van de leugen kan niet overschat worden. De leugen is wel bekend als
een onwenselijk iets, maar dat is dus onjuist. Het is niet onwenselijk, maar
een dodelijk gevaar voor de beschaving.
Met als goede tweede qua dit
soort gevaar de contradictie. De meeste leugens zijn wel duidelijk genoeg
maar bij sommige is wel enige oplettendheid vereist. Dat is niet het geval
bij de contradictie. De contradictie heeft twee elementen, en één van de
twee is altijd een leugen. Dus bij een contradictie hoef je niet oplettend
te zijn.
En de contradictie is populairder dan men zou denken. In
dit ...
... toont de partij rechts contradicties in diverse vormen. De
archetypische is 1 + 1 = 3 , maar dat is volgens de regels van het rekenen
te herleiden tot 0 = 1 , en dat is volgens de regels van de logica een
contradictie: het stelt "waar" gelijk aan "niet-waar".
Wat de
afbeelding in feite poogt te illustreren, is de strijd tussen wereld van de
alfa's en bèta's waarvan één van de aspecten is de strijd tussen wetenschap
en emoties. Of tussen wetenschap en irrationaliteit. Of tussen de twee
cirkelprocessen van denken.
Eén van de elementen van de verbijstering
waarmee deze analyse is begonnen, is de frequentie van het voorkomen van
contradicties. Een aantal van de meest opvallende is opgesomd hier
. Let
eens op hoeveel ervan het element "islam" bevat. Bijna alles wat de
politieke-correctheid beweert over de islam is een contradictie, of ertoe te
herleiden. En dat is slechts een voorbeeld. Bijna alles wat er beweerd wordt
in het kader van het globalisme is een contradictie.
En de al genoemde retorische trucs zijn ingeklede vormen
van leugen.
Merk op: we zijn hier nog steeds bezig met regel 3 van
het voorgestelde schema voor het voeren van een discussie.
Welk
schema werd opgevoerd in het kader van wat te onderwijzen aan degenen die in
de media willen gaan werken.
Als je zou veronderstellen dat degenen
die nu in de media werken daartoe een opleiding hebben gevolgd, dan zou je
denken dat die opleiding opleidt in leugen, list en bedrog. Dat wil zeggen:
het huidige toelatingsbeleid selecteert op leugen, list en bedrog, op
contradictie, op 1 + 1 = 3 en 2 + 2 = 5 , oftewel het soort mensen
rechts in de illustratie, oftewel mensen die goed zijn in emoties en
ideologie en dergelijke, ook wel genaamd alfa's.
De omslag van
selectie op alfa- naar die op bèta-eigenschappen, hoe zeer gewenst ook,
lijkt een onmogelijke zonder bijkomende maatschappelijke veranderingen, die
tezamen in de buurt komen van een omslag van de omvang bekend als
"revolutie". Een omwenteling.
En die verlopen gewoonlijk niet
geleidelijk.
Ook hier komt de algemene semantiek te hulp, in dit
geval meer indirect als ideeënbron. Want dit is wat Van Vogt
aanneemt als
eerste premisse in zijn Wereld van Nul-A: de Aarde wordt bestuurd
door mensen die een examen in de regels van de algemene semantiek moeten
afleggen, en die regels lijken in hoge mate op de regels van de wetenschap.
Waarna, natuurlijk ook omdat er een spannend verhaal
moet volgen, er een complot tegen deze stand van zaken volgt. Door dit soort
mensen
:
Dit zijn niet de alfa's van de media, maar de mensen voor wiens belangen
de alfa's in de media strijden, al dan niet bewust of gewenst.
De globalisten van het neoliberalisme, die qua karakter tegen de regels van
de redelijkheid en de beschaving zijn. Aan welk soort
mensen in de maatschappelijke discussie wel gerefereerd wordt,
onhandigerwijs, als "de kwaadaardige elite", met termen als "WEF" en "Klaus
Schwab", maar waarvan de media-elite zegt dat dat "complottheorieën" zijn en
de aanhangers "wappies".
