De grote morele keuze

2 mei 2005

De grote morele keuze in het leven is die tussen het materiële en het geestelijke. In grote delen van de wereld speelt die keuze niet zo bewust, omdat men het te druk heeft met het materiële overleven: het zorgen voor voedsel, onderdak en dergelijke. Maar ook daar is men op zijn minst onbewust op de hoogte van deze waarheid, omdat de meeste mensen religieus zijn, en vrijwel alle religies een keuze voor het geestelijke boven het materiële propageren, met voorbeelden als Job, Jezus en Boeddha, en instellingen als kloosters voor hun meest fervente aanhangers .

In de westerse wereld hebben de meeste mensen wel de mogelijkheid te kiezen voor het materiële of het geestelijke. Benodigdheden als voedsel en onderdak zijn al lang in voorzien, en ook zaken die vroeger luxe waren: koelkast, wasmachine, radio, en televisie. De keuzes waar men nu voor staat zijn de grootte van de auto, een tweede auto, een tweede of derde vakantie en dergelijke. Deze zaken zijn op geen enkele manier noodzakelijk voor het leven, en kunnen niet anders gezien worden dan als pure luxe. Niemand hoeft zijn geld aan deze zaken uit te geven, men zou het geld ook kunnen uitgeven aan onderwijs, kunst, wetenschap, en dergelijke - het geestelijke in het leven. De keuzes waar de westerse mens nu voor staat, komt dus heel concreet neer op de keuze tussen het geestelijke en het materiële.

Als men er zo expliciet over praat, zullen velen, zo niet de meesten, beweren dat ze voor het geestelijke zullen kiezen, omdat ze beseffen dat het geestelijke tot groter levensgeluk leidt. Maar de werkelijkheid is totaal anders. Dat komt omdat de keuzes zich zelden voordoen als een tussen het geluk, het geestelijke, en het materiële, maar verhuld zijn in allerlei vormen, vaak omgeven met mooie praatjes die ons proberen te verleiden iets anders te doen dan goed voor ons is. De vraag of u liever meer geld of gelukkige kinderen heeft wordt niet gesteld als: "Heeft u liever meer geld of gelukkige kinderen", maar als "Heeft u liever meer lastenverlichting of meer overheidsuitgaven". Want natuurlijk is het wel zo dat om gelukkiger kinderen te krijgen er meer geld uitgegeven moet worden door de overheid aan onderwijs, speelvoorzieningen enzovoort. En gesteld voor de laatste vraag kiezen de meeste mensen voor het materiële, omdat het zo tastbaar is, en omdat het omgeven wordt met mooie praatjes. Natuurlijk weet men diep van binnen wel dat het eigenlijk anders moet, maar dit is ook mede het maatschappelijke klimaat. Men kan eigenlijk zonder meer zeggen dat in ieder geval onbewust de individuele keuze voor het materiële de keuze is van de huidige westerse kapitalistische maatschappij .

Maar heel vaak is de keuze toch een stuk bewuster, of ieder geval zichtbaarder. Een recent voorbeeld is dat van cabaretier en presentator Jack Spijkerman. Ten tijde van het schrijven van dit artikel (mei 2005) stond op deze site al een genrestukje van Martin Bril over Spijkerman en zijn nieuwe luxe auto, als voorbeeld van hoe iemand zichzelf overtuigt van zijn keuze voor het materiële .

Aan dat stukje is nu een treffend vervolg gekomen. Spijkerman heeft altijd gewerkt voor de VARA, de omroepvereniging die van linkse huize stamt, en daardoor de natuurlijke plaats is voor maatschappijkritiek, en dus ook voor cabaret en satire, hetgeen een belangrijk deel uitmaakt van Spijkerman's huidige en vroegere programma's. Deze week, de laatste week van april 2005, heeft Spijkerman bekend gemaakt dat hij over wil stappen naar de nieuw op te richten omroep Tien, een commerciële omroep. Daar gaat hij inderdaad veel meer verdienen, maar het ging erom dat hij daar ook meer mogelijkheden kreeg, zo verklaarde hij zelf. Hij was verontwaardigd dat de VARA hem aan zijn tot 2007 lopende contract wilde houden, want hij had verwacht dat ze hem zo wel wilden laten gaan in verband met zijn eerdere langdurige verdiensten . Toen de VARA de resterende vier uitzendingen van het seizoen schrapte, zoals men zei in verband met de ongeloofwaardigheid van een satire als de besatireerde het zelf zou presenteren, deed zijn verontwaardiging nog toenemen, want, zo beweerde hij: de cabaretiers in zijn eigen programma zouden niet schromen hem ongenadig onder handen te nemen .

