Bronnen bij Psychologische krachten: individualiteit
Een column van dieren en mensen-waarnemer en bioloog Midas Dekkers
(VARA TV Magazine, nr. 15-2006, door Midas Dekkers):
Het slachtvee
Om een koe naar zijn dood te laten lopen, bouw je een gang naar de plaats des
doods
Koeien mogen niet eens zelf sterven. Koeien worden geslacht. Dat is hun lot.
Het lijkt wel of ze zich hierbij hebben neergelegd. Wanhopig word je als je
ziet met welk een gelatenheid ze zelf naar de slachtbank sjokken, als naar
een feestje waar ze niet zo'n zin in hebben. Hoe krijg je een beest, toch
wel degelijk in staat tot holle angst en blinde woede, zo berustend?
Dat kun je leren uit het tijdschrift Applied Animal Ethology
(Toegepast diergedrag). Om een koe naar zijn dood te laten lopen, bouw je
een lange gang van de veewagen naar de plaats des doods. Maak er flauwe
bochten in, zodat de koe niet ziet waar hij heen gaat, maar zorg dat hij
altijd drie lichaamslengten vooruit kan kijken. Vermijd hellingen, want dan
drommen de dieren op het hoogste punt samen. Houd licht en geluid gedempt.
Maar het belangrijkste is toch om ze met z'n allen te laten
gaan. Een koe in z'n eentje jaagje lang niet zo makkelijk de dood in als een
hele kudde. In een kudde denkt de ene koe dat wat hij doet, goed zal zijn,
omdat de anderen het ook doen. Net soldaten. In z'n eentje krijgje niemand
naar het front, met treinladingen tegelijk melden ze zich vrijwillig. Als
koeien marcheerden de soldaten in de Eerste Wereldoorlog zo van het station
de loopgraven in. Ze waren dood voor ze het wisten.
Wil je je in een kudde onderdompelen, boek dan een vliegreis.
De weg van de balie naar de gate zal een veehandelaar verdacht bekend
voorkomen:de lange gangen, de flauwe bochten, het ontbreken van hellingen,
het einddoel nooit heldervoor ogen. Dat helpt. Met elke stap worden
reizigers rustiger. Tot slot antichambreren ze nog een half uurtje als
koeien in hun laatste kraal. Eenmaal opgestegen is het geroezemoes snel
verstild. In een toestand tussen waken en slapen zijn de mensen louter
reiziger, niet meer hier en nog niet daar, in hun drukcabine omgeven door
lucht van ver onder het vriespunt, tussen hemel en aarde, leven en dood.
Maar daar gaat nu verandering in komen. Binnenkort mogen de
passagiers zich de hele reis vastklampen aan hun mobieltje. Met een keten
van geneuzel blijven ze aan de aarde gebonden. Voor mensen zonder mobieltje
is er na de aarde nu ook geen hemel meer om aan het gezever te ontsnappen.
Des te groter is het genoegen om weer voet aan de grond te
zetten. Jammer dat het andere vliegveld zo sprekend lijkt op het ene. Was
alles
umsonst? Gauw de bagage ophalen. Maar de kuddegeest is nu wel
gedesintegreerd. Er wordt gedrongen bij de bagage band, karretjes worden uit
andermans handen gegrist. Het wachten duurt ergernis wekkend lang. Maar er
is een vliegveld dat daar iets op heeft gevonden. Daar leiden ze je via een
enorme omweg naar de bagageband. In plaats van één minuut doe je er nu wel
negen minuten over om er te komen. Maar dan is de bagage ook al gearriveerd.
Binnen een minuut heb je je koffers te pakken. Moest je eerst één minuut
lopen en negen minuten staan, nu duurt heel de afhandeling nog steeds tien
minuten, maar je hoeft niet meer te wachten. Niemand klaagt. Het kan niet
anders of de plaatselijke Cerfontaine is op een tijdschrift als Applied
Human Ethology
geabonneerd.
Tevreden als koeien naar de slachtbank vervolgen de passagiers er hun weg.
Ze hoeven alleen nog langs de douane, hun oormerk laten zien.