De media-elite is mordicus tegen het soort
regels als die van de algemene semantiek, de wetenschap, en het moeten
bewijzen van wat je beweert, omdat in hun alfa-geesten het vrijuit kunnen
fantaseren en dus liegen over de wereld een veel belangrijker waarde is dan
de waarheid en de werkelijkheid, want van waarheid en werkelijkheid is er
oneindig veel minder dan van fantasie en leugen en dat is saai.
Datgene dat uitgebeeld is in de laatste illustratie.
Het
idee van een media die zich aan regels gaat houden is van een grote
onwaarschijnlijkheid binnen de huidige maatschappelijke consensus.
Aanbevelingen
De gesignaleerde situatie van de
media is al ernstig genoeg, maar nog ernstiger qua directe bedreiging is dat
vrijheidsbedreigende trends zijn overgenomen door het justitiële apparaat en
de rechterlijke macht. Overigens iets dat al begon met de rechterlijke
veroordelingen van Centrum-Democraten politicus Hans Janmaat, vanwege zijn
politieke standpunten. Meer voorbeelden zijn te vinden hier
.
En sta daar nog eens bij stil: de veroordeling van een politicus vanwege zijn
politieke standpunten
Dit tast direct de rechtsstaat aan. En zonder rechtsstaat gaat de beschaving zeker ten onder.
Directe tegenmaatregelen zijn dus gewenst, en aangezien de belangrijkste
maatschappelijke organen dus besmet zijn, zal het van de burger zelf moeten
komen.
Die lijkt, los van gewelddadigheid, geen wapens te hebben.
Maar dat is schijn.
Ook de burgers hebben het wapen waar de media
het meest op moeten vertrouwen: aandacht.
Ontzeg "de media" uw
aandacht.
Zeg uw abonnementen op alles dat lijkt op de Volkskrant
op. NRC Handelsblad, Trouw, Algemeen Dagblad,
Het Parool, enzovoort.
Kijk niet meer naar de publieke omroep.
U kunt zichzelf uitgebreid en veel beter informeren en amuseren via het
internet.
Als er weer eens verkiezingen aankomen, stem dan niet op partijen van de
politieke-correctheid. Of: stem niet op partijen die niet onmiddellijk de
immigratie willen stoppen, niet onmiddellijk stoppen met "inclusiviteit" en
andere vormen van wokisme, die
zeggen niet te willen samenwerken met de PVV, en dergelijke.
En dat
is een breed spectrum, beslaande minimaal VVD, D66, CDA, PvdA, GroenLinks,
ChristenUnie, en SGP . Op deze website al lang geleden gedoopt "de
politieke oligerachie", later geworden tot "het partijkartel".
U kunt stemmen op partijen die zich expliciet
tegen de politieke-correctheid richten, of helemaal niet gaan stemmen. Welk
laatste alleen werkt als genoeg mensen dat doen - u wordt dan mede-bewoner van
De stad der zienden
.
Het enige dat de politieke-correctheid
echt verontrust heeft, is de groeiende stem op de anti-politieke-correcte
partijen, en dus is het recept om het snelst iets te doen aan de
politieke-correctheid van media, politiek, en overige bestuurders
: het
stemmen op anti-politiek-correcte partijen.
Het voorgaande zijn in
feite allemaal passieve zaken. Bent u bereid daar voorbij te gaan, kunt u
als eerste, bij gelegenheid als u zich in staat voelt spontaan, deze zaken
aankaarten in hun omgeving, om te beginnen door anderen te wijzen op de
verbale misleidingen, falsificaties, en ronduit hondsbrutale leugens
waarmee u en dus ook zij geconfronteerd worden. Het concept van de liegende
politicus is inmiddels bekend genoeg ... :
... , maar dat van de liegende media ...
... nog lang niet.
Maar het belangrijkste wapen is natuurlijk
datgene waarmee wat u leest tot u komt: het internet.
Het internet is een wonder.
Het heeft, eigenlijk
zonder dat het iemand als zodanig is opgevallen, revoluties gebracht in de
geneeskunde, archeologie en de natuurkunde, om maar een paar gebieden te
noemen waarvan men dat het minst zou verwachten.
Een moeder zag een
foto van een kind van een kennis, en diagnostiseerde een uiterst zeldzame,
en bij het kind nog onontdekte, oogziekte. Omdat haar eigen kind het ook had
gehad.
