Bronnen bij Sociologische begrippen: onderwijs, gelijkheid
Het onderwerp van onderwijs is een heet hangijzer voor de
politieke-correctheid. Die politieke-correctheid stamt namelijk voor een
deel van wat vroeger was de linkse beweging, maar nu verworden is tot het
globalisme
. Op het moment van schrijven is er net weer een stap gezet in
de eenwording tussen de PvdA en GroenLinks, en zoals bekend is GroenLinks
één van de partijen van één grote blije wereld waarin iedereen vrij kan
rondtrekken.
De wereld als van de woestijnen van het Midden-Oosten,
waarvan GroenLinks dan ook een extremistische vertegenwoordiger in de Tweede
Kamer heeft gezet.
Aan die wereld is onlosmakelijk verbonden de
ideologie van "De Gelijkheid der Culturen", want zodra culturen ongelijk
zijn op één of meer fundamentele punten, zijn er onmiddellijk vrijwel
onoverkomelijke bewaren aan de vermenging van die culturen
, dus aan
migratie en het idee van één grote blije wereld waarin iedereen vrij kan
rondtrekken.
Wat allemaal hoogstnoodzakelijk om mee in te leiden als
het over onderwijs gaat, vanwege een speciale eigenschap van onderwijs die
dan ook hardnekkig ontkend wordt bijna door iedereen die in deze
maatschappij zijn stem kan laten horen, dus in ieder geval door GroenLinks, bijna alle voormalige sociaaldemocraten van de PvdA,
en de rest van de politieke-correctheid.
Die
eigenschap van het onderwijs waarop dus nu een bijna universeel taboe rust,
is dat onderwijs zorgt voor meer ongelijkheid.
Het taboe is zo groot,
dat de meeste mensen hier onmiddellijk zullen denken: "Maar dat kan toch niet
... Onderwijs zorgt toch juist voor meer gelijkheid ... ???"
Neen,
dat doet het nu niet en dat heeft het nooit gedaan.
Maar waar hebben
die linksen van vroeger dan voor gestreden?
Antwoord: dat was voor
gelijke TOEGANG tot onderwijs.
Dat is iets fundamenteel anders dan
gelijkheid veroorzaakt door onderwijs.
De strijd voor gelijke
toegang tot onderwijs heeft ervoor gezorgd dat "arbeiderskinderen ook naar
het gymnasium en de universiteit konden".
Nu gingen die arbeiderskinderen
zelden naar het gymnasium maar naar de HBS, een school die eigenlijk
speciaal daarvoor was opgericht, op initiatief van ondernemers zo rond eind
negentiende begin twintigste eeuw die beseften dat ze hogeropgeleide
technische mensen nodig hadden om de nieuwe industrie, de fabrieken, te
leiden.
Dus dat streven naar gelijke toegang tot onderwijs is
belangrijk en dat moet doorgaan want iedereen met talent heeft waarde
voor de maatschappij.
Maar onderwijs zelf zorgt voor meer
ongelijkheid.
Wat uitstekend toegelicht kan worden aan het voorbeeld
van het muziekonderwijs.
Iedereen kan beginnend muziekonderwijs krijgen
want muziek kan je ook jezelf leren en je hebt er relatief weinig steun bij
nodig en die je kan krijgen van andere muziekliefhebbers.
Talenten
komen vanzelf bovendrijven.
En daarna werkt het systeem zo, dat
degenen met het meeste talent, het meeste onderwijs krijgen.
Daarbij
geldt: een uur muziekonderwijs gestopt in een kind zonder talent heeft
slechts een fractie van de opbrengst van een uur muziekonderwijs gestopt in
een kind met veel talent.
En dat gaat zo door tot helemaal bovenaan
de ladder, waar de meeste getalenteerden op he conservatorium
privé-onderwijs krijgen van de topmusici die de concertzaal bespelen.
De masterclasses
En niemand voelt ook maar enige behoefte om
verandering in dit systeem aan te brengen.
Want iedereen kan zien dat
het nu eenmaal zo werkt en veranderingen geen verbeteringen zullen zijn.
Want het resultaat is: een continue instroom van de meest getalenteerden
in de concertzalen
Waarna verdere uitleg eigenlijk overbodig is.
Hetzelfde geldt namelijk voor alle andere vormen van onderwijs, zij het
in verschillende vakken in verschillende mate.
Daarbij kan je voor
bepaalde vakken minimumeisen stellen, waaraan iedereen moet voldoen.
En de tussenliggende gevallen vul je naar redelijkheid in.
Dat was en
is eigenlijk allemaal volkomen duidelijk, maar sinds niet al te lang zwemt
er een vlieg in deze soep.
En die vlieg heet "de gekleurde medemens".
De gekleurde medemens en met name het meest gekleurde deel ervan doet
het niet zo goed in het onderwijs.
Het gewone onderwijs, maar zelfs
in het muziekonderwijs.
Ja, de gekleurde medemens heeft wel (ongeveer)
dezelfde talenten voor muziek, maar niet voor het muziekonderwijs.
Dat aloude onderwijs in muziek bevat ook elementen als kennis van
muziekschrift, iets behoorlijk abstracts, en heel veel studie van voorgaande
muziekuitingen, wat men noemt de "klassieke muziek", en in die beide:
abstracte dingen
en studie-ijver
, blijkt de gekleurde medemens niet zo goed mee
te kunnen komen.
Dat wil zeggen: de gekleurde medemens die hier in
Europa verstaan wordt onder "de gekleurde medemens", wat is "zwarten en
moslims", want degenen met een Aziatisch kleurtje blijken dat allebei
uitstekend te kunnen: abstracte dingen en studie-ijver.
En hedendaagse
klassieke orkesten zijn dan ook ruim gevuld mat mensen van Aziatische
afkomst, en bijna nul zwarten en moslims.
En hetzelfde geldt in variabele mate
voor alle andere vormen van onderwijs.
En dat is niet te bevatten zo
pijnlijk.
Voor de ideologie van "De Gelijkheid der Culturen".
Dat is dermate pijnlijk, dat uit hoofde van "De Gelijkheid der
Culturen", de gelijkheid der mensen dreigt te worden afgeschaft.
En
in het muziekonderwijs is Ameirka is die deels al afgeschaft want men wil daar het "voorspelen achter het gordijn", dat
wil zeggen: kandidaten voor opleidings- of uitvoeringsplaatsen te testen
uitsluitend en alleen aan de hand van hun muziek en niet aan de hand van hun
uiterlijk, afschaffen (dat blindspelen was ingevoerd om te voorkomen dat de
beoordelaars, zelf meestal ook docenten, eigen studenten bevoordeelden boven
die van de concurrect-docent).
Omdat "door dat blindspelen de diversiteit
maar niet opschiet".
Oftewel: ter wille van de diversiteit wordt het
selecteren op uiterlijkheden heringevoerd.
En de trend lijkt
zich uit te breiden naar meer plaatsen waar op kwaliteit wordt beoordeeld.
En er gaan zelfs stemmen op om alle selectie op kwaliteit te vervangen
door selectie op diversiteit, oftewel selectie op kleur. Eerst in Amerika en
nu ook in Nederland.
En er gaan
dus ook stemmen op selectie op kwaliteit in zijn algemeenheid af te schaffen
en iedereen hetzelfde onderwijs te geven. Eerst in Amerika en nu ook in
Nederland.
En hier is één van die
inmiddels vele stemmen van dat koor, natuurlijk uit een instituut als de
Volkskrant, want dit soort steun aan houthakkers aan de wortels van de
beschaving is voorbehouden aan de politiek-correcte media, dat wil zeggen;
alle kranten en publieke omroepen, behalve De Telegraaf,
Elsevier, en Ongehoord Nederland.
Waarvan er dus al eindeloos
vele eerdere voorbeelden waren, maar onderstaande viel in een gat waarin er
ook wat tijd was om er aandacht aan te besteden. En het staat er allemaal al
bij de eerste oogopslag (de Volkskrant, 11-06-2022):
Geen enkel twijfel mogelijk: hier volgt een pleidooi voor het afschaffen van
kwaliteitsnormen in het onderwijs. Hier de woorden die
men er dit keer voor gekozen heeft (de Volkskrant, 11-06-2022, door
Aleid Truijens):
Dat klopt. Hebben we zojuist gezien: wie leertalent heeft, heeft het
meest aan het onderwijs.
Klopt. Maar dat is het gelijke TOEGANG.
Maar natuurlijk: kinderen blijven verschillende hoeveelheden talent
hebben.
Een gore leugen. De werkelijkheid:
Maar natuurlijk: intelligentie, de hoofdfactor in leertalent, is in
aanzienlijke mate erfelijk. Waarna de discussie over
de inhoud alweer is afgelopen. In het vervolg gaat het
er alleen om hoe men een verloren zaak verdedigt.
Dit gebeurt buiten de school, dus buiten "het onderwijs" om.
Zoals het er nu staat is het dus onzin: de tot nu toe genoemde ongelijkheid
vindt niet plaats in het onderwijs, en in de rest van de maatschappij is
"gelijke kansen" een leeg begrip. Het doelt op iets
dat niet bestaat en vermoedelijk niet kan bestaan.
Domme vraag. Zie de inleiding.
Een loze opmerking, tenzij je er bij vertelt waarvoor het in de plaats
is gekomen. Pure afkomst, botte willekeur, of wat dan
ook en deze redactie kan niet zo snel iets verzinnen dat beter is als 'bepalende rol' dan onderwijs.
Nogal wiedes. Tenzij je een systeem invoert waarin alleen gewerkte uren
tellen.
Allemaal hetzelfde antwoord. En het zijn allemaal
dingen waar het onderwijs zelf geen enkele invloed op heeft.
Wat jammer dat het juffie dat de vragen op heeft gesteld dat niet kan.
Klopt. Omdat onderwijs nooit een gelijkmaker is geweest, maar een
ongelijkmaker.
Klopt. Maar dat ging over TOEGANG.
Klopt. Ouders zien dat hun kinderen mogelijk in dezelfde klassen komen
als allochtonen, en die trekken het niveau omlaag door slechtere leerhouding
en leerprestaties
. Maar dat is dus ook een sterk taboe.
Weer het geluid van het klappen van één hand: noem andere manieren om
ongelijkheid te legitimeren, of stel openlijk dat je alle ongelijkheid
illegitiem vindt. Er is geen betere manier voor het
hanteren van ongelijkheid dan onderwijs en diploma's.
