Bronnen bij Ideologie: cognitieve dissonantie

Cognitieve dissonantie is de term die de onaangename spanning aanduidt die het geconfronteerd worden, op wat voor manier dan ook, met feiten of opvattingen die strijdig zijn met een eigen overtuiging of mening. Met als extra dat naarmate het verschil groter is, en dat naarmate het optreden ervan plotselinger of sneller is, het effect sterker is.

De meest voorkomende oorzaak van de ernstigere vormen van cognitieve dissonantie is natuurlijk ideologie - ideologie bestaat uit vaststaande regels, die in een veranderende omgeving al heel snel tot verschillen met die omgeving leiden.

Het eerste voorbeeld van cognitieve dissonantie is veroorzaakt door de ideologie van het multiculturalisme. Die ideologie leidt mede tot de het idee dat er geen aparte culturele identiteiten bestaan, in Nederland bekend geworden als het "Er bestaat geen dé Nederlandse identiteit" van prinses Maxima.

Het onderhavige voorbeeld stamt uit de Volkskrant. In de rubriek Buitendienst beschrijven buitenlandcorrespondenten  dagelijkse gebeurtenissen in hun persoonlijke omgeving. Het is een continue bron van illustraties hoe zeer de identiteit van hun respectievelijke buitenlanden afwijkt van de Nederlandse. Terwijl dezelfde mensen, als Volkskrant-medewerkers ongetwijfeld trouwe multiculturalisten, indien er expliciet naar gevraagd bijvoorbeeld naar aanleiding van de Maxima-uitspraak, keihard zouden ontkennen dat er zoiets als een Nederlandse identiteit bestaat. In onderstaande column noteert de correspondent een lange reeks cognitieve dissonanties ten het gevolg van zijn ideologie (de Volkskrant, 24-11-2010, door Ariejan Korteweg):
  Spiegelbeeld

‘Maar je zult toch minstens moeten toegeven dat ze hypergestresst zijn, en doorgaans een ongelukkige indruk maken. Waarom worden er anders zoveel medicijnen gebruikt in Frankrijk?’
    Mijn tafelgenote keek me na deze genadeslag meewarig aan. Vreemd sowieso dat ik er anders over kon denken. Maar ik gaf me nog niet gewonnen. Welnee, hoorde ik mezelf zeggen: ze nemen juist de tijd voor een praatje, zijn behulpzaam, echt helemaal niet arrogant en eigenlijk ook best opgewekt, al zie je dat niet altijd aan de buitenkant. Wij Nederlanders daarentegen, vond ik, zijn pas opgefokt. De buitenkant lijkt vrolijk, maar daaronder smeult het.
    Ze was perplex om deze tegenwerping. ‘Zodra de eerste zonnestralen doorkomen, ligt in Amsterdam iedereen in het park. Noem je dat opgefokt? Mijn buren aan weerszijden zijn jonge gezinnen. De mannen zijn allebei korter gaan werken zodra er kinderen kwamen. Bij jullie kan dat gewoon.’
    ‘Nederland is eerder te ontspannen’, schakelde ze door naar de overtreffende trap. ‘Economisch hoeven jullie je geen zorgen te maken. Het probleem is dat je daardoor vergeet dat je ook nog moet concurreren.’
    De scène speelde zich af in Rennes, in Bretagne, waar we beroepshalve een avondlang heerlijk mochten tafelen. Zij is een Franse journaliste die, haar man achterna, al zes en een half jaar in Amsterdam woont. Ik ben haar Parijse spiegelbeeld.
    Die spiegelbeeldigheid bleek ver te gaan. Als ik de warme lunch prees, en de voordelen opsomde van de lange middagpauze die in Frankrijk gebruikelijk is, begon zij over hoe handig het is als om zes uur het warme eten op tafel staat. ‘Je komt lekker vroeg uit je werk, eet wat en dan heb je nog de hele avond voor je.’   ...
    Ik vluchtte naar een minder controversieel onderwerp: het verkeer. Meteen na de grens schrik ik van de automobilisten die aan m’n bumper gaan hangen alsof ze naar binnen willen rijden, begon ik. Dat ben ik in Frankrijk helemaal ontwend.
    Ze keek me nu aan alsof ik elk moment gevaarlijk kon worden. ‘Onbegrijpelijk dat je dat kunt zeggen. Zo hoffelijk en correct als de Nederlanders rijden, dat bestaat in Frankrijk gewoonweg niet.’
    Van de weeromstuit kreeg ik zin om weer eens in Amsterdam te gaan kijken. Stel je toch voor dat ze gelijk heeft.

Het is grappig dat hij het allemaal opschrijft, want geen treffender illustratie van een zeer onjuist en duidelijk zeer gekoesterd vooroordeel.

Dat is een ander karakteristiek van de politieke-correctheid: men heeft geen flauw idee van de vooroordelen die men zelf heeft. En verwijt daardoor mensen met een andere mening dan zijzelf wél een vooroordeel te hebben: het spiegel-effect.


Naar Psychologische krachten  , of site home  .

24 nov.2010