Bronnen bij Psychologische krachten: leren, scenario's

De relatie tussen lichaam en geest is al bekend uit de oudheid, met uitdrukkingen als "Een gezonde geest huist in een gezond lichaam", maar dan in het Latijn. Uit de didactiek van voor de opkomst van de AVO-ideologie, "AVO" staande voor "algemeen vormend onderwijs" waarbij "algemeen" in de praktijk neerkwam op "alleen theoretische vakken", was al bekend dat er drie hoofdvormen van "leren" zijn: door zien, door luisteren en door voordoen. Voor de klas vertelt de leraar een verhaal en schrijft hij op het schoolbord, en als het om beweging gaat, pakt hij de hand van het kind en geleidt het - zoals dat laatste ook bij volwassen sporters gedaan wordt.

Dit werd dus allemaal afgeschaft, in het kader van "Ieder kind is een toekomstige intellectueel die alleen maar met abstracte concepten gaat werken", zijnde het doel achter dat AVO-denken: minstens de helft van de bevolking moest naar de universiteit.

Bij de gewone bevolking was dit allemaal bekende als volstrekte onzin, maar die hebben geen stem in de media en verder helemaal niets in te brengen. Dus het werd allemaal ingevoerd, tegen ook protesten van leraren in. Die dus allemaal keihard gelijk hadden, zoals, nu de censuur op tegengeluiden ietwat is opgeheven door de keiharde mislukking van het ideaal, even keihard bewezen wordt (de Volkskrant, 04-06-2014, door Maria Konnikova (The New York Times)):
  Wie schrijft, onthoudt beter

Schrijven met de hand is nog lang niet achterhaald. Nieuwe onderzoeken tonen aan dat we daardoor beter informatie kunnen opnemen. Pen en papier zijn juist goed voor ons geheugen.


Tussentitel: Het neerzetten van letters leert je te focussen op wat belangrijk is - Paul Bloom - psycholoog

Leren schrijven, is dat niet hopeloos ouderwets? Handmatig schrijven doen we immers nauwelijks meer. Doe het niet te snel af als iets van vroeger, waarschuwen psychologen en neurowetenschappers. Nieuw onderzoek suggereert belangrijke verbanden tussen handmatig schrijven en de bredere ontwikkeling.
    Kinderen die eerst handmatig leren schrijven, lezen niet alleen sneller, ze kunnen ook beter informatie onthouden en ideeën ontwikkelen. Met andere woorden: het maakt niet alleen uit wat we schrijven, maar ook hoe we dat doen.
    'Tijdens het schrijven wordt automatisch een uniek hersencircuit geactiveerd', verklaart Stanislas Dehaene, psycholoog aan het Collège de France in Parijs. 'Er is een basisherkenning van het gebaar, een soort herkenning door mentale stimulatie in je brein. Het lijkt erop dat dit hersencircuit leren makkelijker maakt.'
    Dat idee wordt ondersteund door een onderzoek uit 2012 onder leiding van Karin James, psycholoog aan de Indiana University. Kinderen die nog niet konden lezen en schrijven, kregen een kaart met een letter of vorm te zien. Dat beeld moesten ze reproduceren: door het te traceren via een stippellijn, het zelf te tekenen op een leeg vel, of het in te typen op de computer. Daarna gingen de kinderen in een hersenscanner waar ze het beeld opnieuw zagen.
    Wat bleek: bij kinderen die de letter zelf hadden geschreven was een toegenomen activiteit te zien in drie hersengebieden die volwassenen gebruiken als ze lezen en schrijven. Dat effect was niet te zien bij kinderen die de stippellijn of computer gebruikten - de activiteit was bij hen zwakker.
    Het verschil zit volgens James in de rommeligheid van een handschrift. Elke reproductie is net weer anders. Ons brein moet leren dat elke 'a' hetzelfde betekent, ook al ziet die er in elk handschrift net iets anders uit. Het moeten 'ontcijferen' van die slordigheid zou beter zijn om de letter te leren onthouden dan steeds dezelfde reproductie zien.
    'Dit is een van de eerste voorbeelden van een veranderend brein als gevolg van die oefening', licht James de studie toe.
    In een ander onderzoek vergelijkt James kinderen die fysiek letters vormen met kinderen die slechts toekijken hoe anderen dat doen. Haar observaties suggereren dat de inspanning zelf de hersencircuits activeert en het leervoordeel oplevert van handmatig schrijven.    ...