Dat is geen probleem van "het onderwijs". Je kan
het een probleem van de maatschappij maken. Dan moet je ervoor zorgen dat
ieder kind het aanbod krijgt dat nu voornamelijk die van de beter opgeleide
ouders krijgen (opleidingniveau van de ouders is een zeer veel betere
voorspeller dan hun rijkdom), en dat is mogelijk. Met een klassegrootte
ergens in de buurt van de vijf tot tien leerlingen. De privéschool waar deze
redactie ooit gewerkt heeft, hanteerde een norm van negen (of was het
zeven?). En een hoog opleidingsniveau van leraren, waar ook psychologische
scholing bij hoort.
Dat doet dus niet het onderwijs, dat doet de maatschappij:
Daarvan is de oplossing al gegeven. Voor wat
betreft de meeste Nederlandse burgers luidt in ieder geval de spontane
reactie: "Maar dat is onbetaalbaar" (dee redactie heeft hem ooit
hoogstpersoonlijk gekregen). Dat is niet waar, maar
het is aanvankelijk wel erg duur in de zin dat het veel meer geld vergt dan
het huidige systeem. Het zal in ieder geval wel meer
opbrengen, maar of kosten en baten dat doen is een moeilijke vraag,
aangezien een deel van de opbrengsten immaterieel is.
Er is een verschil. Maar het verschil is niet groot, en het speelt
voornamelijk in landelijke regio's. De oorzaak ligt in sociale beoordelingen
door de leerkrachten, maar welke dat zijn, is onbekend.
Een gore leugen: van uitsluiting zou sprake zijn als geen enkel kind van
lager opgeleide ouders een hoger advies kreeg. Het gaat dus om een klein
verschil. De bedoeling van de leugen is om urgentie te
krijgen voor het eigen programma.
Een gore leugen. Er is slechts sprake van een selectie op
vervolgonderwijs. Men moet hier eerste kiezen: wel of geen selectie op
vervolgonderwijs. Het antwoord "Nee" betekent iedereen hetzelfde onderwijs.
Het antwoord "Ja" laat slechts de keuze van leeftijd. De term
'deterministisch' betekent "vastliggend door regels", en daarvan is hier
geen sprake.
Er wórdt geredeneerd vanuit potentie. Maar er wordt nu nog
vanuit gegaan dat die potentie kan verschillen. De
implicatie hier is dat iedereen dezelfde potentie heeft, oftewel weer die
van "Gelijkheid".
Ieder moment van selecteren kan je zo omschrijven, dus dat is weer een
pleidooi tegen selectie.
En dat is weer de zevenleerlingen-school.
NEEN. Dat is een redenatie maar dat wordt niet gebruikt als argument,
want men is het zich niet bewust. het is een onbewust denkstap. Daarom is
het ook lastig te bestrijden.
Idem.
Die afkeer van schriftelijke toetsen is door de alfa-intellectuel meute
in en buiten de media, de politike-correctheid, zelf opgestookt. Rationele
mensen, bèta's, hebben helemaal geen moeite met toetsen. Die vrezen juist
het oordeel van mensen.
En dat moet dus inderdaad gecorrigeerd worden. Hie speelt mede dat
leerkrachten op lagere scholen bijna uitsluitend vrouwen zijn, en dus hoogst
emotioneel en irrationeel. Gevolgd door een lang stuk
wat gaat over slechts één ding:
"Ik kan niet tegen ongelijkheid".
Simpel: omdat de slimme 'arbeiderskinderen' op waren. Die gingen
allemaal al naar vwo en wo.
Neen. Maar tegelijkertijd begon er een andere ontwikkeling: de instroom,
steeds sterker, van immigrantenkinderen. En die haalden in de niveaus van
havo en vooral vmbo het niveau naar beneden. Het ging er niet om om
vmbo-onderwijs te weren, het ging erom om de mesdragende
en groepenvormende
immigrantenkinderen te weren.
Het klappen van één hand en het gelijkheidsideaal bij interviewer
Truijens, die een wekelijkse rubriek heeft over onderwijs in de
Volkskrant, en daarin ook niet kan kiezen tussen selectie en
gelijkheid. Het is óf selectie en dan is er alleen
maar die op merites, óf gelijkheid. Het is óf
"wreedheid", óf "iedereen dezelfde meuk". En oh
ja, dan was er ook die "onbetaalbare" variant. De
deskundige kiest duidelijker:
Is wat voor niveauverschil dan ook 'rechtvaardig'.
Definieer "rechtvaardig". Zoals het er nu staat, kiest
dat voor de absolute gelijkheid. Wat in de praktijk is
"iedereen dezelfde meuk", wat al steeds meer het geval is:
... , met deze gevolgen:
Want in het "iedereen dezelfde meuk"-onderwijs krijgen alle leerlingen
dezelfde meuk, en die meuk daagt de goede leerlingen volstrekt onvoldoende
uit, en de zwakke leerlingen kunnen er niet in mee komen.
Bij "iedereen dezelfde meuk"-onderwijs krijgt maar één groep leerlingen goed
onderwijs: de middelste helft tot een derde. Een
rendement van 30 tot 50 procent.
"Ik ben tegen ongelijkheid in de samenleving".
En ik ben dus tegen selectie, want hiervoor geldt het
belastingneoliberalenmodel: "Ik ben niet tegen belasting, maar tegen het
huidige niveau ervan", wat ze toepassen op alle volgende steeds lagere
niveau's. Zodra onder druk van de
gelijkheidsideologen een later selectiemoment is gekozen, gaan ze miepen
over dat het zo "wreed" is en dat het selectiemoment naar later moet.
Ad infinitum. Of je kiest voor ...
... het onbetaalbare model: iedereen privé-onderwijs.
En omdat dat dus voorlopig praktisch onmogelijk is ...
... sla je aan het fantaseren, of minder charmant: het raaskallen.
Deze redactie fietste een aantal jaren in het kader van van en naar werk
kort achter elkaar langs twee onderwijsinstellingen: de Hogeschaal Leiden
(University of Applied Sciences Leiden), en de Universiteit Leiden
(bèta-collegegebouw), en het verschil in populatie is net zo opzichtig als
dat tussen een gymnasium- en een vmbo-schoolplein. Het
citaat is volkomen waanzin. Waanzin voortvloeiende uit
de botsing tussen ideologie en werkelijkheid. En
waardoor je dit soort ...
... weerzinwekkende taal gaat uitslaan. Gepaard
gaande met ...
... dit soort inconsistenties, want een advies gebaseerd op een
schriftelijke toets heeft precies maar dan ook helemaal precies hetzelfde
effect als dat gebaseerd op de inschatting van leraren.
Het enige wat kan verschillen, is de kwaliteit ervan, dat wil zeggen: de
voorspellende waarde. En daar kan je lang en kort
over praten, of je kan het gaan meten. Helemaal niet
moeilijk. En helemaal niet erg tijdrovend, want je
doet het tegelijkertijd. En helemaal geen extra werk
gevend, want die schriftelijke toetsen zijn altijd nuttig, want je gebruikt
ze als vervanging van proefwerken. Maar eigenlijk is dat allemaal
volstrekt overbodig, aangezien allang bekend is dat schriftelijke toetsen
betrouwbaarder zijn dan lerarenadvies, hoewel het verschil niet
dramatisch is. En je kan er vergif op innemen, dat bij
invoering ervan je weer ander gezeik krijgt. Want een
schriftelijke toets moet je natuurlijk niet in één keer afnemen,
maar minstens drie verspreid over het jaar. En dan komt
de "Het is zo zwaar/belastrend/spanning-veroorzakend"-meute in het geweer,
waartoe ook interviewer Truijens behoort. Maar goed,
daar zit de deskundige helemaal niet mee, want die ...
.. is van de "iedereen dezelfde meuk"-meute. Gepaard
gaande met de bekende zalvende praatjes van die meute:
Kennen we. Kijk naar de comedy Clueless
. Waarin de Beverly
Hills-kids naar zo'n school gaan. High school.
Verplaats dat model naar, zeg, hartje Chicago, en je krijgt er de
bendeoorlogen gratis bij. In Nederland hebben ze er
een andere naam voor:
HOE.KAN.DAT.NOU ... ??!!!!!!! Deze er tussendoor
staande is ook nog leuk om mee te spelen:
Oftewel:
Waarna er nog maar ruimte is voor twee soorten reactie: onbedaarlijk lachen,
of fysiek geweld in de vorm van een pak slaag op een minder kwetsbare plek.
Gevolgd door weer een ruime hoeveelheid zalvende taal, gereproduceerd opdat
u het de volgende keren herkent:
Je zou er bijna in gaan geloven. De werkelijkheid:
Het is "Iedereen dezelfde meuk"-onderwijs in onderwijskundige
monsterinstituten op een tot nu toe ongekende schaal van duizenden
leerlingen.
Oh ja: oplossingen: - gemiddeld 15
leerlingen met een maximum van 20 in het basisonderwijs. -
gemiddeld 20 leerlingen met een maximum van 23 in het algemeen vormend
voorgezet onderwijs. - gemiddeld 15 leerlingen met een
maximum van 20 in het praktisch voorgezet onderwijs (of nog minder,
afhankelijk van de hoeveelheid noodzakelijk fysieke (haptische) training). -
scholing van leraren op (bijna) academisch niveau in vakkennis, didactiek en
psychologie, en uitgebreide scholing in ordehandhaving. - een
verbod op telefoons. - onmiddellijke sancties en verwijdering
bij geweld en etnische groepsvorming. - verbod op alle
religieuze en soortgelijke groepsuitingen.
Hoe diep de
Gelijkheidsideologie is doorgedrongen blijkt bij de volgende auteur. Merel
van Vroonhoven is een voor managerstypes aantrekkelijk miepje dat allerlei
uitdeelbaantjes in de commerciële en betsuurlijk sectoren heeft gehad ("Kijk
eens, vrouwtje kan ook wat" = managerstypje spelen), en vervolgens
spijtoptante werd en als zij-instromer het onderwijs in ging, en daarvan mag
verhalen in de Volkskrant. De kop zegt al weer bijna alles (de Volkskrant,
26-11-2022, column door Merel van Vroonhoven (pag. 2)):
Het Nederlandse onderwijs is nooit een ratrace geweest, zal dat, bij gelijke
trends, ook nooit worden, en dat 'spijkerharde' zegt "Ik heb hier echt de
ballen verstand". Zoals gewoonlijk bij columns begint
het met een portie "human interest", oftewel "de keukentafel":
Gevolgd door een alinea gevuld met verbazing over het feit dat mannen
onderling wedstrijdjes organiseren en dat leuk vinden. Buitenspelende
jongetjes: "Gaan we om het hardst steppen rond het grasveldje?",
buitenspelende meisjes "Wil jij vriendinnetje met mij zijn?".