Een dergelijke situatie is natuurlijk gefundenes Fressen voor alle andere cabaretiers en satiristen. Onder vuur genomen werden onder andere het argument van 'de mogelijkheden', en zijn verweer tegen het ongeloofwaardigheidargument. Aangehaald werd een soortgelijke situatie in Engeland, waar een populaire presentator van een satirisch programma (Angus Deyton van Have I got news for you) betrapt werd bij het verlaten van een hotel met een prostituee. Er is nog een uitzending geweest, waarbij de satiristen Deyton dusdanig onder handen namen dat de BBC genoodzaakt was de presentator te schorsen, en later te ontslaan. Ook is er fijntjes op gewezen dat Spijkerman wel heel boos was op de VARA dat ze hem niet zomaar wilden laten gaan, maar dat hij zelf wel naar de VARA was gestapt, niet om te praten of te onderhandelen, maar met de mededeling dat hij zou vertrekken. Ook niet een gebaar van goede wil. Zijn opmerking dat hij 'altijd socialist zou blijven' werd van meerdere kanten met hoon overladen .

Al met al heeft de reputatie van Spijkerman ernstig geleden onder de hele zaak. Het is de vraag of zijn toegenomen inkomen wel gecompenseerd wordt door deze reputatieschade. De inschattingen op dit moment zijn dat de schade groter is dan het voordeel. De vraag is dus hoe iemand tot zo'n keuze komt, aangezien een belangrijk deel van het gebeurde te voorzien was. Die vraag is dus al beantwoord door het stukje van Bril: Spijkerman heeft zich laten verleiden door de laag-bij-de-grondse verlokkingen van het materiële.

In feite heeft Spijkerman zich laten verleiden door zijn klein-geestelijke emoties. Want rationeel bezien ligt de zaak simpel: satire is onlosmakelijk verbonden met maatschappijkritiek, en onze maatschappij is een materialistische, consumptistische, kapitalistische maatschappij. De commerciële omroep is omroep voor winst, drijvende op reclame-inkomsten, dat wel zeggen, een diep in deze maatschappij verankerd instituut. Werken voor dit instituut om het te bekritiseren kan even duren, maar nooit lang, zoals blijkt uit ervaringen van over de hele wereld: zowel de eigenaren als het publiek van die omroepen hebben weinig op met de kritische boodschap, en zelfs als het succes heeft is de morele status van de betrokkenen nauwelijks verschillend van die van de hofnar.

Spijkerman's geval heeft zich afgespeeld in het openbaar, en het is ook een wat grootschaliger voorbeeld. Maar dit soort grotere en kleinere beslissingen worden door de westerse mens vele malen genomen. De voor iedereen waar te nemen werkelijkheid laat zien hoe de meeste van die keuzes uitvallen: men kiest voor het materiële.

De keuze tussen het materiële en het geestelijke is in de eerste zin een morele keuze genoemd. Spijkerman beseft dit maar al te goed, zoals blijkt uit zijn hartenkreet 'maar ik zal altijd socialist blijven'. Daarmee probeert hij met woorden zijn daden te bezweren. Maar hij voelt dus wel degelijk dat er sprake is van een morele keuze. De algemene naam voor zo'n morele keuze is een keuze tussen goed en kwaad. Het kwaad hierbij is de schade die men aandoet aan anderen, en daarmee ook aan zichzelf. In het geval van de verzameling van klein-menselijke keuzes voor het materiële van onze maatschappij als geheel zijn de anderen die de schade ondervinden onze nazaten. Een van de meest ernstige vormen van kwaad die er is.

Voor de belangrijkste praktische uiting van de materiële keuze, de geldverslaving, zie in het kort hier vervolg , en wat uitgebreider hier vervolg . Voor nog wat bronmateriaal, zie hier uitleg of detail , of bijvoorbeeld hier uitleg of detail .


Naar Rijnlandmodel vs Anglicisme, toekomst , Rijkdom, moraliteit, Kinder  , Algemeen home , Algemeen, overzicht , of site home .