Uit de sociale kring van de auteur: een kind kreeg last van
koortsaanvallen, en na diverse consulten op het hoogste niveau kwam de
diagnose van de ziekte van Kawasaki, in Nederland onbekend want een redelijk
zeldzame ziekte alleen voorkomend bij mensen van Aziatische afkomst. Iets
door de arts gevonden op het internet.
De qua discussie volledig
vastgelopen disciplines van archeologie en natuurkunde zijn, qua discussie,
volledig opgebloeid door het internet.
De media, daarentegen, zijn,
na het aanvankelijke enthousiasme, rabiate tegenstanders van het internet
geworden
, wat ze beschuldigen van het zijn van een
broedplaats van rechts-extremisme, en daarmee zijnde een ondermijning van de
beschaving. Uit het eerder gegeven voorbeeld (de Volkskrant, 19-06-2023, column door Sander Schimmelpenninck):
Dit is slechts een hoogtepunt in een al één of twee jaar in hevigheid
oplopende campagne. In bovenstaande kan ook enig
gebrek aan zelfbeheersing worden geproefd, wat er handigerwijs ook toe heeft
geleid dat de achtergrond van deze ontboezemingen en de motieven van de
politiek-correcten in het algemeen onthuld worden:
Wat hier en overal elders in de media wordt aangeduid als
extreem-rechts, extreemrechts, rechts extreem, radicaal rechts, enzovoort,
is eigenlijk maar één ding: anti-globalisme. Met als hoofdmoot daarvan:
weerstand tegen vrije (im)migratie. En als tweede
onthulling:
Waar eigenlijk zonder omhaal staat dat het grote euvel van de sociale
media is dat ze de censuur uitgeoefend door de reguliere media ondermijnd
heeft - het internet is ...
... in plaats van dit:
Tussen twee haakjes: in dit soort stukken wordt bijna altijd de term
"sociale media'" gebruikt, terwijl, als het op wat meer detail aankomt, het
volkomen duidelijk is dat men het hele internet bedoelt.
Samengevat: de misdaad van het internet is dat het de censuur door het
globalisme heeft ondermijnd.
Of, want dat is bijna synoniem: de
misdaad van het internet is dat het de censuur door de politieke-correctheid
heeft ondermijnd.
En de media hebben zich tegen het internet gekeerd
op een toon in het bereik van afkeuring tot afschuw
.
Waaarbij de censuur van de media dus precies het probleem is dat hier is
aangekaart, en waarvoor oplossingen zijn gezocht en aangedragen.
Dat
probleem dus zijnde het spiegelbeeld van ...
... oftewel:
Dat "de media" zich tegen het internet, dat wonder van verbreding van de
communicatie, gekeerd hebben, bewijst kwaadaardigheid.
U kunt kunt zich ook roeren op het internet,
bijvoorbeeld op de door de elite zo intens gehate sociale media
(grotendeels doelend op Twitter), of, in ultimo, dingen doen als het maken
van deze website is. Voorbeelden zijn de activiteiten van VizierOpLinks of
recent die van Sander van Dam, die dit soort dingen publiceerde op Twitter
... ::
... , en daar dat dit soort reacties op krijgt:
Voor deze website bestaat er het plan om er een wiki-achtige
versie te maken, waar iedereen aan kan bijdragen, mits die zich op één of
andere wijze voldoende gekwalificeerd heeft (de in ontwikkeling zijnde plannen worden genoteerd hier
). Tot dan kun u dat doen via een
reactieformulier
. Voorlopig zal deze website op dezelfde voet als
voorgaand en omgevend voortgezet worden.
Hoe het met de beschaving
verder gaat, is een kwestie van voorspellen, en voorspellen is,
zoals bekend, moeilijk, vooral het voorspellen van de toekomst.
Wie
de behoefte blijft voelen, kan wat grasduinen in de sciencefiction,
voorbeelden zijn gesuggereerd hier
. Het
kan worden de weg van Robocop en Terminator, of die van
I, Robot en Foundation.
Naar Alg. semantiek, inleiding
,
of site home
.
|