Iedere generatie opnieuw weer (al diverse gepasseerd voor de huisdeur van de
redactie). Kan je ook heel ingewikkeld over doen:
Waarmee je dus blijk geeft van je geschiktheid als manager: in
ingewikkelde taal zeggen hoe je met een hamer een spijker erin slaat, en als
de timmerman er problemen mee meldt, niet weten wat je daar mee aan moet
omdat je nog nooit een hamer in je hand hebt gehad (hoe levendig herinnert
deze redactie nog de dag dat de Nederlandse Spoorwegen in haar vakblad voor
personeel aankondigde dat ze met de moderne tijd mee zouden gaan en vanaf nu
voor de hogere functies mensen van buiten zouden aannemen - de efficiëntie
van het bedrijf is sindsdien in een onstuitbare val geraakt).
Waarom is dit relevant? Omdat de manier van denken past bij die van het
denken over onderwijs: dat van de zonder enige binding met de realiteit
hebbende "intellectueel" - de bureau-mens - de mens met de laptop - de
thuiswerkmens - de mens die zonder probleem gemist kon worden tijdens de
coronacrisis. De "bullshit job"-mens. Zie de
volgende alinea:
Dat heeft dus helemaal nul komma niets te maken met het 'ratrace' uit de
kop. Dat is het NS-syndroom: het bestuur is overgenomen door lieden die
onvoldoende tot nul vaktechnische vaardigheden hebben dus niet weten waar
het om draait. En het tweede bewijs van onvermogen van
miepje:
En dat is de aansluitende zin. Van de hak op de
tak. Logisch, als je het niet snapt.
Ten eerste: er is geen enkele school met een lerarenoverschot. dat
fantaseert miepje. En miepje fantaseert dat, in
verband met deel twee van dit deelverhaal: het lerarentekort op scholen in
de arme wijken. Dit als gore leugen over de werkelijke
reden van het lerarentekort op scholen in de arme wijken.
Wat iedere timmerman die met een hamer een spijker kan raken je kan
vertellen: omdat scholen in arme wijken niet aantrekkelijk zijn voor
leraren. Waarop natuurlijk de echt brandende vraag
volgt: "Maar waarom zijn scholen in arme wijken niet aantrekkelijk voor
leraren?". Waarop niet alleen de timmerman maar
"iedereeen" het antwoord weet: omdat het op scholen in arme wijken moeilijk
lesgeven is. Maar waarom is het moeilijk lesgeven op
scholen in arme wijken? Antwoord: "Omdat op scholen in
arme wijken de kinderen slecht zijn in het Nederlands en meestal ook
soortgelijke vaardigheden, en omdat de kinderen op scholen in arme
wijken ook slecht zijn in het gehoorzaam volgen van het onderwijs".
Afgekort: "Kinderen op scholen in arme wijken slopen de leraren"
. En leraren willen niet
gesloopt worden, dus gaan ze liever niet naar scholen in arme wijken.
En als er scholen zijn met een lerarenoverschot (die er niet zijn) zouden
die hun leraren niet uitlenen aan scholen in arme wijken omdat dan hun eigen
leraren ook gesloopt worden. Nog afgezien van het feit
dat scholen hun leraren daar dus absoluut niet toe kunnen verplichten.
En deze hele stroom leugens dient er dus toe om dat ene feit te verhullen:
kinderen in arme wijken, oftewel allochtone kinderen, kunnen niet meekomen
en slopen de leraren Als groep (groepsgemiddelde),
want dit is sociologie
. Gevolgd door nog een paar ontkenningen van deze
achtergrond:
Wat zijn 384 ontkenningen van de werkelijkheid dat niemand gesloopt wil
worden in zijn werk.
Wat een gevolg is van het feit dat niemand gesloopt wil worden in zijn
werk.
Wat een gevolg is van het feit dat niemand gesloopt wil worden in zijn
werk en er dus te weinig mensen leraar willen worden en vooral dat te weinig
goede mensen dat willen worden (goede mensen hebben alternatieven).
Overigens is een groot tot misschien wel overgroot deel van de niveaudaling
van de gemeten onderwijsprestaties het gevolg van de toename van het
percentage allochtone kinderen. Kinderen zonder opvoeding in het Nederlands
of zonder vader. En als laatste zin in
deze alinea eindelijk het demasque:
Juist ja ... De term 'kansenongelijkheid' is
politiek-correcte taal voor "De mindere prestaties en achterstanden van
allochtone kinderen worden veroorzaakt door discriminatie".
Want hoe is het? Het zit zo: "Alle Culturen en Etnieën
zijn Volkomen Gelijk op Alle Terreinen". Behalve waar
de gekleurde etnieën ergens beter in zijn, maar dat is vaazelfsprekend.
Behalve waar de blanke etnie ergens slechter in is, maar dat is even
vanzelfsprekend Dus alle daadwerkelijke achterstanden
van allochtone culturen waar ook ter weeld hebben één en slechts één
oorzaak: de slechtheid van de blanke cultuur.
Afgekort: "De Gelijkheid der Culturen: . Dus is er in
Nederland een onderwijsachterstand bij allochtone kinderen? Zeg door
opgevoed in vreemde taal of geen vader thuis ...
Dan is de oorzaak discriminatie door
blanke Nederlanders. Afgekort: 'kansenongelijkheid'.
Waarna de rest van het artikel gewijd wordt aan het naargeestige
verschijnsel van ongelijkheid van onderwijs. Oftewel: aan de wenselijkheid
van gelijkheid van onderwijs. Oftewel: aan de
onwenselijkheid van verschil in onderwijs aan kinderen.
Oftewel: "Alle kinderen hetzelfde onderwijs". Kijk
maar:
Oftewel: "Alle kinderen hetzelfde onderwijs" (een leugen, trouwens
- expliciet wedijveren wordt uiterst zelden gedaan).
Oftewel: "Alle kinderen hetzelfde onderwijs" (een leugen, trouwens -
expliciet wedijveren wordt uiterst zelden gedaan en op de basisschool al
helemaal niet).
Een gore leugen: die tests gebeuren alleen aan het einde in verband met
de keuze van vervolgonderwijs, bestrijken alle relevante vaardigheden, en
de maker van de tests doet er niet toe zolang ze maar functioneren
(wenselijkheid is iets anders). En: die tests hebben
een ander doel dan het scoren van leerlingen, namelijk het scoren van de
prestaties van scholen, namelijk hoeveel de leerlingen vooruit zijn gegaan.
Dat werd nodig omdat de allochtone scholen op absoluut niveau veel lager
scoren, dus werd er een relatieve schaal van gemaakt
Het scoren van leerlingen ten opzichte van een vaste norm, bijvoorbeeld
het niveau waarop je Nederland beheerst, is afgeschaft om dezelfde reden:
vanwege het feit dat allochtone kinderen er extra laag op scoren (zijnde
opgevoed in een vreemde taal of hebbende geen vader thuis).
Nergens ter wereld zijn de kinderen zo lang als in Nederland.
Oftewel: non sequitur
: het argument slaat niet op de zaak: het al dan niet werken van vroeger of
later selecteren heeft niets te maken met wie het al dan niet doet. Zoals
bekend is bijna de hele wereld armer dan Nederland. Dat komt dan dus vast
door het vroege selecteren.
Oftewel: "Alle kinderen hetzelfde onderwijs".
Overigens is uit de andere columns van M. van Vroonhoven gebleken dat haar
klas of klassen niet bevolkt worden door Eva's maar door Fatima's. Die geen
enkele weet hebben van het bestaan van het beroep van zeebioloog want dat
staat niet in de koran.
Oftewel: "Alle kinderen hetzelfde onderwijs".
Oftewel: "Alle kinderen hetzelfde onderwijs".
Overigens is er een recept voor het voorkomen van het voordeel van bijles:
veel kleinere klassen zodat de gewone les veel meer lijkt op bijles. En
vermoedelijk is dat ook nog eens het enige recept.
Maar dat wil Vroonhoventje ongetwijfeld niet betalen, want dat kan maar op
één manier: een drastische verhoging van de directe belastingen.
Oftewel: "Alle kinderen hetzelfde onderwijs".
Oftewel: "Alle kinderen hetzelfde onderwijs".
Onderwijs was al een keiharde ratrace bij het eerste grote onderwijssysteem
ter wereld: dat van de mandarijnen- of ambtenarenscholen in het Chinese
keizerrijk. Iedereen kon erop, en iedereen die niet voldeed aan de normen
viel af Wat dus werkte omdat er altijd een uiterst
objectieve beginnorm was: het beheersen van zo veel mogelijk Chinese
karakters. Waarna het allemaal nog eens een keer
expliciet en uitgebreid herhaald word:
Oftewel: "Alle kinderen hetzelfde onderwijs".
En verzin zelf maar de passende overtreffende trappen bij het thema "borden
en koppen".
En een week later het identieke verhaal van iemand met
andere achtergronden maar bezeten van dezelfde politiek-correcte ideologie (de Volkskrant,
09-12-2022, column door Asha te Broeke, wetenschapsjournalist):
Precies! Dat is het doel van onderwijs: kinderen iets aanleren dat ze
niet kunnen. Het gaat het vrouwenbegrip te
boven: iets niet kunnen = verdriet = moet verboden worden, want niet
verbindend.
Je kan ook minder hard werken maar dan haal je minder goede cijfers
oftewel leer je minder. Kiest u maar!
En hoe gaat het:
Niets aan de hand, dus.
Heeft niets te maken met onderwijs, maar met de meiden-ratrace op TikTok
en dergelijke: wie ziet er het lekkerst uit? En in die
race helpt presteren helemaal nul komma niets. Als je de dikke dochter van
A. ten Broeke bent, kan je doen wat je wil maar je blijft de dikke dochter
van A. ten Broeke. Oh ja, je kan toch wel wat doen,
want je kan minder gaan eten, maar dat zal A. ten Broeke ongetwijfeld niet
stimuleren want A. ten Broeke gelooft in "fatshaming" oftewel "Dik is mooi".
Dus geef je de schuld aan:
..., maar in tegenstelling tot wat men universeel denkt is er geen enkel
verband tussen schoolprestatie en neoliberalisme, en het 'presteren'in
'neoliberale prestatiemaatschappij'slaat enkel en alleen op presteren op het
vlak van het "profiteren van anderen" - gewetenloosheid. De A.
Grunberg-maatschappij
. En dit ... :
... staat in schril contrast met een hele reeks artikelen waarin
geklaagd wordt over de achteruitgang in de onderwijsprestaties.
Maar iedereen weet waardoor dit komt (wel een koran of geen vader), maar dat
mag niet gezegd laat staan geschreven worden Dat heet
dan "kansenongelijkheid", zoals gezien bij Vroonhoven.