Al duidelijk genoeg: leren met handmatig dingen doen gaat beter, en leren met variatie aangaande het te leren proces gaat beter. Beide open deuren, als je geen last hebt van intellectualistische afwijkingen als abstractisme  .
    Maar het gaat nog verder:
  Met een onderzoek dat kinderen volgde tussen groep vier en zeven toonde psycholoog Virginia Berninger van de Universiteit van Washington aan dat blokletters, schrijfletters en typen op een toetsenbord verschillende hersenpatronen laten zien. De kinderen produceerden niet alleen sneller en meer woorden met handmatig schrijven dan via een toetsenbord, ze uitten ook meer ideeën.
    Bij de oudste kinderen leek de samenhang tussen schrijven en ideevorming het verst te gaan. Wanneer hun werd gevraagd om ideeën voor een compositie, lieten degenen met een beter handschrift grotere hersenactiviteit zien in de gebieden die met werkgeheugen worden geassocieerd, en een grotere algemene activiteit in de lees- en schrijfnetwerken.

En dat is weer begrijpelijk als je het idee van deze website volgt aangaande het werken van de hersenen met scenario's - hele gebeurtenissen en reeksen van gebeurtenissen. Als je meerdere gebeurtenissen tegelijk aanbiedt, bestaat het leerproces uit rijkere scenario's, en het beter getraind worden in scenario's, leert je dus beter denken. Je ziet overeenkomst tussen scenario's waar er ook verschillen zijn tussen die scenario's, en de verschillen kunnen je op op nieuwe ideeën brengen. Het "nieuwe" eraan is gewoon een overzetten van een aspect uit een bepaald scenario op een ander.
    En ook dat wordt weer versterkt door variatie:
  Er lijkt zelfs een verschil te zijn tussen schrijf- en blokletters. Bij mensen met dysgrafie - een beperking in het schrijfvermogen die vaak voorkomt na hersenletsel - kunnen sommigen nog wel perfect aan elkaar schrijven, terwijl bij anderen het blokschrift behouden blijft. Bij verzwakt leesvermogen (alexia) kan de een geen blok- maar wel schrijfletters lezen, de ander juist andersom. Dat suggereert dat de twee schrijfmethoden verschillende hersennetwerken activeren en meer cognitieve bronnen aanboren dan bij een eenzijdige aanpak het geval is.
    Aan elkaar schrijven kan het vermogen tot zelfbeheersing trainen op een manier die andere methoden niet kunnen, durft Berninger te suggereren. Sommige onderzoekers stellen dat het zelfs kan helpen om dyslexie te behandelen. Een beoordeling uit 2012 suggereert dat aan elkaar schrijven vooral kan helpen bij mensen die moeilijk letters vormen.

En ook de andere kant van de relatie blijkt te werken:
  Schrijfletters of niet, de voordelen van handmatig schrijven reiken verder dan de kindertijd. Voor volwassenen mag typen een snel en efficiënt alternatief zijn, maar die efficiëntie kan ons vermogen informatie op te nemen verminderen. Door te schrijven kunnen we niet alleen beter letters leren, ook ons geheugen en leervermogen profiteren ervan.
    Psychologen Pam A. Mueller van Princeton en Daniel M. Oppenheimer van de Universiteit van Californië rapporteerden dat in zowel het laboratorium als in een collegezaal studenten beter leren als ze met de hand aantekeningen maken dan wanneer ze dat op een toetsenbord doen.

Samengevat:
  Niet iedere expert is overtuigd van de langetermijnvoordelen van handmatig schrijven. Toch stemt het onderzoek op zijn minst tot nadenken, erkent zelfs scepticus Paul Bloom, psycholoog aan de Universiteit van Yale. 'Handmatig schrijven, de pure handeling van het neerzetten van letters, leert je te focussen op wat belangrijk is', zegt hij. Na even nadenken: 'Misschien helpt het je beter te denken.'

Waarbij de aarzeling natuurlijk wordt ingegeven door de alom aanwezige atmosfeer van "alles met en rond de computer is fantastisch".


Naar Psychologische krachten  , of site home  .

8 jun.2014