En nog een
paar dagen later demonstreert de Volkskrant ten
over- over, over-, over- en overvloede nog eens waar het schrijnt met de
'kansenongelijkheid' (Volkskrant.nl,
13-12-2022):
De klas waarvan de leesvaardigheid te wensen overlaat, is roomblank.
Geen gekleurd kind te bekennen. En het is geen toeval,
want vanuit een andere hoek (Volkskrant.nl, 13-12-2022):
Allemaal blanke kinderen. Terwijl normaliter de
gekleurde aanwezigheid overdadig is. Vooral op
scholen. Wat we kennen van hoffotograaf M van den
Bergh ...
. Twee specimen uit de verzameling
(de Volkskrant, 15-01-2021):
En (de Volkskrant,
28-03-2022, door Michiel van der Geest. Foto's: Marcel van den Bergh):
En nou ineens geen verrijking te bekennen ... Waarom?
Omdat ze donders goed weten dat het zwakke tot zeer zwakke Nederlands
veroorzaakt wordt door opvoeding in een buitenlandse taal. Of afwezige
vaders.
Een achterstand die het gemiddelde kind (minimaal 90 procent) nooit en te
nimmer meer inhaalt. En dat is een zo duidelijke en zo
bekende zaak, dat iedere associatie tussen leerachterstand en gekleurdheid
verboden is. Hartstikke verboden.
Want "De Gelijkheid der Culturen". Dus
"Onderwijsachterstand = Kansenongelijkheid".
Voor het gemak van de mens verschaft M. van Vroonhoven nog een kleine
toelichting (de Volkskrant, 17-12-2022, column door Merel van
Vroonhoven (pag. 2)):
Met dus die kleine spelfout: 'rmere' = "llochtone".
Kijk maar:
Nog een spelfout: 'Jarek' = "Winsley" of "Ahmed".
En nog een kleine bevestiging:
Gesloopt door "Winsley" of "Ahmed" die beseffen dat ze niet mee kunnen
komen. Komt ineens dit in de gedachten op, uit
een universum ver, ver weg uit een tijd lang, lang geleden (de Volkskrant, 18-12-2004, door Kees Beekmans):
En wat betreft Marokkanen ligt dat zo diep
verankerd dat ze er speciale termen voor hebben: kbir en sgir,
slaande op machtigen en machtelozen
.
Pas daar maar eens een mouw aan ...
En het bekende zelfversterkende effect doet zich voor: wil je je naam in
de krant, schrijf dan wat de krant schrijft (de Volkskrant,
23-12-2022, door Ton van Haperen is leraar, lerarenopleider en publicist.):
Ton van Haperen schreef vroeger verstandige dingen over het onderwijs.
Maar is opgestookt door de Vroonhovens en ...
... linksfascistische terroristenmonsters
die hun stress over uiterst
onaantrekkelijke vrouwen zijn projecteren op andere zaken.
De wereld van de competitie is een wreed gebeuren. En
wie deze krankzinnigen en monsters volgt, gaat als minste stompzinnigheden
produceren:
Leerlingen hebben tegenwoordig gigantisch veel meer vrije tijd om de
dingen te doen die horen bij jong zijn (comazuipen enzovoort) dan vroeger.
VWO? Dat heette vroeger HBS: eindexamen in twaalf (TWAALF!!!, waarvan drie
wiskundig, drie natuurwetenschappelijk en vier talen) vakken.
In één keer. Niet drie keer deelexamens.
Hoe hebben die mensen het ooit overleeft??? Ze
oneindig veel stress ...
Volstrekte waanzin. Wat de meiden extra treft, is de onderlinge
schoonheidswedijver op TikTok. En de vwo'ers extra omdat daar de minst
knappe zitten. De bèta-vrouwen.
Volstrekte waanzin. De OESO constateert absoluut niets, maar leest
alleen de rapportjes die ze uit de diverse landen uitgereikt krijgen.
Rapportjes geschreven door (in Nederland) dwaze alfa's en gamma's met ideologie in hun
koppen.
Kijk, daar duikt een probleem uit de werkelijkheid op. Daar staat dat het
toetsen gebruikt wordt als vervanging op het rommeliger worden van de
schoolsfeer. Gebrek aan ordehandhaving.
Op alle niveaus. Omdat voor ordehandhaving op school
hetzelfde geldt als voor de politie: die/dat is racistisch, want de
ordeverstoorders zijn allochtoon. Gooi de
ordeverstoorders van school (en verbiedt telefoons). Hoef je maar een paar
keer te doen.
Nu gebeurt het automatisch: de ouders die de ordeverstoorders willen
vermijden, zoeken ordelijke dus blanke scholen. En
daar spreekt "men" collectief schande van. En even
verderop, met de start van de laatste alinea:
Hij weet het dus wel, maar durft het absoluut niet op te schrijven.
Begrijpelijk. Schoolbestuurders behoren tegenwoordig
ook tot de "links"fascistische terroristen.
En daar is het sneue zeikwijf van pagina 2 weer
(de Volkskrant, 28-01-2023, door Merel van Vroonhoven (pag. 2)):
Oftewel:
Veel te veel "Koste wat 't kost de boel bij elkaar houden"-X-chromosomen.
Alles komt in gradaties, dus ook gezond verstand. Aleid Truijens, die al
vele jaren columns en artikelen over onderwijs vult in de Volkskrant
is in bezit van een beetje gezond verstand, zeker vergeleken bij de hier
elders aangehaalden. Ze wil wel eens voor Cito-toetsen pleiten, met als
gezond-verstand argument dat dat minder gevoelig is voor psycho-sociale
vooroordelen van de mens. Maar zoals gezegd: ook dit
komt in gradaties (de Volkskrant, 31-01-2023, column door Aleid
Truijens):
Na welke kop je al meteen weet dat er dingen fout zullen gaan - alleen
als door het gebruik van de term 'wit'. 'Wit' wordt gebruikt
door mensen die denken dat niet-blank onderpresteert door iets dat blanken
doen anders dan beter presteren. En eigenlijk staat
dat daar al: vrouwen worden bevoordeeld in dit proces,
De uitwerking:
Signaal nummer 2. Want je kan er je hand voor in het vuur steken dat dit
niet gaat over kansenongelijkheid, maar "Gelijkheid".
Als in "De Gelijkheid der Culturen".
De eerste ernstige fout: dat vindt absoluut niet bijna iedereen, maar
"Bijna iedereen in de politieke-correctheid".
Fout nummer 2: dat is niet "kansengelijkheid", maar "toegankelijkheidsgelijkheid".
Vervolgfout nummer 1: de VVD hanteert niet "kansengelijkheid", maar
"toegankelijkheidsgelijkheid", En "toegankelijkheidsgelijkheid" heeft
absoluut niets te maken met 'een keiharde meritocratie'.
Dit is archetypische politiek-correcte praat: de andere partij standpunten
toedichten die deze niet heeft.
Dat is niet grappig, maar het logische gevolg van misrepresentatie.
Het zou natuurlijk een waarschuwing moeten zijn voor de auteur.
En dat is dan weer wel waar. De toepassing:
Wat we maar meteen afhandelen. Er is dus beperkte
toegang voor een studie, in de praktijk alleen medicijnenstudies. Alle
natuurwetenschappelijke studies gebruiken laboratoria, dus alle
natuurwtenschappelijk opleidingen zijn duur. En medicijnenstudies zijn de
makkelijkse, hebben de meest status, en dus de enige studie die duur is, én
gewild is bij een dusdanig grote groep studenten dat ze allemaal toelaten te
duur wordt. Dus moet er geselecteerd worden.
Dat is dan simpel, want het is natuurwetenschap: je ontwikkelt een toets, je
laat alle kandidaten die toets doen, en je selecteert de top.
"Ja maar ...". Niks "Ja maar ...".... Wat wil je dan?
En waarom wil je iets anders?
Pardon: wat is er ongelijk aan iedereen een toets laten doen?
Iedereen dezelfde toets laten doen. Al het
andere is ongelijker. Loten? Dan
moet je school afschaffen, en alle diploma's, want dat is net zo ongelijk
als een medicijnentoets. Als het gaat om gelijkheid bij
verdeling van wat dan ook, dan moet je alles laten bepalene door loting:
|"Wat krijg je betaald voro je baan? We gaan loten!"
Volstrekte waanzin, natuurlijk. En ze weet het nog ook
... (het slot van de eerste alinea)
Klopt. Dus. Maar ja, dan krijg je dus toetsen en
dat is terreur. Bèta-terreur. De
bèta-terreur van de de hogere cijfers en hogere cijfers in
natuurwetenschappen worden gehaald door bèta 's. Weet
je wat? We gaan dit doen:
Prachtig argument!
En:
Etcetera. Aan het begin van een studie
vliegtuigbouw in Delft kreeg deze redactie de succescijfers uitgereikt als
functie van het gemiddelde eindexamancijfer. Na een mysterieuze dip bij 6,2
(of 6,3) ging het recht omhoog. Nooit is studenten met
hoge examencijfers betere dokters worden omdat er nooit een criterium is
gevonden voor wat is een 'betere doker', dus nooit een onderzoek is gedaan
naar het verband tussen cijfers en 'betere dokter'.
Dus de stelling van de mevrouw dus een valsheid. De
facto een leugen. Weet je wat? Dan gaan we dit doen:
Jááááá!!! Sociaal-psychologische willekeur! "Wie
kan het beste een flutverhaaltje schrijven/lullen!".
C. Northcote Parkinson (van Parkinson's Law
), in "De Engelse manier van selecteren": "In welk
onderdeel diende je vader, en je grootvader?" Waar
mevrouw, onbedoeld, op doelt met 'kind van hoogopgeleiden'.
In welk verhaal ook de wel werkende manier van selecteren staat: de Chinese
manier: 'the method of Competitive Written Examination'.
Met een voor iedereen gelijke centrale toets. De basis
van duizenden jaren Chinese beschaving. Van alle door
Parkinson geformuleerde wetten en regels lijkt dit wel de minst populaire te
zijn ... Gek, hè ... Maar goed,
laten we dan maar meteen naar de basis van de huidige politieke-correcte
cultuur gaan:
Oftewel:
Of:
En daarom ... :
... , want ...
... oftewel:
Amen. ... Een nagekomen
gedachte: dit ...
... heeft nog een aspect: een diepgravend racisme. Het stelt: "De
beroepsbeoefenaars in de gezondheidszorg zijn racisten, die zwarten en
moslims anders behandelen dan blanken". Of: "Zwarte en
moslim-patiënten in de gezondheidszorg zijn racisten, omdat ze anders
behandeld willen worden dan blanken". Of, het meest
logisch als één van de twee geldt, allebei. Hier wordt
aangenomen dat de eerste stelling een gore leugen is.
Dat iemand die zichzelf zeer deugend acht, desondanks zo een uiterst
racistische stelling kan loslaten, is een teken van hoe vergiftigd het
maatschappelijke debat is. Dat de stelling in
geïmpliceerde vorm komt, doet daar niets aan af: dat idee zit in het hoofd
en dit idee is daar gebacht door het maatschappelijke debat.
Het maatschappelijke debat dat stelt dat diversitieit en inclusiviteit
oftewel evenredige vertegenwoordiging een noodzaak is, in wat voor
beroepsgroep dan ook, en dat is dus het meest gore racisme.
Oh, en er is nog één andere mogelijke aanname: zwarten en moslims
verschillen dusdanig van blanken dat ze anders behandeld moeten worden. Maar
die is door de politieke-correctheid tot volkomen verboden verklaard, want
leidend tot "DE HOLOCAUST!!!".
Het Sociaal en Cultureel Planbureau heeft een weergaloze ontdekking gedaan: klassenverschillen
berusten niet alleen op geld, maar ook op cultuur. Dat wil zeggen: dingen als
voedingsgewoontes, gezondheid, cultuurbezoek, enzovoort.
Natuurlijk heeft het niets met allochtonen te maken, althans,
die of soortgelijke terminologie komt niet langs.
De volgende politiek-correcte ideoloog grijpt zijn kans
voor zijn eigen stokpaardje (de Volkskrant, 09-03-2023, door Jochem
Tolsma, hoogleraar sociale scheidslijnen tussen groepen aan de
Rijksuniversiteit Groningen):
Dat klopt. Maar is het SCP daar voor?
Als eerste zou dna sowieso de vraag onderzocht moeten worden "Wat is
kansenongelijkheid?", als tweede "Wat zijn de oorzaken van de diverse
varianten?", ten derde: "Wil je er wat aan doen en zo ja hoe"", en ten
vierde "Waarom?". De ideoloog heeft natuurlijk de
antwoorden al:
Dat laatste deel is al niet waar, want de hulpbron die met kop en
schoders boven alles uitsteekt is:
En denk bij de intensiteit van die kreet aan diverse films met Tom Cruise. Maar
ja, dat kan je natuurlijk absoluut niet zeggen, wnat dan komt meteen de
mammoet uit/in de porcelijnkast - want de belangrijkst factor bij de
ongelijkheid "niet door geld" is dan:
Oh nee, er staat toch iets over:
En dus met afstand de grootste is nummer twee.
Objectief, waarneembaar, en voelbaar. Objectiever,
waarneembaarder en voelbaarder dan alle andere. Goed,
de oplossing ligt dus in het onderwijs, en wel specifiek hierdoor:
Klopt, op zich: iedereen hetzelfde kuronderwijs zal de ongelijkheid doen
afnemen. Voor even dan, want dan nemen de ouders van
de "kansrijke" kinderen het heft in eigen handen, richten eigen scholen op,
en dan hebben de "minder kansrijken" definitief en nog meer het nakijken.
Volgende!
De volgende gedaante van de monster van het gelijke onderwijs voor iedereen
(de Volkskrant, 05-06-2023, hoofdredactioneel commentaar, door Raoul
du Pré):
Want:
Dus:
Want:
Het gaat vast een ouderopstand ontketenen als die extra bijdrage van het
rijk er natuurlijk niet komt (de financering van de asielinstroom gaat voor
en die groeit de pan uit), en die kiezersopstand volgt misschien wel als het
kabinet de btw weer eens gaat verhogen. Die
oudersopstand krijgt trouwens nu al vorm: men gaat eigen scholen en desnoods
een hele eigen onderwijsketen inrichten.
Daar heb je er weer eentje
in de langlopende campagne van de gelijkheidsideologen omtrent het gymnasium
(de Volkskrant, 28-08-2023, door Sarah de Gruijter, student
geneeskunde aan de Erasmus Universiteit en oud-gymnasiast):
Want ... :
... de zwartjes ...
... kunnen niet zo goed meekomen in het onderwijs en het bestaan van een
categoraal gymnaisum maakt dat zo duidelijk. Gevuld
met diverse aloude platitudes als:
De uitdagingen van de moderne wereld bestaan eruit dat je weet welke
buurten je moet mijden op welke tijdstippen, om de kans op een steekpartij
door groepen allochtone jongeren te verminderen. Hier
is vermoedelijk sprake van opgroeien in een omgeving waar de
politieke-correcte welig tiert, en de straatterreur van allochtone jongeren
...
... een "verrijking" wordt genoemd. Volstrekte
waanzin, natuurlijk: daar waar de allochtone culturen verschillen, zijn ze
achterlijk
, en leiden op geen enkele manier tot
creativiteit, innovatie of inspiratie.
Daar heb je weer zo'n typisch artikel van onderwijsspecialist Aleid Truijens
(de Volkskrant, 09-01-2024, column door Aleid Truijens):
Heerlijk primitief, dit, met een bijpassend antwoord:
En daarna is het kiezen tussen ...
... de test of de juf. Nou, je probeert alle twee
een tijdje, en meet de verschillen, maar dat is eigenlijk al gedaan en
iedereen kent de uitslag al:
Weg juf. Volgende onderwerp.
Maar ook iedereen weet hoe dit geziek ontstaat, althans, iedereen met enig
geond verstand: het gelijkheidsideaal. En "Het is zo
zielig voor de kindertjes". De werkelijkheid: niet de
opleiding krijgen die past bij je competenties, da's pas zielig.
De
volgende reeks dwaasheden (de Volkskrant, 29-01-2024, door Irene de Zwaan):
Jahaaa ... Want de Cito-toets is eng, want er hangt zo veel van af, maar de doorstroomtoets niet.
Jahaaa ... Want dat vergroot de gelijkheid tussen de toetsen en dus de
kansengelijkheid ...
Jahaaa ... Want zo hebben de kinderen die onderwijs hebben gekregen in
zingen en bidden dezelfde gelijke kansen als de kinderen die onderwijs
hebben gekregen in taal en rekenen ...
En nog maar eens een column van Truijens (de Volkskrant, 30-01-2024, column door Aleid Truijens):
Gelukkig ligt het wat genuanceerder:
De allochtonen, voor 90 en meer procenten.
Hm, dat zal de allochtonen niet helpen ...
Dat laatste klopt.
Dit wist deze redactie niet, en is natuurlijk weer het gevolg van de
neoliberale waanzin.
En daar zijn ze weer ... De politiek-correcten. D66'ers, deze keer
(de Volkskrant, 15-02-2024, door Mark Misérus):
Neen. Onderwijs zorgt voor meer ongelijkheid. Hij
(demissionair minister van Onderwijs) bedoelt iets anders:
Dat is niet het pakkie-an van onderwijs, maar de rest van de
maatschappij. Noem dat evetueel "onderwijsbeleid",
maar zelfs dat is dus eigenlijk onjuist. Overigens
wordt hier iets gesteld waar mogelijk iets van waar is, maar deze redactie
kent geen onderzoek waarin het bewezen is, en acht het effect klein,
mogelijk zelfs nihil. Je kan studeren wat je wil, maar
iemand die geen talent heeft voor pianospelen haalt nooit het conservatorium.
Bewijs het. En dit ... :
... is dus stellen dat universiteiten niet mogen selecteren, en dat is
barbarij. Dat eindigt met dat alleen vrindjes en
rijken aan de universiteit komen, net als vroeger.
Alle vooruitgang in dit opzicht is gekomen door selectie op competentie.
Roept u maa! Wedden dat er niets zinnigs uit komt. Kijk maar:
Deze redactie kan zich niet voorstellen dat dat anders gaat.
Dat je je toets of essay thuis zou mogen maken en inleveren.
Waanzin, zou dat zijn.
Jan Lul!!! Een eis stellen waar men zich allang aan houdt.
Geen idee voor welke universitaire studie dat zou kunnen gelden.
Dat is iets van managercursussen. Het Jan Lul-gehalte
stijgt verder. Volgende alinea:
En daar komt de gorilla uit de mouw ... De
allochtonen ... De gorilla komt van de Volkskrant, maar natuurlijk
volgt het D66-gespuis dat gedwee:
Maar natuurlijk. Ze zijn in hun opvoeding
en met name hun formatieve
jaren - nul tot vier en verder, ontzettend veel tekort gekomen
, en zo'n
achterstand, is wel onderzocht, wordt nooit (helemaal) ingehaald.
Vervolg van de vraag:
Neen. Het heeft er dus niets mee te maken.
Neen. Onderwijs vergroot per definitie de ongelijkheden.
En die achterstand kan je niets aan doen, tenzij je speciale trajecten gaat
organiseren voor allochtonen, en dat mag niet en zal zeker niet gebeuren,
want daarvoor moet je eerst de achterstand van de allochtonen erkennen.
En dan is het enige alternatief:
Robert Dijkgraaf, D66, is een barbaar en een vijand van de beschaving.
Alleen om de allochtonen te gerieven wil hij het onderwijs afbreken.
En dat moet gelden voor alle opleidingen. Iets anders is barbarij
Stompzinnige vraag.
Een onmeetbaar begrip. Het enige waar je op kan
testen, is daadwerkelijke capaciteiten. Iets anders
komt neer op het verlagen van de normen voor speciale groepen. Dat heet in
Amerika "affirmative action", en wordt weerlegd door de "bake
sales" georganiseerd door studenten
(zelfs opWikipedia kunnen ze dat niet helemaal
censureren ...) : blanken moet 2 dollar betalen
voor de koekjes, zwarten: 1 dollar, en Aziaten 2 dollar 50.
Barbarij. En de enige manier om die etnische
"gelijkheid" voor elkaar te krijgen ...
... is staatsdiscriminatie en staatsterreur.
Je kan het al aan het taalgebruik proeven ... (de Volkskrant,
17-01-2025, door Irene de Zwaan):
... : dat 'gelijke kansen'. Hebben ze nu ongelijke
kansen dan? Wie versus wie? Waar? Hoe?
De antwoorden:
Gunst ... Even wat veranderen:
Waarna je meteen al weet dat hier gorigheid wordt bedreven. En dat
lees je meteen:
Een gore leugen, dus.
Even zoeken op het internet (www.uva.nl,
):
... , en je hebt gegeten en gedronken.
Politiek-correct ideoloog. Kijk maar:
Want iederen weet wat dat betekent: 'specifieke groepen' - uit
Termen, kort
:
: Staat íe er al bij? Nee? Mooi dan hebben we er
weer eentje. Oh ja: toch wel: als 'bepaalde groepen'
Maar ja, je zit bij een universiteit of niet, hè ...
En voor dat 'mbo' geldt natuurlijk precies hetzelfde.
Allochtonen. ... Samenvatting
van de volgende dat: de mevrouw met wetenschappelijke functie Louise Elffers
lijdt in hoge mate aan het zeer onwetenschappelijke gelijkheidssyndroom, in
weerwil van het wetenschappelijke feit dat bij conceptie en/of opvoeding er
op onoverkomelijke wijze bijzonder ongelijke specifieke groepen ontstaan.
En hier is het resultaat van de kansengelijkheid. Eerst even vooraf
bevestigen dat het allemaal over kansengelijkheid gaat (De Volkskrant,
25-01-2025, door Irene de Zwaan en Jurre van den Berg):
Het resultaat in het kort:
Hoe voorpselbaar ... Ga in tegen de natuur en
evolutie, en ze slaat je om de oren. Of in de woorden
van iemand uit de praktijk:
En de rest in het geheel, omdat dit zo'n ontzettend deram is, en ...
|
Een brugklascoördinator merkt in de zomer van 2024 iets vreemds op: zijn
middelbare school in Rotterdam heeft een recordaantal aanmeldingen.
'Zelfs zo veel dat we voor het eerst in lange tijd hebben moeten loten',
schrijft hij in een mail aan de Volkskrant. Met name de
havo-vwo-klassen worden overspoeld. Dertig leerlingen zijn noodgedwongen
uitgeloot.
Hij heeft wel een idee waar deze plotselinge hausse
vandaan komt: groep 8-leerlingen maakten in februari voor het eerst de
doorstroomtoets. Die verving de oude eindtoets (beter bekend als de
Cito-toets) en heeft tot doel om de kansengelijkheid in het onderwijs te
vergroten. Niet iedere leerling komt namelijk terecht op het meest
gepaste leerniveau, is gebleken uit diverse onderzoeken. Met name
meisjes, leerlingen met een migratieachtergrond en plattelandskinderen
werden structureel onderschat.
De 'objectieve' doorstroomtoets
moet dat corrigeren. Niet langer is het oordeel van de leerkracht
bepalend voor het middelbareschooladvies. Basisscholen zijn nu bovendien
verplicht om 'kansrijk' te adviseren: het voorlopige schooladvies in
principe naar boven bij te stellen als het resultaat van de
doorstroomtoets daartoe aanleiding geeft.
Op de middelbare school
in Rotterdam vertalen de 'kansrijke' adviezen zich in het recordaantal
aanmeldingen voor de 'hogere' niveaus. Dat lijkt op het eerste oog
positief, voor zowel de school als de leerlingen - en niet te vergeten
hun ouders, die 'het beste willen voor hun kind'.
Maar de
brugklascoördinator is er niet gerust op, blijkt als de Volkskrant
hem vlak voor de kerstvakantie opnieuw benadert. 'Veel leerlingen,
vooral op de havo, hebben dit jaar moeite met het niveau', constateert
hij. 'De kans is groot dat veel van hen het niet gaan redden en dus
moeten afstromen naar mavo 2.'
Weinig fiducie
Maandag beginnen de eerste van zo'n 175 duizend groep 8- leerlingen aan
de tweede editie van de doorstroomtoets. Kakelvers nog, maar een
meerderheid van de Tweede Kamer en de belangenorganisatie van
basisscholen wil er alweer van af. Ze hebben er weinig fiducie in dat
leerlingen door het nieuwe systeem daadwerkelijk beter tot hun recht
komen. Sterker, ze vrezen dat een deel van hen met verkeerde
verwachtingen over hun toekomst wordt opgezadeld. Dat ze zullen
ploeteren op school, 'afstromen' naar een ander niveau en een deuk
oplopen in hun zelfvertrouwen.
Hoe kon een ogenschijnlijk zo
goedbedoelde onderwijsinnovatie zo snel op een mislukking afstevenen?
Afgelopen jaar onderzocht de Volkskrant de belangrijkste
sorteermachine in het Nederlandse onderwijssysteem. Onder meer door te
spreken met mensen uit het onderwijsveld, toetsexperts te raadplegen en
door met een beroep op de Wet open overheid (Woo) correspondentie op te
vragen tussen het College voor Toetsen en Examens, toetsaanbieders en
het ministerie van Onderwijs.
Daaruit komt het beeld naar voren
van een minister (inmiddels staatssecretaris) die krampachtig vasthoudt
aan het ideaal van kansengelijkheid, maar hiervoor een instrument ter
hand heeft genomen dat ernstige gebreken kent.
Zorgen hierover
worden weggewuifd. Steevast wordt verwezen naar analyses die volgens het
ministerie gelden als bewijs dat de toets werkt, maar waarvan de
onderbouwing volgens experts flink te wensen overlaat.
Tegelijkertijd raakt het overbelaste onderwijsveld steeds
gefrustreerder. Dit is de zoveelste onderwijsinnovatie op rij waar het
gehoor aan moet geven. Een operatie die bovendien miljoenen euro's kost.
Anders dan het woord doet vermoeden, is er niet één doorstroomtoets.
Scholen kunnen kiezen uit acht versies van zes (commerciële) aanbieders.
Ze meten weliswaar allemaal de taal- en rekenvaardigheden van
leerlingen, maar verschillen in opzet. Zo is de ene toets taliger of
beeldender dan de ander. Ook zijn er papieren en digitale varianten.
Sinds 2015 bestonden er al meerdere eindtoetsen. Dat pluriforme
stelsel kwam er op verzoek van de Tweede Kamer. Die wilde zo de
machtspositie van Cito (tot dan toe een monopolist) verkleinen en
tegemoetkomen aan de vele onderwijstypen in Nederland. Met verschillende
toetsen zou een toetsresultaat bovendien minder snel een heilige status
krijgen, was het idee. Voortaan was het advies van de leerkracht
doorslaggevend. Op basis daarvan meldden leerlingen zich aan voor een
middelbare school. Daarop volgde de toets, als second opinion.
Maar nu de doorstroomtoets (die eerder in het jaar wordt afgenomen) zo
bepalend is dat scholen hun advies erdoor moeten aanpassen, is het
cruciaal dat de toetsresultaten van de verschillende aanbieders
vergelijkbaar zijn. En juist daaraan wordt getwijfeld, sinds in maart
vorig jaar de eerste uitkomsten naar buiten zijn gekomen.
Net na
afname van de eerste editie van de doorstroomtoets heerst er op het
ministerie van Onderwijs nog een jubelstemming. De doorstroomtoets zal
leiden tot eerlijkere kansen, is de overtuiging van Mariëlle Paul (VVD),
op dat moment nog minister voor Primair en Voortgezet Onderwijs. 'Alle
leerlingen die op een plek komen die voldoende uitdaging biedt, krijgen
vleugels', zegt ze in een interview met de Volkskrant.
Maar van
die optimistische stemming is twee weken later weinig meer over. In
diverse media verschijnen berichten waarin leerkrachten en schoolleiders
hun zorgen uiten over de in hun ogen onverklaarbare resultaten. Ze
pakken veel hoger uit dan op basis van eerdere prestaties van een
leerling kan worden verwacht - of juist veel lager. Dat lijkt
afhankelijk van de gekozen toets.
Misha Berlijn,
directeur-bestuurder van de Wilhelminaschool in Helmond, vertelt aan
de Volkskrant dat hij wel drie keer moest knipperen toen hij de
resultaten bestudeerde. Zo'n 30 procent van de groep 8-leerlingen had de
toets beter gemaakt dan verwacht. Bij vijf andere scholen in de stad
waarmee hij geregeld samenwerkt, bleek ditzelfde beeld op te gaan voor
nagenoeg de helft van de leerlingen. 'Ongekend', vindt hij.
Zorgen De zorgen uit het onderwijsveld bereiken ook
het College voor Toetsen en Examens (CvTE), de instantie die
verantwoordelijk is voor de normering en de vergelijkbaarheid van de
doorstroomtoetsen. Uit de mails die leerkrachten en schoolleiders aan
het CvTE sturen, en die de Volkskrant kreeg via een Woo-verzoek, blijkt
dat ze de toetsuitkomsten niet kunnen rijmen met hun eigen inschatting.
Ze hebben de leerlingen acht jaar lang intensief gevolgd en mede met
allerlei toetsen een goed beeld gevormd van hun niveau. Daarbij houden
ze ook oog voor zaken die moeilijk meetbaar zijn, zoals
studievaardigheid en motivatie.
Die expertise wordt nu met één
toets onderuit geschoffeld. Door een toets, bovendien, waarover grote
twijfels bestaan. Argwaan is er vooral over de uitwerking van de nieuwe
normering. Waar in voorgaande jaren alle toetsen een eigen norm hadden,
is er nu voor het eerst voor alle toetsen één landelijke norm. Ze worden
langs dezelfde meetlat gelegd.
'Eén leerling in mijn klas is
ontzettend goed in spelling, zij heeft een percentielscore van 100',
schrijft een groep 8-leerkracht in een mail aan het CvTE. 'Nu krijgt ze
volgens de doorstroomtoets een advies van mavo/havo.'
Een andere
docent mailt: 'De uitslag van de doorstroomtoets is totaal niet naar
verwachting. Terwijl eind groep 7 al meer dan de helft van haar
leerlingen voor rekenen op het streefniveau zat, zou dat een half jaar
later nog maar 37 procent zijn.'
Ook de Onderwijsinspectie fronst
de wenkbrauwen bij het analyseren van de uitkomsten. Daarin ziet de
inspectie wat 'gekke dingen', mailt een medewerker aan het CvTE. 'De
resultaten van de Leerling in Beeld (een van de toetsen, red.) liggen
wel veel hoger dan die van de overige toetsen.' En: 'Verder valt op dat
taalverzorging dit jaar veel slechter is gemaakt dan eerdere jaren.'
Uit de opgevraagde correspondentie blijkt dat ook de toetsaanbieders
zelf ernstig twijfelen en bij het CvTE aan de bel trekken. 'Wij hebben
grote zorgen over de vastgestelde normering', mailt de directeur van
toetsbedrijf AMN. Ook de aanbieders valt op dat bepaalde toetsen
aanzienlijk beter uit de bus lijken te komen. 'Het maakt wel degelijk
uit welke doorstroomtoets een school kiest', concludeert de directeur
van de IEP-toets.
Volgens de directeur van het bedrijf achter
Route 8 vallen adviezen uit zijn toets 'vele malen lager uit' dan de
schooladviezen, waardoor sommige leerlingen 'oprecht in huilen
uitbarsten als ze de uitslag zien'. Het ergste is, voegt hij daaraan
toe: 'Veel klanten geven aan geen vertrouwen meer te hebben in de
doorstroomtoets.'
De meeste toetsaanbieders laten zich
vertegenwoordigen door de brancheorganisatie Media voor Educatie, Vak en
Wetenschap. Directeur Stephan de Valk stuurt eind april een
alarmistische e-mail naar het CvTE over de onwenselijkheid van de 'grote
verschillen tussen de doorstroomtoetsen'. Aanbieders krijgen vragen
waarop ze het antwoord schuldig moeten blijven, wat leidt tot onrust op
scholen.
'Deze onrust zorgt ervoor dat er twijfel is in het veld
over nut en noodzaak van de doorstroomtoets voor de leerlingen en de
scholen; de waarde van het toetsadvies staat ter discussie.'
Maar
de toetsaanbieders uiten hun kritiek niet openlijk. Wellicht
begrijpelijk: ze zijn onderdeel van het systeem en bovendien commercieel
belanghebbend. Ze krijgen jaarlijks elk een half miljoen euro voor het
ontwikkelen van een toets, plus 315 duizend euro voor een eventuele
digitale variant. Daarbovenop krijgen ze een bedrag per afgenomen toets,
aflopend van 45 tot 27 euro per leerling. De totale kosten voor de
doorstroomtoets bedragen jaarlijks 8,5 miljoen euro.
Bij de
PO-Raad zijn de vele berichten die ze ontvangen van ongeruste en soms
ronduit boze schoolbestuurders reden om een eigen onderzoek te doen. De
belangenorganisatie van basisscholen legt de verschillende toetsen naast
elkaar en vergelijkt de adviezen die eruit rollen. De conclusie is
pittig: 'Uit de resultaten van de doorstroomtoets blijkt dat welke
toetsaanbieder de school kiest van invloed is op het advies aan de
leerlingen.'
Dit druist juist in tegen het principe van
kansengelijkheid waar het allemaal om te doen was, aldus
PO-Raad-voorzitter Freddy Weima in een toelichting. Hij wil hierover in
gesprek met de staatssecretaris, maar ondanks herhaalde pogingen blijft
het stil. Opvallend, vindt hij, want op andere thema's loopt het contact
met het ministerie doorgaans soepel.
Dat ook scholen ervan
overtuigd zijn dat het uitmaakt welke toets ze gebruiken, blijkt uit hun
keuze voor de tweede editie in 2025. Honderden scholen stappen over op
een andere aanbieder, staat in een overzicht dat de Volkskrant
opvroeg bij de Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO). En daarin zit een
patroon.
De Leerling in Beeld-toets van marktleider Cito BV, die
vorig jaar opvallend 'goed' uit de bus kwam met relatief veel
vwo-adviezen, krijgt er ruim vijfduizend leerlingen bij. Route 8, de
toets die veel wordt gebruikt in het speciaal onderwijs en mede daardoor
minder vaak tot havo/vwo-adviezen leidde, wordt juist door honderden
scholen afgedankt.
Het 'shoppen' voor betere resultaten legt de
vinger op de zere plek: 'hoger' wordt nog altijd gezien als 'beter'.
Terwijl het hele idee achter de doorstroomtoets juist is dat leerlingen
op het niveau terechtkomen dat het beste bij hen past. Of dit nou het
vmbo of het vwo is; het zou niets uit moeten maken.
Maar dat doet
het blijkbaar wel.
Stelligheid De keerzijde
van het 'kansrijk adviseren' is nog het meest zichtbaar op het
praktijkonderwijs en de meer praktisch georiënteerde vmbo-leerwegen.
Omdat er door de doorstroomtoets veel minder adviezen voor deze niveaus
zijn afgegeven (een enkelvoudig advies voor het praktijkonderwijs is
zelfs niet mogelijk) zien de scholen hun leerlingenbestand flink
kelderen. Ze hebben 10 tot soms wel 50 procent minder aanmeldingen.
Het praktijkonderwijs in Zutphen (215 leerlingen), waar leerlingen
worden klaargestoomd voor beroepen als kok, lasser of kapper, trapte dit
jaar af met twee in plaats van drie eerstejaarsklassen.
Nancy
Rutgers, teamleider van de onderbouw, durft wel een wedje te leggen dat
ze veel van de leerlingen die naar het vmbo zijn gegaan over een paar
jaar terugziet in het praktijkonderwijs. Nu al heeft de school te maken
met veel zij-instromers vanuit het vmbo, als gevolg van een eerdere
maatregel rondom kansrijk adviseren in de coronatijd. De eindtoets kwam
toen tijdelijk te vervallen. Om kinderen te compenseren voor de
onderwijstijd die ze hadden gemist, kregen leerkrachten van de overheid
de opdracht het advies naar boven toe bij te stellen.
Het gevolg
hiervan is nu - een paar jaar later - zichtbaar in de vorm van een
significante toename in het aantal 'afstromers', zowel op de havo als
het vmbo. Van vmbo naar praktijkonderwijs steeg het aantal overstappers
in 2023 zelfs met een kwart ten opzichte van 2018, blijkt uit de laatste
cijfers van DUO.
Volgens Rutgers is dit een voorbode van wat
scholen na invoering van de doorstroomtoets te wachten staat. Het eerste
jaar komen ze nog wel door, 'omdat ze aan het handje worden genomen'.
Het tweede jaar wordt al lastiger, vanwege de opgebouwde achterstanden.
In het derde jaar, als de voorbereidingen voor de examens beginnen, gaat
het pas echt mis. 'Dan komt de klap.'
Een school beslist op zo'n
moment dat een kind beter alsnog de overstap naar het praktijkonderwijs
kan maken. 'Maar dan ben je eigenlijk te laat, want vaak is het
zelfvertrouwen van deze leerling al beschadigd. Een deel van deze
leerlingen komt daardoor gedemotiveerd binnen en moet zijn plek weten te
vinden binnen de school. Dat brengt onrust met zich mee.'
Naar
aanleiding van nieuwsberichten over de uitkomsten van de doorstroomtoets
worden er eind maart Kamervragen gesteld. In haar reactie is minister
Paul stellig. 'Het is onwenselijk dat er wordt getwijfeld aan de
betrouwbaarheid van de doorstroomtoets', antwoordt ze. De
doorstroomtoets functioneert in de nieuwe opzet juist beter als
'objectief, tweede gegeven'.
Ze ziet haar gelijk bevestigd als in
de zomer het CvTE de definitieve toetsresultaten heeft geanalyseerd. Dat
bij 'maar liefst' driekwart van de leerlingen het voorlopige
schooladvies is bijgesteld, is volgens Paul juist een teken dat het
nieuwe systeem werkt.
Weliswaar erkent de staatssecretaris dat er
'duidelijke verschillen' zijn tussen de toetsen, maar dat zou volgens
haar ook kunnen komen doordat bepaalde scholen kiezen voor een bepaalde
toets, omdat die beter aansluit bij hun leerlingenpopulatie. Of vanwege
verschillen tussen de papieren of digitale afname van de toets.
Onderbouwing voor deze vermoedens is er echter (nog) niet. 'Dit
onderzoek is complex en vergt een lange adem', zegt een woordvoerder van
het ministerie. Het wordt uitgevoerd door Stichting Cito, de
onderzoektak van het toetsinstituut, in opdracht van het CvTE.
Paul blijft ondertussen volhouden dat uit de analyses zou blijken 'dat
de resultaten op de toetsen onderling goed vergelijkbaar zijn', zo
schrijft ze aan de Tweede Kamer. Opvallend: de 'analyses' en het
'onderzoek' zijn niet in het CvTE-rapport opgenomen, zelfs niet als
bijlage.
De Volkskrant vraagt het CvTE om het onderzoek, zonder
succes. Het CvTE zegt zelfs niet over de analyses te beschikken, terwijl
het er in zijn eigen rapport wel naar verwijst.
Pas na een nieuw
beroep op de Woo worden de analyses vrijgegeven. Ze blijken gemaakt door
Stichting Cito, tevens voor honderd procent eigenaar van de Cito BV, die
de Leerling in Beeld-toets maakt.
Wat meteen opvalt: de analyses
blijken al op 21 februari 2024 afgerond, vijf dagen na afname van de
toets. Terwijl er al maanden grote onrust heerste op scholen, liggen de
berekeningen die volgens het CvTE en de staatssecretaris moeten aantonen
dat de doorstroomtoetsen goed vergelijkbaar zijn al vijf maanden op de
plank.
Het CvTE laat desgevraagd weten dat het nog in afwachting
was van 'de definitieve data' om te kunnen terugblikken op het
normeringsproces.
Het rapport waarin dat uiteindelijk gebeurt,
verschijnt na intensief overleg met het ministerie dus pas midden in de
zomervakantie. Volgens de staatssecretaris neemt het alle twijfels weg:
de vergelijkbaarheid van de toetsen is gegarandeerd. De toetsaanbieders
en de Onderwijsinspectie zijn erdoor gerustgesteld, laten ze de
Volkskrant weten.
Drie onafhankelijke toetsexperts die op verzoek
van de Volkskrant de - statistisch zeer complexe - analyses van
Stichting Cito beoordelen, denken daar echter anders over.
Vergelijkbaarheid De analyses gaan over de
'ankeropgaven': twintig identieke vragen per toetsonderdeel die in alle
toetsen voorkomen, naast zo'n zestig unieke opgaven. Die moeten de
toetsen vergelijkbaar maken. Stichting Cito heeft berekend of dit
'anker' goed functioneert door opgaven te inspecteren en na te gaan of
vragen moeten worden weggelaten.
'Die berekeningen zijn technisch
goed gedaan. Maar het checken van de ankeropgaven alleen is absoluut
onvoldoende om te concluderen dat de toetsen vergelijkbaar zijn',
oordeelt Norman Verhelst. Hij is als psychometricus gespecialiseerd in
de vergelijkbaarheid van toetsen en was tot zijn pensionering 25 jaar
werkzaam bij het Cito.
Ook gepromoveerd psychometricus Monika
Vaheoja vindt dat niet kan worden geconcludeerd dat de toetsen
vergelijkbaar zijn. Ze werkte tot afgelopen zomer voor A-vision, het
bedrijf achter de Route 8-toets. Daar stopte ze mee. Niet omdat ze
twijfelde aan de toets, maar wel aan het systeem en het gebrek aan
openheid over de normering. 'Als toetsen zo verschillen in vorm en
lengte ontstaan verschillen in betrouwbaarheid.'
Bernard
Veldkamp, hoogleraar onderzoeksmethodologie en data-analyse aan
Universiteit Twente, wijst er eveneens op dat dit 'onherroepelijk tot
meetfouten en variatie leidt'. Hij vindt de analyses op zich goed
uitgevoerd, maar benadrukt dat statistiek een benadering blijft met
modellen, schattingen en foutmarges. 'Op papier heb je een keurig
systeem, maar dat systeem is zo complex geworden.'
Verhelst valt
op dat er helemaal niet is gekeken naar de samenhang tussen de
ankeropgaven (die in alle toetsen zitten) en de unieke toetsopgaven.
'Het is alsof een arts zegt: 'Er scheelt niets aan je benen, dan zal het
met de rest van je lijf ook wel in orde zijn.' Maar als je die rest niet
ook onderzoekt, dan weet je het niet.'
Geconfronteerd met de
kritiek van de deskundigen blijft het CvTE erbij dat de toetsresultaten
goed vergelijkbaar zijn.
Verhelst is ook kritisch op de
instructie 'kansrijk' te adviseren. 'Elk instrument heeft een meetfout.
Maar nu wordt eenzijdig besloten: positieve afwijkingen in de
doorstroomtoetsuitslag beschouwen we niet als meetfout, maar als reden
om scholen een tik op de vingers te geven.'
De twee andere
experts komen tot dezelfde conclusie. Zoals hoogleraar Veldkamp het
verwoordt: 'Als je de vergelijkbaarheid wilt optimaliseren, moet je voor
één toets kiezen.'
Dat wil inmiddels ook de PO-Raad. Een toets
kan nuttig zijn als second opinion, want onderschatting vindt plaats.
'Maar het instrument is een eigen leven gaan leiden', aldus voorzitter
Weima. Er wordt in Nederland al te vroeg geselecteerd, vindt de PO-Raad,
en dat gebeurt nu ook nog onnauwkeurig.
De staatssecretaris
herhaalt steeds dat de keuzevrijheid een wens was van 'het
onderwijsveld', verwijzend naar een oude rapportage van de PO-Raad.
Weima benadrukt de disclaimer in dat rapport: zorg ervoor dat toetsen
goed vergelijkbaar zijn. 'Dat is nu niet het geval.'
Weima blijft
achter met een onbehagelijk gevoel. 'De doorstroomtoets móést een succes
zijn en nu dat niet het geval blijkt te zijn, zorgt dat voor ongemak.
Beeldvorming is net iets te belangrijk geweest.'
Er is nog iets
waar de deskundigen unaniem kritisch over zijn: de Onderwijsinspectie
gebruikt de toetsresultaten ook om de kwaliteit van scholen vast te
stellen. 'Dat kan niet', zegt Monika Vaheoja. 'Deze toets is bedoeld
voor advisering op individueel niveau, niet om te beoordelen hoe goed
een school is.'
Toen er voor 2015 nog sprake was van één
Cito-toets, verschenen er in de media jaarlijks ranglijstjes: dit zijn
de beste scholen van Nederland. Paul van Meenen, destijds Kamerlid voor
D66, zag het als oud-leerkracht met lede ogen aan. De toetsresultaten
zeggen namelijk niets over de kwaliteit van een school, omdat de
leerlingenpopulatie niet wordt meegewogen. Een school met kinderen met
een taalachterstand 'scoort' vanzelfsprekend anders dan een school in
een witte bakfietswijk.
Zijn partij diende in 2014 een motie in
samen met het CDA, een voor onderwijsbegrippen bont verbond. Scholen
moesten voortaan de vrijheid krijgen om hun leerlingen een toets naar
keuze te laten maken. Dit maakte de weg vrij voor het huidige stelsel
met meerdere (commerciële) toetsaanbieders.
De gedachte
hierachter, blikt Van Meenen (inmiddels Eerste Kamerlid van D66) terug,
was juist om de toets mínder belangrijk te maken. Maar met de komst van
de doorstroomtoets is het advies van de school ondergeschikt gemaakt aan
de toets. Daarmee is precies het tegenovergestelde teweeggebracht dan
destijds beoogd. 'We zijn terug bij af', verzucht hij.
Zolang er
geen bereidheid is om de vroege selectie van leerlingen 'fundamenteel te
herzien' is een stelsel van meerdere toetsaanbieders volgens Van Meenen
niet lang houdbaar. Hij wordt hierin gesteund door zijn opvolger,
D66-Tweede Kamerlid Ilana Rooderkerk.
Voor haar is het feit dat
scholen 'shoppen' in de toetsen om tot - ogenschijnlijk - betere
resultaten te komen een toonbeeld van een pervers en onbetrouwbaar
systeem. Het staat er niet goed voor met het lees- en schrijfniveau van
Nederlandse leerlingen, zegt ze. 'Die crisis aanpakken begint ermee dat
we goed kunnen vaststellen hoe scholen en leerlingen presteren. En dat
gaat zo niet.'
Daarom diende ze een motie in om te onderzoeken
wat er nodig is om terug te gaan naar één toets. Die motie werd vorige
maand door een grote meerderheid van de Tweede Kamer aangenomen.
Staatssecretaris Mariëlle Paul was er niet over te spreken. De suggestie
dat het toetssysteem onbetrouwbaar zou zijn, weerspreekt ze tijdens het
debat fel: 'heel naar' en 'geenszins het geval'.
In het voorjaar
zal Paul de Kamer informeren wat ze met de motie gaat doen. Ze vindt het
te vroeg om conclusies te trekken. 'We hebben nu één afname van de
doorstroomtoets gehad', zegt ze desgevraagd. 'Het past niet bij een
betrouwbare overheid om het nieuwe stelsel en de doorstroomtoetsen nu
alweer te veranderen, terwijl we de nieuwe normering en
kwaliteitsbewaking nauwelijks een kans hebben gegeven.'
De Kamer
moet er niet op rekenen dat er snel weer sprake is van één toets. 'Dit
vergt een wetswijziging', aldus Paul.
Het eigen, echte
niveau De Rotterdamse brugklascoördinator denkt nog geregeld
terug aan het moment dat de ouders van hun nieuwe leerlingen vorig jaar
de school betraden voor een eerste kennismaking. 'Ze waren trots als
pauwen', zegt hij. Hun kind had op de doorstroomtoets een
havo/vwo-advies 'gescoord', veel beter dan veel van hen hadden durven
hopen. 'Probeer dan maar eens te zeggen dat wij als school meer
vertrouwen hebben in het vaak lagere schooladvies van de docent in groep
8.'
Het zou jammer zijn, vervolgt hij, als dat havo/vwo-advies
eindigt in een teleurstelling, omdat blijkt dat een leerling veel beter
af is op het vmbo. 'We zijn niet op deze wereld om onrealistische,
ambtelijke kansengelijkheidsvinkjes te zetten.' De doorstroomtoets
heeft, alle goede bedoelingen ten spijt, bovendien juist het gevoel
versterkt dat 'hoger' altijd 'beter' is. 'Terwijl alle kinderen het
beste af zijn als ze op hun eigen, echte niveau les krijgen.'
Tussenstuk: De dubbele pet van het
Cito
Sinds de privatisering in 1999 heeft het
Cito twee petten: een bv die toetsen ontwikkelt en verkoopt, en een
stichting die onderzoek doet (en voor honderd procent eigenaar is van de
bv). Bij de doorstroomtoets is Stichting Cito verantwoordelijk voor de
controle van de ankeropgaven, die ook in de Leerling in Beeld-toets
zitten - gemaakt door de Cito BV.
Een woordvoerder van het Cito
(zowel de stichting als de bv) stelt dat de onderdelen onafhankelijk van
elkaar functioneren, 'zowel organisatorisch als in financiële en
operationele zin'. Berekeningen van de ankeropgaven worden gedeeld met
alle toetsaanbieders, en alle toetsaanbieders kunnen bij Stichting Cito
terecht voor advies. 'De toetsaanbieders kijken dus mee en controleren
Stichting Cito ook', aldus de woordvoerder. |
... en omdat dit ontzettende drama in hoge mate mede aangesticht is door
de Volkskrant.
Heerlijk! De chaos is compleet (de Volkskrant, 28-01-2025, door Jurre van den Berg
en Irene de Zwaan):
Want ...
Helemaal niet belangrijk, dat taal en rekenen. Rekenen kan de
computer en het mobieltje ook, en aan de hand van de Volkskrant gaan
we ook "die meisje" enzovoort goedkeuren, dus ook de barbaartjes komen op hun pootjes terecht in
de maatschappij, en cognitieve vaardigheden hoef je niet te traienen.
Het gaslighten van de Volkskrant ...
... heeft zijn doel bereikt: we gaan alle toetsen afschaffen.
Aan het einde van het schooljaar bepaalt de juf wel
op de ouderwetse manier dat de zoon van de dokter naar de universiteit kan,
en de dochter van de timmerman naar de huishoudschool.
En verder draait de mallemolen (de Volkskrant, 29-01-2025, door
Jurre van den Berg en Irene de Zwaan):
Een gore leugen: het moet niet de kansengelijkheid, maar de uitslagengelijkheid
vergroten. Maar ...
... dat kan natuurlijk niet tenzij het neptoetsen zijn.
De natuur is ongelijk. Kijk maar ... :
: allochtonen krijgen stelselmatig een lager
schooladvies omdat ze stelselmatig lager = dommer worden opgevoed, zonder
voorlezen in bed en dergelijke. Dat advies is laag, en niet 'te laag', maar
volkomen passend. Maar daarom ...
Dat zijn de rabiaat politiek-correcten die van alle vormen van toetsen
af willen, omdat allochtonen altijd laag op toetsen zullen blijven scoren.
Dat 'later toetsen' is natuurlijk van het niveau van het café-tegeltje
"Morgen is alles gratis". Hier zijn ze nog een keer (de Volkskrant, 29-01-2025,
hoofdredactioneel commentaar, door Raoul de Pré):
"Iedereen is gelijk - we wíllen niet selecteren".
"Iedereen is gelijk - we wíllen niet selecteren".
"Iedereen is gelijk - we wíllen niet selecteren".
"Iedereen is gelijk - we wíllen niet selecteren".
"Iedereen is gelijk - we wíllen niet selecteren".
"Iedereen is gelijk - we wíllen niet selecteren".
"Iedereen is gelijk - we wíllen niet selecteren".
"Iedereen is gelijk - we wíllen niet selecteren".
"Iedereen is gelijk - we wíllen niet selecteren".
En dus nog dit:
Het selecteren op 15-jarige leeftijd beïnvleodt de rest van hun leven
net zo hard.
Oftewel: "Schaf ook het proefwerk maar af'. Of:
maak een paar toetsen verdeeld over het jaar.
De (extra-) hoog- en laag-begaafden vallen nu al hopeloos buiten de boot (De
leraar geeft les aan de middenmoot!). Maar dit zei
eigenlijk al genoeg:
Rabiaat politiek-correct én Ploert
.
Naar Sociologische krachten
, of site home
.
|